De Provence (2009) (Frankrijk)

Eindeloze velden met paarse lavendel, tot aan de bewolkte horizon.

Provence

(Zat. 19-09-2009 tot zat. 03-10-2009)

1. Persoonlijke gegevens

- Reisverslag van Hilde en Piet Duyck-Deruyck
Burg. Decoenestraat 10
8520 Kuurne
056 72 53 71
pietduyck@pandora.be

- Aangezien Piet huisman is mag men op elk moment van de dag proberen contact op te nemen om meer te vernemen over deze reis en reisbestemming.

- Daar Piet rolstoelgebruiker is gaat in ons reisverslag speciale aandacht naar rolstoeltoegankelijkheid.  

- Als we spreken van cat. 1, 2, 3 of 4 dan verwijzen we naar het Britse logo-systeem betreffende rolstoeltoegankelijkheid:
 
Cat. 1. Toegankelijk voor individuele rolstoelgebruiker.
Cat. 2. Toegankelijk voor rolstoelgebruiker met begeleider.
Cat. 3. Toegankelijk voor rolstoelgebruiker die enkele stappen
kan zetten en maximaal drie treden kan nemen.
Cat. 4. Niet toegankelijk voor rolstoelgebruikers.

- Wat ons het best past en ons dus interesseert is dus de categorie 2. Piet gebruikte op die reis een gewone rolstoel van 64 cm breed en een zithoogte van 50 cm.

2. Voorbereiding

- Onze eerste voorbereiding was het aanschaffen  van de Trotter (zie 3. Reisinfo) over  de Provence en het contacteren van een paar chambres d’hôtes die in die Trotter als rolstoeltoegankelijk vermeld staan.

- We lazen ook de Reiskrant (mei 2006) van pag 4 tot 25 met informatie over: schilders (oa Cézanne) en de Musée Granet (Aix-en-Provence), Saint-Remy-de-Provence, Arles, Avignon, Les-Baux-de-Provence, Marseille, Le Luberon en de Provence praktisch.   
- Onze logies in Bevons en Aurons, waar we telkens een week logeerden, contacteerden we op voorhand en we betaalden op voorhand de reservatie. De keuze voor Bevons (nabij Sisteron) en Aurons (nabij Salon-de-Provence) maakte dat we zo een week in het NO en een week in het ZW van de Provence verbleven.
Zie verder 4. Logies.

- Een wegenkaart van Frankrijk (Michelin 722 hadden we al maar we schaften ons ook een Michelinkaart van de Provence (nr 527 Provence-Alpes-Côte d’Azur) aan en dat loont de moeite.

3. Reisinfo

 - We hebben dus constant die Trotter als informatiebron gebruikt voor al onze uitstappen ter plaatse. Er is wel iets meer te bezoeken in het Zuiden dan in het Noorden zodat we in onze Noordperiode ook eenmaal een bezoekje brachten naar het Zuiden toe.
Positief is dat Trotter aanduidt welke logies en welke bezienswaardigheden rolstoeltoegankelijk zijn. Meestal klopt dat - soms ook eens niet en ook dat is normaal - en waren we dus blij met deze informatie en natuurlijk en vooral met de puur toeristische informatie.

Ik herinner me ook nog dat ik documentatie van Les-Baux-de-Provence zocht in die Trotter maar dat dit stadje niet stond in het register achteraan maar dit stadje staat wel beschreven vanaf pag. 184. En zo ondervond ik hetzelfde, oa Forcalquier, voor nog een paar andere Provencaalse gemeenten.

- Kuurne-Bevons en Aurons-Kuurne deden we telkens in één dag (zaterdag).
Kuurne-Bevons (via Rijsel-Reims-Dijon-Lyon-Grenoble-Sisteron) was 985 km en constant autosnelweg tot voorbij Grenoble. Als je evenwel Lyon nadert op de snelweg staat Grenoble aangeduid via een andere snelweg. Volg die maar.
Aurons-Kuurne (via Orange-Valence-Lyon-Dijon-Reims-Rijsel) is ongeveer 990 km. Als je van het Zuiden komt en Lyon nadert zal je geen aanduidingen zien voor de autosnelweg naar Dijon, Reims, Rijsel. Volg gewoon de aanduiding voor de autosnelweg Parijs en eenmaal Lyon voorbij zal je merken dat je op de snelweg naar Dijon zit.

