Semana Santa in Sevilla (Spanje)

Semana Santa Sevilla 28/03 tot 03/04/2010

Land: Spanje
Streek: Andalusië
Stad: Sevilla

Ik was hier al in 1968, 1974 en 1987. Ik reis met mijn partner als onmisbare hulp bij het voortduwen van de rolstoel.

Transport
Vliegtuig: kostprijs € 128,00
                            + € 149,16 taksen
                            + €  10,00 dossierkosten
                            + €  15,00 annulatieverzekering
                   Totaal  € 287,16 p/p
De  vlucht is geboekt op 19/08/2009 bij Connections. We vlogen met Iberia met een overstap in Madrid. De taxi naar de luchthaven van Zaventem kostte € 45,00 enkel.
Het lag in onze bedoeling te vliegen met SN Brussels Airlines, maar op het internet werd aangegeven dat de maatschappij naar Sevilla vloog tot en met 27 maart en wij wilden vertrekken op 28 maart. Dit was een serieuze streep door de rekening, want met SN Brussels Airlines konden we vliegen voor nog geen € 100. Toen we reeds de vlucht geboekt hadden, merkten we dat SN Brussels Airlines toch nog vliegt op Sevilla, maar onze vlucht was geboekt en betaald en we konden niet meer terug.

Logies
We verbleven in een hotel, uit noodzaak voor mijn handicap.

Reisverzekering
Naast Eurocross van het ziekenfonds hebben we altijd de reisverzekering zonder wagen van VTB.
De reisverzekering van VTB kost € 74,00(€ 92,50 - 20% als lid van Wegwijzer)

Reiskosten
Voor de week in Sevilla tijdens de Semana Santa gaven we in totaal € 736,00 uit p/p. We merkten in de brochure van Thomas Cook voor dezelfde periode, in hetzelfde hotel de prijs van € 1.500 voor twee personen. In deze prijs was enkel de vlucht heen en terug en het logies met ontbijt inbegrepen, terwijl bij ons alles inclusief is. De voorwaarden in het hotel waren dezelfde, daardoor weten we nu nog meer dan voorheen, dat een reis zelf organiseren en bepaalde boekingen zelf doen, een stuk goedkoper uitvalt dan wanneer je klakkeloos de brochures openslaat, volgt en boekt.

Het klimaat tijdens onze reis was vrij goed met zonnige dagen en meestal een temperatuur rond 22° en meer. Op maandag 29 maart vertrokken we onder een blauwe hemel, maar rond de middag werd het blauw grijs en kregen we een fikse bui over ons heen. Het werd een stuk frisser, maar gelukkig duurde het niet lang en de zon scheen daarna terug volop.

Fotografie/Film
Wij namen digitale foto’s en daarnaast filmden we met een aparte camera.

Waardering
Deze citytrip is ons heel goed meegevallen. Buiten de gewone bezienswaardigheden van Sevilla genoten wij iedere dag van een portie processies. Vanaf vrijdag voor palmzondag tot en met Pasen gaan er in Sevilla iedere dag 10 processies uit van verschillende broederschappen. Ze wedijveren allen met elkaar om met de mooiste praalwagen naar buiten te komen.

Enkele gegevens over ons. Wij zijn Jozef Somers en Marie-Claire Meesemaecker
Kard. Cardijnstraat 52
2840 Rumst
Tel.: 03/888.04.56
E-mail: somers.jozef@skynet.be en somersjozef@hotmail.com

Andere reizigers mogen zeker met ons contact opnemen. Als mindervalide en persoon op rust ben ik meestal thuis aan te treffen. Aangezien mijn spraak niet altijd door iedereen verstaan wordt, is het aangewezen vooraf contact op te nemen via mail om eventueel af te spreken wanneer je bij ons terecht kunt. Meestal lukt het na 19u, dan staat Marie-Claire paraat om aan geïnteresseerden inlichtingen en tips door te geven.