- Overal daar ter plaatse kregen we flyers en Co en nogal eens merkten we dat de gegevens (prijzen, openingsuren en Co) niet altijd klopten met wat wij ervan ondervonden. Op die flyers en Co staat meestal de www van die bezienswaardigheid. Die www’s spelen we jullie in dit verslag dus door. Let wel: wijzelf hebben die www’s niet nagecheckt. Ter plaatse niet want internetcafé’s zijn we niet binnengestapt want we waren op verlof en eenmaal thuis ook niet want die informatie hebben we niet meer nodig aangezien er nog zoveel andere mooie, interessante reisbestemmingen zijn.

4. Logies en rolstoeltoegankelijkheid

 - Bevons ligt op enkele kilometer van Sisteron in de richting van Noyers-sur-Jabron. Vanaf die weg wordt met een paar zelfgemaakte wegwijzers (naar rechts toe) aangeduid hoe die B&B te bereiken.
We logeerden dus 1 week (van 19 tot 26-09) op het domein “Mas du Figuier” (Trotter pag. 379) in “Le gîte l’Olivier” en dat is een soort studio. Deze gîte is rolstoeltoegankelijk ttz er zijn geen treden als men komt van de kant waar men de auto kan parkeren en de zitplaats en eetplaats en keuken (één ruimte) zijn vlot bereikbaar.
Het gedeelte met slaapkamer, toilet en badkamer is moeilijker bereikbaar: voor mij enkel bereikbaar als ik in achteruit manoeuvreer en dit omdat men bij de ingang een draai van 90° moet nemen.   
De slaapkamer heeft net voldoende manoeuvreerruimte. Het tweepersoonsbed bevat 1 matras die net breed of net niet (ongeveer 150 cm) breed genoeg is. Het bed is ongeveer 45 cm hoog en de sponde achteraan heeft een hoogte van 60 cm en dat helpt bij de transfer van bed naar rolstoel.
Het toilet is niet toegankelijk want de deur is te smal (ong. 60 cm of nog iets minder) en de toiletruimte ongeveer hetzelfde dus enkel toegankelijk voor cat. 3 en was het dus voor mij én vooral Hilde telkens kunst- en vlieg(ttz sleur)werk om me op het toilet te deponeren en daarna terug op de rolstoel.
Eén week in die gîte kost 400 Euro en we betaalden een voorschot van 100 Euro.
We zorgden zelf voor het ontbijt behalve de eerste morgen. Er is tâble d’hôtes maar dat hebben we enkel genomen de eerste avond en daarvoor moesten we niet naar de eetruimte want er is daar een trap met 6 of 7 treden. Ze brachten dit avondmaal en dit ontbijt uitzonderingshalve naar onze gîte. We betaalden 20 Euro pp voor het avondmaal en dit ontbijt kregen we gratis
Op deze B&B hebben ze wel  één rolstoeltoegankelijke ruimte met toegankelijke kamer voor 6 personen + aangepast toilet en badkamer.

Gegevens van deze “Mas du figuier”:
Adres: Mas du figuier, La Fontaine, F-04200 Bevons, France
http://www.masdufiguier.com  
masdufiguier@gmail.com
Tel.: vanuit België 00 33 492 62 81 28 / 00 33 665 40 49 70

- Aurons ligt ten Noorden van Pélisanne in de omgeving van Salon-de-Provence en we
logeerden een week op het domein Petit-Sonnailler (Trotter pag. 170). Er zijn kamers in het kasteel maar wij logeerden in een ruime kamer op het gelijkvloers in een aangrenzend gebouw. Er is plaats voor 5 personen maar de bedden voor 3 personen zijn niet rolstoeltoegankelijk. Het dubbelbed op het gelijkvloers is dat natuurlijk wel. De matras van 1,60 m breed op dit bed heeft een hoogte van 63 cm. De badkamer is ongeveer 2,60m lang en iets breder dan 2m en men merkt dat ze speciaal ingericht is voor rolstoelgebruikers maar met bvb terplaatse gemaakte handgrepen die heel stevig en dus betrouwbaar zijn. Ook de lavabo’s zijn versterkt én onderrijdbaar. Links van het verhoogd toilet (h= 50cm) is er een stevige handgreep en eveneens bij het stortbad (60 cm x 60 cm). In het  stortbad is er een plastieken stoel (h = 45 cm) voorzien maar die heeft geen steunen (armleuningen) om zich recht te duwen.
Het is duidelijk dat deze chambre d’hôtes rolstoeltoegankelijk ingericht werd.
Het ons voorgeschotelde ontbijt was duidelijk zuiders: koffie of chocolademelk, voor elk een paar sneden brood of een stuk Frans brood, voor elk een blokje boter en een klutske confituur. Onze petit déjeuner was dus duidelijk “petit”.
Ons verblijf kostte 469 Euro ttz 67 Euro x 7 (kamer + klein ontbijt voor 2 personen) en we betaalden een voorschot van 30% ttz 140 Euro.
Er is geen mogelijkheid voor een avondmaal in deze B&B.
Deze B&B is omringd door wijngaarden toebehorend aan de eigenaars van deze B&B. Een avond werden we uitgenodigd voor “une dégustation” en sommige wijnen bevielen ons, andere minder. Men kan er ook wijn in flessen kopen, niet “en vrac”.
Gegevens van deze “Petit-Sonnailler”:                                                                      

Adres: Domaine le Sonnailler, F-13121 Aurons, France                              jc.brulat@club-internet.fr                                                                                      www.petit-sonnailler.com                        ... Tel.: vanuit België 00 33 496 59 3447                                                                       

Neem op de A7 afrit Salon de Provence en neem de D572 richting Pelissane en dan Aurons via de D68 richting: Chateau Petit-Sonnailler.

5. Bezienswaardigheden (bezocht vanuit Bevons) en rolstoeltoegankelijkheid

- Overal in de Provence zijn er lokale markten en voor de liefhebbers is dat een aanrader. We deden er enkele maar als je er één niet mag missen dan is het deze van L’Isle-sur-la-Sorgue (zie 6.).

- Sisteron is een mooi stadje dat aandacht heeft voor rolstoeltoegankelijkheid. Er zijn o.a. hellende vlakken naast plaatsen waar een paar treden zijn, er zijn voorbehouden parkeerplaatsen en toegankelijke toiletten. Op enkele km van Sisteron heb je een prachtig zicht (vooral ’s nachts) op de citadel die boven de stad uit troont en dan mooi verlicht is. Men kan rijden tot aan de citadel en er parkeren maar de citadel is niet rolstoeltoegankelijk.  
Niet alles in Sisteron is bereikbaar met de rolstoel wegens soms forse hellingen en trappen maar een bezoekje aan dit sympathieke stadje loont toch de moeite. Ook de typische Romaans-Provencaalse kathedraal is rolstoeltoegankelijk.
In Sisteron zagen we een toeristische wegwijzer voor de schitterende en wilde (zoals Trotter vermeldt) “Les Gorges de la Méouge”. Niet onaardig voor ons omdat we pas later “Les Gorges du Verdon” bezochten. Heb je Les Gorges du Verdon wel al bezocht dan hoeft dat bezoekje waarschijnlijk niet echt.

- Op naar de Mont Ventoux en dat loont de moeite, zeker de prachtige vergezichten tijdens de weg naar en van die Mont én op de Mont. Een aanrader.  
Van daaruit kan ook een uitstapje naar Vaison-la-Romaine. Bij de parking is een ruim toegankelijk toilet met verhoogde wc en één handgreep. Het Maison de Tourisme is niet rolstoeltoegankelijk!
In het Romeins theater is het museum toegankelijk maar het theater niet. Aan de overkant is het iets rolstoeltoegankelijker, ook de thermen. Het museum konden we maar efkes bezoeken maar leek echt wel de moeite. We mochten er gratis binnen en de audio kostte 5 Euro.
Is men van plan Arles en Orange te bezoeken of heeft men die al bezocht dan hoeft Vaison-la-Romaine misschien niet. Tenminste voor leken (zoals wij).
www.vaison-en-provence.com

- Les Gorges du Verdon zijn een must en trek er maar een hele dag voor uit. Vanuit Bevons is het ongeveer 90 km naar Castellane en meer dan 1h30 rijden. We ondervonden dat we de juiste keuze maakten met Castellane (en niet Moustiers-Sainte-Marie) als startplaats (ttz Pont-de Soleils op 12 km daar vandaan) en als eindbestemming. Op heel wat plaatsen is het uitzicht (telkens uitstappen is de boodschap) mooi, prachtig en ook al eens adembenemend. Erover babbelen of schrijven heeft weinig zin: je moet het zelf gezien hebben.