Logies
Hotel Murillo, Lope de Rueda 7-9, Barrio de Santa Cruz, 41004 Sevilla, España
                         Tel.: + 34/95-4216.095
                         Website: www.hotelmurillo.com
                         E-mail: info@hotelmurillo.com
Het hotel ligt net binnen de Barrio Santa Cruz en op een vijftal minuten van de kathedraal. Met de wagen en zelfs met een taxi is het niet te bereiken, de straatjes zijn te smal. Wij kwamen er te voet vanaf de terminus van de airportbus op de Avenida El Cid, via de Avenida de Menendez Pelayo en de Jardines de Murillo en via een hellend vlak op de Plaza Allaro. Vanaf hier is het nog een honderdtal meter naar het charmante hotel. Wij boekten dit hotel via internet bij Hostelbookers. Zij konden de beste prijs aanbieden voor dit hotel. Wij betaalden met Master Card een voorschot van € 56,40 aan Hostelbookers en het saldo van € 507,40 met dezelfde kaart in het hotel bij het uitchecken. De prijs per dag kwam op € 94,00 ontbijtbuffet inbegrepen. Het hotel beschikt slechts over 1 vrij ruime kamer(107) op het gelijkvloers met grotere aangepaste badkamer met beugels aan het gewone zittoilet, een onderrijdbare lavabo en een inrijdouchecabine met vast zitje aan de muur en losse sproeier. De deuren zijn breder dan die van de andere kamers. Wanneer je deze kamer wil betrekken, meld je dit best bij de reservering en verwittig tevens het hotel hiervan. Zij antwoorden correct op een mail. Wij hadden weinig hinder van voorbijgangers naar de lift. Bij de inkom van het hotel ligt een kort maar vrij steil hellend vlak. Het hotel heeft een korte maar brede lift. Het ontbijtbuffet wordt in de kelderverdieping gegeven. Op het dakterras kan je genieten van een uitzicht over de stad. Het hotel is een echte aanrader.

Vluchten
28/03 Brussel - Madrid, 07.55u - 10.15u, vliegtijd 2.20u
          Vlucht uitgevoerd met Airbus 320 van Iberia, vluchtnummer IB 3207
28/03 Madrid - Sevilla, 11.50u - 12.50u, vliegtijd 1.00u
          Vlucht uitgevoerd met Airbus 320 van Iberia, vluchtnummer IB 106
03/04 Sevilla - Madrid, 17.35u - 18.35u, vliegtijd 1.00u
          Vlucht uitgevoerd met Airbus 319 van Iberia, vluchtnummer IB 125
03/04 Madrid - Brussel, 19.50u - 22.05u, vliegtijd 2.15u
          Vlucht uitgevoerd met Airbus 321 van Iberia, vluchtnummer IB 3208

Kosten van vervoer ter plaatse
Airportbus naar het centrum van Sevilla        € 2,30 p/p
Stadsbus C4 naar basiliek La Macarena        € 1,20 p/p
Stadsbus naar de wijk Triana                         € 1,20 p/p
Stadsbus naar de basiliek La Macarena        € 1,20 p/p
Er is ook een mogelijkheid om een tienrittenkaart te kopen in de kiosken en dan kost een rit met de bus minder. De juiste prijs hiervan kan ik niet zeggen, vermits wij ze niet kochten. Wij vonden het niet de moeite, omdat we de meeste bezienswaardigheden te voet bereikten.

De airportbus rijdt op regelmatige tijdstippen met vertrek van de luchthaven naar het centrum en omgekeerd.
Vertrek van het centrum van Sevilla, Prado(Av. El Cid) naar de luchthaven.

Volledige lijst van de vertrekuren van de airportbus

      Weekdagen en zaterdag                                          Zondag en feestdagen
Prado(Av. El Cid)     Aeropuerto                          Prado(Av. El Cid)     Aeropuerto
05.15-45                    05.45                                    06.15                          06.45
06.15-45                    06.15-45                              07.15                          07.45
07.15-45                    07.15-45                              08.15                          08.45
08.15-45                    08.15-45                              09.15                          09.45
09.00-15-45               09.15-30-45                        10.15                           10.45
10.15-45                    10.15-45                              11.15                          11.45
11.15-30-45               11.15-45                              12.15                          12.45
12.15-30-45               12.00-15-45                         13.15-45                    13.45
13.15-30-45               13.00-15-45                         14.15-45                    14.15-45
14.15-45                    14.00-15-45                         15.15-45                    15.15-45
15.15-45                    15.15-45                              16.15-45                    16.15-45
16.15-30-45              16.15-45                               17.15-45                   17.15-45
17.15-30-45              17.00-15-45                         18.15-45                    18.15-45
18.15-45                   18.00-15-45                         19.15-45                    19.15-45
19.15-45                   19.15-45                              20.15-45                    20.15-45
20.15-45                   20.15-45                              21.15                         21.15-45
21.15-45                   21.15-45                              22.15                         22.45
22.15-45                   22.15-45                              23.15                         23.45
23.15-45                   23.15-45
00.15                        00.15-45

Deze tabel kan je raadplegen op de website: www.tussam.es/index.php?id-200
Tarief geldig van 1 januari 2009:
Ticket van een enkele rit  €  2,30
Ticket rit heen en terug    €  4,00
Maandabonnement          € 36,00

Bezienswaardigheden: openingstijden, inkomprijs en toegankelijkheid

De gegevens in deze lijst ontvingen wij van de dienst voor toerisme van Sevilla. Deze bevindt zich tegenover de uitgang van het Alcazar, Plaza del Triunfo 1.