- Een andere dag bezochten we Moustiers-Sainte-Marie dat aanleunt tegen een berg en we vreesden dat het niet rolstoelvriendelijk zou zijn maar het viel beter mee dan we dachten al is niet alles toegankelijk. Rij wel tot in het stadje waar er verschillende voorbehouden parkeerplaatsen zijn. Wat hellingetjes, treden en trapjes zijn er, soms haalbaar of niet. Mis het mooie kerkje niet, ook van binnen niet. En ben je keramiekliefhebber dan moet je in dit stadje zijn.
Vandaar naar Manosque maar het stadje kon ons niet echt bekoren en dus gîtewaarts via Forcalquier dat van ver al toonde dat er hellingen aan te pas kwamen. Gelukkig was het dan al tegen valavond en dus etenstijd: zie 7. (W)etenswaardigheden bij Restaurant Le Jam.
In die streek ligt ook Mane  waar de Priorij van Salagon én de botanische tuin te bezichtigen is. Niet echt vlot toegankelijk, vooral de priorij met wat trappen en nogal hobbelig. Het bezoek viel tegen behalve een mooie tijdelijke foto-tentoonstelling. De tuinen waren niet goed bereikbaar en berijdbaar en de hitte die dag was een ideale reden om er de brui aan te geven .
Kost 6 Euro maar voor ons beiden elk 3 Euro (audio ook inbegrepen).
www.musee-de-salagon.com
In de omtrek heb je de Priorij van Ganagobie dat op een plateau ligt van waar men prachtig zicht heeft op de streek en de rivier Durance (zie ook verder: Barrage de Serre-Ponçon).

- Als je vanuit Sisteron richting Aix-en-Provence rijdt op de autosnelweg A51 (of E712) kijk dan naar links in de omgeving van Les Mées en dan zal je Les Pénitents des Mées zien ttz rotsformaties waarin je monniken herkent. Merkwaardig.

- Aangezien er meer te zien valt in het Zuiden dan in het Noorden van de Provence deden we éénmaal een trip naar het Zuiden (ttz Aix-en-Provence) tijdens ons verblijf in het Noorden van de Provence. Die trip was een lucky shot want het was de laatste week van een tijdelijke tentoonstelling (over Picasso en de invloed van Cézanne op zijn werken) in het museum Granet van die stad. Dit museum is vooral gekend voor de schilderijen van Cézanne.
Dit museum staat niet aangeduid als rolstoeltoegankelijk en dit was effectief zo tot een paar jaar geleden maar sindsdien is het wel toegankelijk maar via een andere ingang (aan de achterkant van het museum en via een ruime lift) maar dit wordt je wel allemaal duidelijk gemaakt wanneer je je tickets (voor die tijdelijke tentoonstelling: 8 Euro voor elk van ons beiden ipv 10 Euro en 5 Euro voor een audio) aanschaft.

Ben je een Cézanne-fan en rolstoelgebruiker, ga dan naar dit Granet-museum en bespaar jezelf en je begeleider de steile (tenminste voor rolstoelgebruiker én rolstoelduwer) helling naar het atelier van Cézanne want eenmaal jullie er afgepeigerd aankomen krijgen jullie te horen dat het atelier op de eerste verdieping ligt en je begeleider merkt dan – voor de prijs van 5,50 Euro – dat daar ook geen schilderijen van Cézanne te zien zijn. Wel zijn verfpotten en schildermateriaal en schilderkledij en Co. Waarom die locatie 3 sterren verdient bij Trotter: geen idee.
Nu en dan lazen we in Trotter ook uitweidingen over plaatselijke bezienswaardigheden die ons deden vermoeden dat de schrijver van dergelijke uitweidingen niet ter plaatse kon geweest zijn. Dit overkwam ons dus nog eens in Aix-en-Provence. De Place d’Albertas (krijgt ook 3 sterren) kreeg volgende loftuiting in Trotter: “We hebben in elke stad wel een lievelingsplek, en in Aix is het dit charmante rococopleintje.” Wij natuurlijk heel benieuwd naar dit architecturaal en charmerend pareltje. Jammer genoeg vonden wij dit pleintje het aankijken nauwelijks waard en charmerend was het helemaal niet. Anders gezegd: “Ne vaut pas du tout le détour”. Op het moment van ons bezoekje aan dat pleintje waren we daar trouwens moederziel alleen.
De kathedraal Saint-Sauveur, ondanks de 2 treden, verdient wel een ommetje, zeker ook de kapitelen (allemaal verschillend) en pijlers in de kruisgang (cloître) ernaast.  
www.aixenprovencetourism.com