Kathedraal Santa Maria de la Sede, Giralda en Patio de los Naranjos:
Winter: Ma. tot Za. 11.00-17.30u, Zo. 14.30-18.30u.
Zomer(juli-augustus): Ma. tot Za. 9.30-16.30u, Zo. 14.30-18.30u.
Tijdens de Goede Week kunnen het andere zijn uren, raadpleeg daarvoor de Toeristische Dienst. In de Patio de los Naranjos kom je via de kathedraal.
Inkom € 8,00 p/p inkom tot San Salvadorkerk inbegrepen. Inwoners van Sevillia, kinderen tot 16 jr., studenten, gepensioneerden en gehandicapten en hun begeleider gratis. De kathedraal en de Patio de los Naranjos zijn rolstoeltoegankelijk. De Giralda zou je grotendeels op kunnen met een stel stevige helpers. De toren heeft alleen in het bovendeel enkele treden.

Reales Alcazares:
Oktober tot maart: alle dagen 9.30-17.00u,
April tot september: alle dagen 9.30-19.00u. Inkom € 7,50 p/p en dezelfde regeling als bij de kathedraal. Rolstoeltoegankelijk. Gesloten op Goede Vrijdag.

Casa de Pilatos(Palace):
April tot oktober: alle dagen 9.00-19.00u, november tot maart: alle dagen 9.00-18.00u. Inkom € 8 p/p en dezelfde regeling als bij de kathedraal. Alleen het gelijkvloers € 5 p/p. Dinsdag gratis 13.00-17.00u voor inwoners van de EU. Rolstoeltoegankelijk gelijkvloers.
 
Archivo de Indias:
Ma. tot Za.: 9.30-16.45u, Zo. en feestdagen: 10.00-14.00u. Gratis inkom.
Gesloten op 25 december, 1 en 6 januari en Goede Vrijdag.

Torre del Oro:
Di. tot Vrij.: 10.00-14.00, Za. en Zo.: 11.00-14.00u.
Inkom € 2,00 p/p. Di. gratis. Gesloten op Ma., in augustus en tijdens feesten.
Er zijn enkele treden om erin te komen.

Plaza de toros:
November tot april: alle dagen 9.30-19.00u, mei tot oktober: 9.30-20.00u.
De dag van de stierengevechten: 9.30-15.00u. Ma. gesloten.
Inkom € 6,00 p/p, ouderen en gehandicapten € 4,00. Rolstoeltoegankelijk.
Voor het bijwonen van stierengevechten is voor rolstoelgebruikers achteraan een lift voorzien.

Basilica de la Macarena:
Ma. tot Za.: 9.00-14u en 17.00-21.00u. Zo.: 9.30-14.00u.
Het museum: Ma. tot Za. 9.00-13.30u en 17.00-20.30u, Zo. 9.30-13.30u.
Inkom basiliek gratis, museum € 5 p/p, studenten, kinderen tussen 6 en 16 jaar, groepen en gepensioneerden € 3. Gesloten op Goede Vrijdag.

Hospital de Los Venerables:
Alle dagen 10.00 - 14.00u en 16.00 - 20.00u. Inkom € 4,75 p/p, studenten en gepensioneerden
€ 2,40. Gratis toegang voor rolstoelgebruikers is hier niet, het is een privé initiatief. Zondagnamiddag gratis. Rolstoeltoegankelijk.

Iglesia del Salvador:
Ma. tot Za. 11.30-18.00u, Zo. 15.00-19.00u. Inkom € 3 p/p. Rolstoeltoegankelijk langs een zijingang.

Templo del Gran Poder:
Ma. tot Do. en Za. en Zo. 8.00-13.30u en 18.00-21.00u. Vrij. 7.30-22.00u. Inkom gratis.
Rolstoeltoegankelijk.

Iglesia de San Luis:
Di. tot Do. 9.00-14.00u Vrij. en Za. 9.00-14.00u en 18.00-21.00u. Zo. en Ma. Gesloten.
Gratis inkom. Rolstoeltoegankelijk.

Palacio de San Telmo:
Momenteel gesloten wegens restauratiewerken. De voorgevel is nochtans prachtig.

Hotel Alfono XIII:
Is een bezoek waard. Het is rolstoeltoegankelijk met een lift via de dienstingang. Gratis.

Koetsen in Sevilla:
Je kan met koetsen rondrijden in Sevilla net zoals in Brugge. De tocht duurt ongeveer 1 uur, er wordt naar de voornaamste bezienswaardigheden gereden en halt gehouden voor foto’s. De prijs varieert naargelang de periode. Door het jaar is het € 50,00, tijdens de Semana Santa € 60,00 en tijdens de Feria in april € 90,00. Wanneer je de rit kunt maken met meerdere mensen is dit te doen, anders is de kost vrij hoog.

Reisverslag Semana Santa Sevilla
        
Reeds jaren liepen wij met de idee Sevilla te bezoeken tijdens de Semana Santa. Tot hiertoe was het bij het idee gebleven. Nu hebben wij de knoop doorgehakt en we hebben het ons zeker niet beklaagd. Het enige wat bij ons tegenviel, was de grote opeengehoopte massa mensen en de ongeduldigheid van de Spanjaarden. Zij kunnen niet lang op dezelfde plaats blijven staan en genieten niet van wat er gaat komen. Velen lopen met de praalwagens mee en trachten die zelfs aan te raken.

Sevilla:
Het waren de Feniciërs die het eerst dit gebied veroverden. Ze stichtten een aantal handelskolonies nabij de rivier. Ze leerden de plaatselijke bevolking hoe ze ijzer moesten bewerken en ze vonden ook een nieuwe manier om goud te verwerken. De Romeinen volgden en stichtten de stad Hispalis enkele jaren voor Christus. Hispalis groeide tot een mooie en bloeiende stad, maar slaagde er nooit in uit de schaduw van het nabijgelegen Cordoba te treden. De Visigoten maakten van Hispalis hun provinciale zetel en een centrum van studie. In de 11e eeuw veroverden de Moren de stad en herdoopten ze tot Ishbilliya, maar ze kozen er ook voor het grotere Cordoba tot hun hoofdstad te maken. Na bijna 400 jaar van burgeroorlogen tussen Christenen en Arabieren trokken de Moren zich terug uit hun geliefde Al-Andalus. Kort daarna kende Sevilla een periode van ongeziene bloei. Wanneer Christoffel Columbus de nieuwe wereld ontdekte in 1492 werden de exclusieve handelsrechten niet aan Cordoba, maar aan Sevilla gegeven. De stad werd vlug de rijkste en meest kosmopolitische stad van Europa en slaagde erin deze positie enkele eeuwen te behouden. Vandaag is Sevilla geen metropool meer, maar het is wel een bruisende stad die zeker het ontdekken waard is.

Dag 1. Zondag 28/03 Brussel - Madrid 7.55u - 10.15u en Madrid - Sevilla 11.50u - 12.50u

          Om 5.30u  stond  de  taxi voor de deur en konden we vertrekken richting Zaventem. Het vroege uur was nu nog lastiger dan anders, want toevallig ging dit weekend het zomeruur in. We waren vlug ter plaatse, op zondag zijn er geen files op de weg en zeker niet op dat vroege uur. Het inchecken en de veiligheidscontrole gingen vlot. Nu was het wachten op de boarding. Om precies 8.00u lieten we Brussel achter ons en na een goede vlucht landden we in Madrid om 10.20u. De assistentie was vlug ter plaatse en bracht ons naar de assistentiedesk. Daar moesten we wachten om naar de volgende gate te mogen. Gelukkig bleven we in dezelfde terminal en dat kan ettelijke minuten schelen. Op een gegeven moment werd ik door twee assistenten opgehaald en werd de tocht naar de gate aangevat. Toen we er aankwamen was de boarding net begonnen en was het wachten tot de laatste passagier aan boord was. Ik werd in mijn rolstoel tot tegen het vliegtuig gereden, overgezet in een smal exemplaar en op mijn plaats in het toestel gebracht door de bereidwillige assistenten.