- In de toeristische dienst van Sisteron gaven ze ons de raad naar de Barrage (stuwdam) de Serre-Ponçon te gaan. Toen we vroegen naar Gap vonden ze dat moderne stadje een omweg niet waard. Gap ligt in dezelfde streek als die stuwdam ttz ten Noorden van Sisteron maar zowel de stuwdam als Gap liggen net buiten de Provence. In onze Trotter over de Provence staat er dus geen info over Gap en over die stuwdam maar wel over het gevormde stuwmeer. Stuwdam en stuwmeer staan wel nog op de Provence-kaart maar Gap niet zodat de kaart van Frankrijk toch nog even goed van pas kwam.
Beiden (zowel de Barrage maar ook Gap) waren de moeite waard en ook het weggetje langs het stuwmeer vanaf de stuwdam naar Chorges. Vandaar reden we dan door naar Gap.
De stuwdam is vanuit technisch standpunt bewonderenswaardig (h = 123m; lengte = 600m; dikte aan de basis = 650m) en is de grootste stuwdam in Europa gemaakt in aarde (ttz klei). Het stuwmeer is 28 km² groot. Bij de stuwdam is er een soort documentatiecentrum (www.museoscope-du-lac.com)  waar via film en Co veel uitleg gegeven wordt over alles wat met de stuwdam (historiek, stuwdam en stuwmeer technisch gezien, impact op de omgeving: de rivier ttz Durance, verdwijning van 3 dorpen, enz.) te maken heeft. Een echte aanrader. Daarbij is dit documentatiecentrum (volw.: 8,80 Euro; personen met een handicap: 8,10 Euro) perfect toegankelijk: overal waar nodig zijn er hellende vlakjes, brede voetpaden en er is een ruim aangepast toilet met verhoogde wc en één schuine, vaste handgreep.
Als je Gap in rijdt lijkt het dus een gewone moderne stad. Parkeer ergens in het centrum en dan zal je kennis maken met het oude, gezellige Gap. Heel wat pittoreske, autovrije straatjes met mooie huisjes, winkeltjes en drank- en eetgelegenheden. Bovendien, in de schaduw van een mooi kerkje, aten we er lekker in het rolstoeltoegankelijke La Belle Epoque (zie ook 7.).

6. Bezienswaardigheden (bezocht vanuit Aurons) en rolstoeltoegankelijkheid

- Tijdens onze transfer van Bevons naar Aurons bezochten we het Ecomusée de l’Olivier in Volx (gelegen tussen Forcalquier en Manosque). Volx noch dit museum staan vermeld in Trotter maar we ontdekten het door een flyer en die meldde dat dit museum open is over de middag wat niet bleek te kloppen, tenminste op de dag van ons bezoek.
Het museum loont de moeite en is daarbij rolstoeltoegankelijk, ook de lift. Bij gesproken tekst is er geschreven tekst voor doven en bij kaarten is er een braille-kaart voor blinden. Tevens een ruim toegankelijk toilet met verhoogde wc en een vaste lange, horizontale handgreep.
In de shop kan je verschillende oliën proeven, ook tapenades van pure olijven. En kan je dat natuurlijk ook kopen.
www.ecomusee-olivier.cm

- In Pélissanne, nabij Aurons, is er de zondag markt en, naar onze normen, bleek het een grote markt te zijn. Vandaar reden we naar L’Isle-sur-la-Sorgue en daar was er nog een veel grotere markt inclusief antiekmarkt en dat duurde tot na 14h. Het hele (niet onaardige) stadje bleek één marktkraam.

- Vandaar naar Coustellet voor het “Musée de la Lavande”.
Beste Geachte Lezers die lavendel in hun tuin hebben (zoals wij): weet dus dat het geen lavendel is want lavendel groeit maar vanaf 800 m hoogte boven de zeespiegel. Dit hebben we dus geleerd en nog veel meer over: a) lavande ofte lavendel ttz lavandula angustifolia wat smalbladig betekent en met één bloem en voortplanting door zaden en met geneeskrachtige eigenschappen b) aspic ofte spijk ttz lavandula spica, met meerdere bloemen en eveneens geneeskrachtig en c) lavandin ofte ??? (geen idee hoe dat in het Nederlands noemt) ttz lavandula latifolia ttz breedbladerig, met meerdere bloemen en heeft geen geneeskrachtige eigenschappen zoals de lavendel en de spijk en kan zich niet voortplanten door zaad, wel door stekken. Die planten worden dus enkel gekweekt omwille van de geur van de olie die men ervan bereidt. Die oliën vindt men terug in zeep, badschuim, en dergelijke.  
De meeste lavendelvelden die je dus ziet in de Provence zijn dus lavandin-velden.
Het lavendelmuseum (Musée de la Lavande) met ook heel wat alambieken is dus zeker een aanrader. Je kan er dus ook tal van produkten kopen op basis van zowel lavendel, spijk en lavandin.
Daarbij is het museum rolstoeltoegankelijk, de ingangdeur draait naar buiten en er is een licht hellend vlakje en verder is er buiten een aangepast toilet (bij de dames en het is niet aangeduid dat het zich daar bevindt) met verhoogd toilet.
www.museedelalavande.com

- Salon-de Provence is een mooi provinciestadje met oa het huis van Nostradamus (dat we vermoedelijk niet gezien hebben), kasteel en kerk (Collégiale Saint Laurent) waarin Nostradamus begraven ligt maar veel treden maken die kerk niet toegankelijk behalve als je bereid bent de rolstoel heel steil en heel lang omhoog te duwen via de andere kant.