          De korte vlucht verliep naar behoren en bij aankomst in Sevilla was er snel assistentie ter plekke. Met deze man liepen we door de gangen naar de bagageband. Wij vreesden reeds dat de onze er niet bij zou zijn, maar na lang wachten kwam onze valies eindelijk te voorschijn. Met de hulp van de assistent waren we nu vlug de luchthaven uit en op weg naar de stopplaats en tevens de terminus aan de luchthaven van de airportbus. Na een tiental minuten verscheen die op het toneel en kon de rest van de passagiers eerst instappen, waarna het onze beurt was. Er moest een hellend vlak uit de bus geschoven worden, waarover de rolstoel probleemloos in de bus kon gereden en op een daarvoor speciale plaats geparkeerd worden. Per bus is er één plaats voor rolstoelen of buggy’s voorzien en niemand mag die plaats innemen wanneer er een rolstoel aan boord komt. De rit naar het centrum kost € 2,30 p/p. De terminus in het centrum van Sevilla is op de Avenida El Cid tegen het luxe hotel Alfonso XIII. Vanaf hier gingen we te voet, ik was zwaar beladen met de valies op de knieën samen met de tas met onze documenten.

         Het was een voettocht van een goed kwartier, die leidde door de Jardines de Murillo en zo kwamen we aan een hellend vlak, dat uitkomt op de Plaza Allaro dicht bij het hotel. We wilden geen taxi charteren, omdat die toch niet bij het Hotel Murillo kon komen. In straatjes van amper 1 meter breed is dat onmogelijk met een wagen. Met de reservatie in de hand ging Marie-Claire naar de receptionist, maar ze had ze niet echt nodig want Jorge, zo heette de man, noemde reeds op voorhand onze namen wanneer hij hoorde dat we met een rolstoel waren. Dit is dan weer het voordeel van de rolstoel. We hadden een kamer gevraagd op de hoogste verdieping om geen hinder te hebben van het straatlawaai. Bij inspectie hiervan, is Marie-Claire terug naar de balie gegaan en gevraagd of zij de gehandicaptenkamer op het gelijkvloers eens mocht zien. Ze is bijna onmiddellijk daarna naar boven gekomen en we zijn verhuisd. De kamer die voor ons voorzien was(407), was klein en ik kon niet in de badkamer. De andere kamer(107) daarentegen was veel ruimer, had bredere deuren en een aangepaste badkamer. Meer moest het voor ons niet zijn en we hoopten er niet teveel last te zullen ondervinden van voorbijgangers naar de lift. Het viel al bij al nogal mee.

          Na installatie op de kamer trokken we er reeds op uit. In het hotel kregen we een stadsplattegrond van het oude Sevilla met daarop de voornaamste bezienswaardigheden aangeduid en een boekje waarin alle processies vermeld stonden met vertrek- en aankomstuur en het tracé die zij volgen. Het weer was uitstekend, zeker 25° en volop zon, wat we in België al zolang moesten missen. Via een wirwar van straatjes en steegjes kwamen we na een vijftal minuten bij de kathedraal. Daar stond de ganse buurt met nadar afsluitingen en hoge platen afgezet, want in deze buurt komen bijna alle processies voorbij. Het zijn er maar een tiental per dag te beginnen met de vrijdag voor palmzondag en eindigend met Pasen.

          In deze buurt kan je een stoel huren. Bij navraag in het hotel over deze kwestie, werd ons gezegd dat de stoelen slechts verhuurd worden voor een ganse week en dat de meeste reeds verhuurd zijn een jaar op voorhand. Daaruit begrepen wij dat we er zelfs geen moeite moesten voor doen en als toevallig voorbij reizende toerist lukt het helemaal niet. In enkele kleine superettes, voornamelijk uitgebaat door Aziaten, meestal Chinezen, worden plooibare stoeltjes verkocht. We schaften er eentje aan tegen de prijs van € 5,00 en voor dat bedrag kan je niet enkele uren rechtstaan en pijnlijke voeten krijgen.

          Hoe dichter we bij de kathedraal kwamen, hoe nauwer de doorgang werd tussen de mensenmassa. Het was haast niet te doen en zeker niet met een rolstoel. We hebben er toch een glimp kunnen opvangen van 2 processies, La Borriquita en La Paz. Wanneer de meeste drukte voorbij was, keerden we terug naar het hotel en zetten ons neer in het kleine restaurant La Esquina rechtover Hotel Murillo. Voor een minder goede paella, twee minerale waters en één biertje betaalden we € 43,10 voor ons twee. Dit restaurant is geen echte aanrader, het is er niet goedkoop en het eten was niet zo lekker. We namen er afscheid en zochten onze vaste stek op voor een deugddoende en hopend op een rustige nacht.

Bij aankomst in Sevilla merkten we dat we hier met een gans ander weertype te maken hadden dan bij ons thuis. Onder een stralende zon reden we met de shuttlebus van de luchthaven naar het centrum en de rest van de dag konden we blijven genieten van dit mooie weer bij een temperatuur van rond 25°.

Dag 2. Maandag 29/03

         Na een uitgebreid ontbijt konden we op stap in hartje Sevilla. Het Alcazar met opening om 9.30u kwam als eerste aan de beurt. Het lijkt op het eerste zicht sterk op een Moors paleis, maar het was eigenlijk een paleis van Peter I van Castilië, bijgenaamd Peter de Wrede, dat door de Moren gebouwd werd in 1360. Het ganse complex is goed toegankelijk met een rolstoel, op enkele uitzonderingen na zoals de galerieën in de tuinen, die liggen iets hoger en alleen bereikbaar zijn met een trap en de baden, die liggen dan weer iets lager en een trap was hier ook het obstakel. Het uitgebreid bezoek nam enkele uren in beslag. Bij het buitenkomen van het Alcazar stapte Marie-Claire de Toeristische Dienst van Sevilla binnen om er info in te winnen over de openingsdagen en uren van de bezienswaardigheden in Sevilla door het jaar en tijdens de Semana Santa in het bijzonder. Ik moest noodgedwongen buiten wachten, bij de ingang van het bureau zijn een drietal treden. De info die we er kregen, was in ieder geval heel nuttig. De Toeristische Dienst bevindt zich op de hoek van het straatje dat toegang geeft tot de Barrio Santa Cruz en tegenover de uitgang van het Alcazar.

          Van het Alcazar is het maar een boogscheut naar de Kathedraal Santa Maria de la Sede. Het is de derde grootste kathedraal van Europa. Oorspronkelijk werd het als moskee gebouwd in de 12e eeuw. De ongeveer 100m hoge minaret van de moskee werd omgebouwd tot de Giralda klokkentoren. Christoffel Columbus ligt in de kathedraal begraven. De kathedraal was ondertussen opengegaan, normale openingstijd 11u en in de Goede Week was het niet anders. De ingang tot de kathedraal kan van dag tot dag verschillen, maar bij de hoofdingang staat gewoonlijk een persoon om je door te verwijzen. Er stond een behoorlijk lange rij aan te schuiven, maar een werknemer van de organisatie deed teken dat we via een ommetje die file konden vermijden. Een rolstoelgebruiker en zijn begeleider gaan gratis binnen, maar je moet wel een gratis ticket nemen aan de kassa. De ganse kerk is rolstoelvriendelijk en het is zeker de moeite ze te bezoeken. De toegang tot de Giralda is in de rechter hoek achteraan de kathedraal. Wanneer je over een stel stevige helpers beschikt, zou de beklimming van de Giralda waarschijnlijk nog lukken ook. De toren kan voor het overgrote deel beklommen worden zonder trappen. Via 32 vrij steil hellende vlakken kom je tot tegen de top en het in het laatste deel zijn een tiental treden zijn. Isabel II wou de toren te paard kunnen beklimmen. Je hebt er een prachtig zicht op Sevilla, maar je hebt een stel goed geluiddempende oorbeschermers nodig wanneer de klokken boven de hoofden beginnen te luiden. Oordopjes zouden hoogstwaarschijnlijk niet volstaan. De klokken hangen maar enkele meters boven de hoofden van de bezoekers. De Patio de los Naranjos bereik je ook via de kathedraal. De toegang tot de patio is verscholen achter een grote zilveren monstrans recht tegenover de graftombe van Cristoffel Columbus. Wij vonden de patio ietwat verwaarloosd, maar de appelsienbomen blijven er het symbool.