- In Arles oogt de arena (of amfitheater) mooi van buiten maar binnenin zagen we vooral zand en veel buiswerk wegens restauratiewerken, niet toegankelijk. We konden gratis een glimp opvangen.
Normaal gezien kost een combi-ticket (arena + antiek theater) 4,50 à 6,50 Euro pp. Als we dan naar het antiek theater trokken moesten we elk (rolstoelgebruiker + begeleider) 4,5 Euro betalen.
Het antiek theater is wel vlotter toegankelijk en er is een ruim (ong. 2m op 1,70m) aangepast toilet met onderrijdbare lavabo, verhoogd toilet met 2 handgrepen (één rechts horizontaal en schuin en 65 à 70 cm hoog en links opklapbaar en 80 cm hoog) rechts.
Arles is tamelijk rolstoeltoegankelijk, hier en daar wel een helling, soms ook een trapje dat meestal te vermijden is als je ne schat van een vrouwke (ventje, begeleider) hebt. Het trapje naar de Fondation Vincent Van Gogh heeft evenwel 13 treden en aangezien we bijgelovig :-) zijn liepen (reden) we er voorbij.
Het Musée Réattu (met oa een 50-tal tekeningen van Picasso), normaal dagelijks geopend volgens Trotter en we geloven hen, was op onze bezoekdag, ‘n maandag, wel gesloten.
Je kan in Arles het terras van café La Nuit zien (waarvan de gevel genoveerd werd zodat hij weer helemaal lijkt op de gevel op het schilderij) dat Van Gogh schilderde (waarvan je ook een copie ziet bij dat terras).
Even buiten de stad is er ook Les Alyscamps (Alys = Elysées = Elyzeese; camps = champs = velden) dat een laan is met graven (eerder marmeren bovengrondse lege sarcofagen) dat leidt naar een vervallen kerk (gelukkig waren er 5 treden dus besloot ik dat het niet toegankelijk was).
Die Elyzeese velden zijn relatief rolstoeltoegankelijk. En relatief duur: ingang: 5,5 Euro; voor ons beiden, elk 2,60  Euro.
www.arlestourisme.com

- Orange mag men niet missen, zeker omwille van het antieke theater. De 3 best bewaarde en mooiste antieke theaters liggen in: Aspendos (Turkije), Bosra (Syrië) en Orange. Die van Aspendos bezochten we, nu ook die van Orange … naar waar zou een van de volgende reizen ons kunnen leiden?
Dit theater is gratis voor personen met een handicap, volwassen stervelingen betalen 5,90 Euro en voor alle stervelingen is de audio-gids (ook in het Nederlands) inbegrepen. Op het gelijkvloers is het rolstoeltoegankelijk. Als rolstoelgebruiker kun je niet alles bezichtigen in dit theater (omwille van de gradins) maar een bezoek aan dit theater lijkt ons echt een must. Net buiten het theater in het Minerva (?) tempeltje wordt een interessant filmpje gedraaid (met oa de info over Aspendos en Bosra): overwin dus een uit de kluiten gewassen steen en 3 stevige treden.
Werp ook een blik op de Arc de Triomphe die dan hopelijk niet meer in de steigers staat.
www.theatre-antique.com

- Aangezien we vanuit het Noorden Avignon binnenreden parkeerden we onze auto in een parkeercentrum (1,60 Euro/uur; toegankelijk) dicht bij de H. Bénezetbrug en kwamen we direct uit bij de kathedraal en het Palais des Papes (www.palais-des-papes.com ). Dit laatste is de publiekstrekker maar is duidelijk – en dat maken ze je ook direct duidelijk – niet toegankelijk.  We bleven even op de Place du Palais waar een toeristentreintje om het 1/2h vertrekt voor een rondrit door Avignon maar dat treintje bleek niet rolstoeltoegankelijk. Evenwel, wanneer dit treintje aan zijn rondrit begon kwam er enkele minuten later een ander treintje aan en Hilde merkte direct dat die mogelijks wel toegankelijk zou kunnen zijn. En ja, via 2 metalen U-profielen kon ik er ook bij. De rondrit (duurt ongeveer 40 minuten en kost 7 Euro pp) loont echt de moeite en men ziet heel wat van Avignon o.a. ook de Pont Saint-Bénezet (sur le pont d’Avignon, l’on y danse …). Bekijk die brug maar heel goed want hij lijkt ietwat te kort… of is het de Rhône die sindsdien wat uit zijn voegen gebarsten is. Tijdens die rondrit merkt men dan ook dat Avignon – al zijn heel weinig bezienswaardigheden rolstoeltoegankelijk - toch betrekkelijk toegankelijk is. Na de treinrit hebben we dan nog gezellig gekuierd door de stad: een rijke stad met een rijk verleden.

- Op een markt in Saint-Auban hadden we 2 cavaillons (soort meloenen) gekocht maar die bleken achteraf niet echt lekker te zijn.
Enkele dagen later bezochten we het stadje Cavaillon en aten er ’s middags in een restaurant (zie 7.) . Ik wilde er absoluut lekkere cavaillon eten en dat meldde ik aan de ober. Hij verzekerde mij dat dit geen enkel probleem – ondanks het feit dat het al laat op het seizoen was – zou zijn en ik geef het grif toe: ik at er de lekkerste cavaillon (opgediend bij een slaatje met kaas als hoofdgerecht) ooit.
In het stadje zelf is de kathedraal Saint Véran een curieus geval maar een bezoekje (toegankelijk) wel waard: let vooral op het houtsnijwerk en het bladgoud.
De synagoge blijkt een aanrader te zijn maar die was gesloten (op een aangeduid openingsuur) en bleek zich te bevinden op het eerste verdiep dus vermoedelijk niet toegankelijk.
Cavaillon is tamelijk toegankelijk en heeft her en der verlaagde voetpaden.
www.cavaillon.org

- In de omgeving van Cavaillon, ttz in de Luberon-streek heb je verschillende toeristisch gekende dorpen. Evenwel, de Luberon is een bergachtige streek wat maakt dat vele van die dorpen niet echt rolstoelvriendelijk zijn zodat we er een paar (bvb Gordes, Roussillon) gewoon eens met de auto doorreden om er de sfeer even op te snuiven.
Op een paar km van Roussillon heb je  Ôkhra – Conservatoire de l’Ocre (www.okhra.com) dat betrekkelijk toegankelijk is.
Onze gids voor de wandeling bleek technisch niet zo onderlegd en de zó “prachtige en ook voor de kinderen heel leuke wandeling” waarover Trotter het heeft leek ons minder interessant dan wat we over oker en Co gelezen hebben in diezelfde reisgids.

- Onze laatste volle dag (2-10-’09) in de Provence speelde zich af in de mooie streek van “Les Alpilles” (De kleine Alpen) met de 2 stadjes Les-Baux-de-Provence en Saint-Rémy-de-Provence. Het werd een waardige afsluiter en de Cathédrale d’Images (7,50 Euro; personen met een handicap 6,50 Euro) in Les-Baux-de-Provence was het hoogtepunt. Les-Baux-de-Provence ligt op een bergkam en is daardoor niet rolstoelvriendelijk (vooral niet rolstoelbegeleider-vriendelijk) door de hellingen. De lager gelegen Cathédrale d’images (op dat moment gewijd aan Picasso) is een uitstekend alternatief en daarenboven toegankelijk. Er is ook een ruim toegankelijk toilet met verhoogde wc en 1 vaste handgreep.
Die Cathédrale is een oude kalksteengroeve waarin verschillende camera’s bewegende beelden (foto’s, schilderijen, portretten, enz. ivm Picasso) projecteren op de muren, hoeken, vloeren en plafonds van die kalksteengroeve terwijl de bezoekers er in rondwandelen en alles bekijken. Impressionant en niet te missen !!!
www.cathedrale-images.com
En als je buitenkomt uit die kalksteengroeve: bewonder de landschappen en loop of rijd of rol er rond en bewonder de rotsige landschappen.
In Saint-Rémy-de-Provence staat veel in het teken van Vincent Van Gogh die daar 1 jaar verbleef tot 2 maand voor zijn dood. Hij schilderde en tekende er meer dan 150 werken maar er zijn daar evenwel geen werken van in dit stadje zelf. We vonden het aangenaam wandelen in dit stadje. Heel dichtbij ligt Glanum, een oud Romeins stadje met oa triomfboog en necropolis.

- Marseille en nog zoveel andere bekende (Château-Neuf-du-Pape bvb) en minder bekende plekken hebben we dus niet bezocht. Nu ja, de Provence bezoeken in 2 weken tijd, dat veronderstelt keuzes maken.
Eerst dachten we dat Marseille plat was daar het aan de zee ligt. Maar het bleek dat de kust ginder er niet zo plat uitziet als onze kust en daardoor ontsnapte Marseille aan onze aandacht. Soit.

7.(W)etenswaardigheden
                                
- In de toeristische steden zijn de parkings meestal betalend behalve de parkings voor personen met een handicap.

- Geld halen uit de muur met je bancontactkaart is even eenvoudig als hier.