          Toen we in de patio rondtoerden, veranderde de kleur van de hemel van diep blauw naar donker grijs en enkele ogenblikken later kregen we grote regendruppels over ons heen. Iedereen zocht in ijltempo terug de kathedraal op en we dropen af naar één van de uitgangen. Hier is een souvenirwinkeltje, waar we plastieken regenmantels op de kop konden tikken. Goed ingepakt vertrokken wij uit de kathedraal, maar niet voor lang want er was geen doorkomen aan. Om beschut te zijn voor de gutsende regen, namen wij het besluit iets tussen de lippen te steken. Wat we konden doen in het kleine restaurantje Alcazaba. Toen het opgehouden had met regenen, zetten we onze tocht in het centrum verder. Vermits het volle centrum zo goed als afgesloten was, kozen we meer voor de uitkanten van de stad. Zo kwamen we bij het super luxueuze hotel Alfonso XIII*****. Een deluxe dubbele kamer met ontbijt kost amper € 262,50 voor 1 nacht en ik weet niet of er een aangepaste kamer is. Het kan chic zijn, maar daarom nog niet aangepast aan de noden van minder mobiele personen. Er is wel een lift. Het loont in ieder geval de moeite er eens een kijkje te nemen en er eventueel iets te drinken, maar houd dan je geldbeugel maar in de gaten. Bij de inkom zijn een massa treden, maar met de dienstlift kom je er ook en die zit ergens links onder de trap verborgen. Bij het verlaten van het hotel kozen we de richting van de Guadalquivir en passeerden het prachtige Palacio San Telmo. Normaal is dit paleis te bezoeken, maar momenteel wordt het volledig gerestaureerd en is het gesloten voor het publiek. We konden alleen de prachtige gevel bewonderen. De wandeltocht bracht ons bij de Torre del Oro aan de Paseo Christobal Colon. Hij dateert uit de 12e eeuw. Wanneer de Almohaden Sevilla als hoofdstad kozen, richtten zij twee bouwwerken op, de Torre del Oro en de Giralda. Het eerste maakte vroeger deel uit van de Moorse stadswallen tussen het Alcazar en de rest van de stad. In 1760 werd hij verbouwd en kreeg hij een klein torentje bij. De naam Torre del Oro dateert uit de bloeitijd van Sevilla, toen de schepen uit de Amerikaanse kolonieën binnenstroomden en in Sevilla werden gelost. Hij diende als gevangenis, kapel, opslagplaats en nu als maritiem museum. Hij was op dat ogenblik gesloten. Dan maar verder naar de Plaza de Toros de la Maestranza. Een lange rij wachtenden stond op de stoep voor de Plaza de Toros. Bij navraag kwamen we te weten, dat zij wachten op de opening van de loketten voor de voorverkoop van ticketten voor de komende stierengevechten na Pasen en gedurende de Feria in Sevilla, veertien dagen later. Gaia kan tegen die gevechten zijn, maar de heetgeblakerde Spanjaarden blijven er storm voor lopen.

          De omheining rond de arena stond even verder open en langs die weg moesten wij om van een gegidste rondleiding in twee talen, Spaans en Engels, te kunnen genieten. Om het half uur vertrok een groepje toeristen onder leiding van een gids. De eerste explicatie werd gegeven op de trappen van de zittribunes. Ik kon daar niet komen, maar was wel de enige die in de arena naar de uitleg mocht luisteren. Van daar werd verder gegaan onder de tribunes, waar een kapel en een klein museum is ondergebracht. We wisten niet, dat de stierenvechters betaald worden voor zij de arena betreden. De reden hiervoor is, men weet nooit op voorhand of de toreros levend het strijdperk zullen verlaten. In de kleine kapel onder de tribunes gaat de stierenvechter een laatste maal bidden voor een goede afloop voor hij aan het gevecht begint. De rondleiding ten einde gingen wij terug richting centrum. Onderweg stootten we nog op de processie El Beso de Judas, van de kerk van Santiago, El Rocio genaamd. Het werd lang wachten op de twee prachtige gedragen praalwagens, maar het loonde de moeite. We waren hier wel verplicht te blijven staan, want er was weer eens geen doorkomen aan. Toen de processie voorbij was, trokken we ons terug in het hotel, deponeerden het fotomateriaal in de kamer en zochten een restaurantje op. Tegen het hotel hadden we Meson Los Venerables gezien en het leek er vrij goed en de prijzen vielen best mee.
Hun adresgegevens zijn:
                                        C/Jamerdana 9, Barrio Santa Cruz, 41004 Sevilla
                                        Tel.: + 34/95-4215.738
                                        Website: www.mesonlosvenerables.com
                                        E-mail: mlv@mesonlosvenerables.com     
Je krijgt er 5 tapas voor € 12,00 en we betaalden er € 15,80 voor de tapas, een romer rode wijn en een Cola. Daarna werd het bedtijd.