- In het restaurant “O Café Théatre” in Cavaillon (met die fameuze lekkere cavaillon) krijg je een Pastis voor de prijs van 1,60 Euro. Maar evengoed betaal je elders 2 of 2,50 Euro. In een Belgisch restaurant zal je 5 of 6 Euro betalen voor een Pastis of een Ricard maar je krijgt er wel 5 cl voor en in Frankrijk krijg je enkel 2,5 cl.
Eén liter Pastis kost in een grootwarenhuis 9,80 Euro.
Men krijgt altijd de raad om in de Provence nooit een Ricard te vragen maar wel de typisch Provencaalse Pastis. We hebben dus altijd Pastis als aperitief gevraagd maar in de helft van de gevallen kregen we die Pastis (of  Ricard want het verschil smaken we toch niet) in Ricard-glazen.
En van prijzen gesproken: een glas Coca-Cola zal meer kosten dan een pastis of een glas wijn.
De prijzen in de Franse restaurants lijkenn goedkoper dan in de Belgische maar te lande is het duidelijk goedkoper dan in de toeristische trekpleisters.

- Restaurant “La Belle époque” in Gap (zie 5.) is toegankelijk: er zijn geen treden ook niet als je vanaf de terras naar binnen gaat. Er is een aangepast toilet voorzien maar de architect die dat uittekende moet men duidelijk eens in een rolstoel plaatsen en hem naar dit toilet sturen. Hij zal dan merken dat je er niet in kan in vooruit maar enkel in achteruit en je ook de deur niet dicht kan trekken en moet je verder dus een draai van 180° maken om van de rolstoel op het verhoogd toilet terecht te komen.           
Erg is dat wanneer restaurantuitbaters al de moeite doen om hun restaurant rolstoelvriendelijk te maken en dat dat dan verprutst wordt door onbekwame vaklui.

- Het restaurant “Le Jam” in Forcalquier is een aanrader. Aan de ingang is er 1+1/2 trede. We nuttigden er lekker Marokkaans en het begeleidende Marokkaanse rode wijntje mag gerust wedijveren met de plaatselijke wijnen.
Op ’n middag in Forcalquier aten we in Café Le Commerce: lekker en goedkoop behalve de Ricard (3 Euro). Dit restaurant staat niet vermeld in Trotter.

- Een Franse jongeling luisterde met veel aandacht naar ons West-Vlaams onderonsje en vroeg ons of we Pools of Russisch praatten. Potverdikke !

- In Digne-les-Bains en Gréoux-les-Bains kan men kuren. We hebben hen mails gestuurd om te vragen naar de rolstoeltoegankelijkheid van die kuuroorden maar we hebben van beiden geen antwoord gekregen. Beide kuurstadjes hebben we – al waren we wel in de omtrek – straal :-) genegeerd.

- Hostellerie Domaine de la Reynaude ligt enkele honderden meter van onze B&B in Aurons.
’t Lijkt een kasteel en bij de ingang zijn er een paar hoge treden maar het lukt.
Het is er niet goedkoop, de bediening (uit de hoogte en tergend traag) liet te wensen over maar het eten was lekker. Dat laatste is eigenlijk het belangrijkste maar toch zijn we er niet meer terug geweest.

- Koop je in toeristische plaatsen en steden een flesje (0,5l) water dan betaal je 1,5 Euro. Koop je in een grootwarenhuis een grote fles (1,5l) water dan betaal je 0,17 Euro. Wat beduidt dat het grootwarenhuis ongeveer 26 keer (voor de perfectionnisten onder u: 26,47 keer) goedkoper is wat water betreft. Anders gezegd: met 1,50 Euro koop je 1 flesje water van 0,5 l of bijna 9 flessen van 1,5 l.
Bij een benzinestation kostte een fles water van1,5l 0,90 Euro.

-  Provencaalse wijnen: eenvoudig, lekker, goedkoop. Én je krijgt er geen hoofdpijn van. Wat bewijst dat ze zuinig zijn met sulfiet. Een aanrader. Tenminste de wijnen die wij dronken.

- Aioli is typisch Provencaals: een soort mayonaise gemaakt met olijfolie en knoflook maar  zonder mosterd maar het is tevens de naam van een gerecht met vis, aardappelen en die aioli.

- Op heel wat autosnelwegen moet betaald worden. Ongeveer 1 Euro per 10 km. Bij korte afstanden betaal je meer dan 1 Euro per 10km; bij langere afstanden minder dan 1 Euro per 10km. Wij betaalden de “péages” met onze Esso-tankkaart.

Hoe goed vond je dit reisverslag?: 
5
Gemiddeld: 5 (2 stemmen)