De dag begon onder een blauwe hemel met zon, maar rond de middag veranderde de lucht van lichtgrijs naar donkergrijs en kregen we een fikse bui over ons heen. Gelukkig duurde dit niet te lang en werd de hemel terug blauw met enkele witte wolkenslierten. Het was wel een heel stuk frisser en zonder fleece lukte het niet meer.

Dag 3. Dinsdag 30/03

         Na het ontbijt verlieten wij het hotel, gingen door de Jardines de Murillo, dan de Avenida Menéndez Pelayo over naar het bushokje voor de stadsbus C4. Die bus heeft een halte bij de Basilica de la Macarena. Deze basiliek was onze eerste halte, omdat zij het verste van onze vaste stek verwijderd was. Naast de kerk wilden we ook het kleine bijhorende museum met een bezoek vereren, maar het was tijdens de Goede Week gesloten. De mantels en alle andere attributen van de Virgen de la Macarena waren nu allemaal in de kerk tentoongesteld. In deze periode kan men ze aanschouwen zonder betalen. De basiliek  is prachtig, met ietwat overladen barok. Alle kerken die we op deze citytrip aandeden, vertonen ongeveer hetzelfde interieur en zijn voor 99% rolstoeltoegankelijk.

        Bij het verlaten van de prachtige basiliek vatten wij te voet de terugweg aan. De volgende stop kwam er bij de tempel van Nuestro Señor del Gran Poder en de kerk van San Lorenzo. Bij de ingang van El Gran Poder stond een lange rij wachtende mensen om in de kerk binnen te mogen. Als rolstoelgebruiker mag je de file negeren en er naast binnengaan, wat door de meesten zonder morren wordt toegestaan. Blijkbaar zijn de Spanjaarden het gewoon om kinderwagens en mindervaliden te laten voorgaan. Op dit gebied staat België nog nergens of op zijn zachtst uitgedrukt, is er nog een lange weg te gaan. Het staande beeld van de lijdende christus wordt door de Spanjaarden erg vereerd. Dit is de reden van de mensenzee in en buiten de kerk. Minder mobiele mensen worden eventueel geholpen om bij het beeld te kunnen komen. Er ligt een hellend vlak dat je boven en bij het beeld brengt. De kerk van San Lorenzo ligt op enkele meters van El Gran Poder en op hetzelfde pleintje. Ze is mooi, maar wordt veel minder bezocht dan zijn naaste buur. Nu stonden er meerdere praalwagens tentoon, die meegaan in één of andere processie. Beide kerken zijn rolstoeltoegankelijk. Op de terugweg kwamen we ook bij de kerk van San Luis. Deze kerk is prachtig maar bulkt van overdadige barok. Onder de tonen van klassieke muziek konden we het mooie interieur bewonderen. Bij de inkom van deze kerk zijn een viertal hoge treden en moesten we even wachten op de komst van andere toeristen om te worden geholpen.

          Onze tocht door de straten van Sevilla werd onderbroken op de Plaza Alfalfa, waar we ons neerzetten aan een tafeltje op het terras van de Bar Manolo. We hebben er lekkere Russische salade en merluza gegeten voor € 20,20 voor ons twee, drank inbegrepen. In het reisverslag van Piet Duyck lazen we dat hier een min of meer toegankelijk toilet beschikbaar was en we hebben het aan de lijve ondervonden. Na de lunch trokken we verder, met de bedoeling het Casa de Pilatos te bezoeken. Dit was zonder eventuele processies gerekend, want uitgerekend in Aguilas, een smalle straat waar de processie San Esteban binnen enkele minuten zou door komen, moesten wij de andere richting uit. Van personen, die wachten op de processie, vernamen we dat we er niet moesten aan denken verder te gaan. De processie moest uit een onooglijk klein kerkje in dezelfde straat vertrekken en daarom was de hele straat geblokkeerd. We hebben van de nood een deugd gemaakt en zijn, zoals de andere mensen, blijven staan, wachtend op de komst van de vele boetelingen en de prachtige, gedragen praalwagens. De prachtig opgemaakte wagens worden door 36 “costaleros” gedragen. Na enkele minuten wordt gestopt en wordt de zware mastodonten neergezet. We vernamen dat elk van de dragers een gewicht op de schouders torst van +/- 60kg. De dragers wisselen op geregelde tijdstippen. Wanneer zij terug willen vertrekken, klopt één van de begeleiders met stok op de wagen en schiet die plots omhoog. Wij vroegen ons af, of de brandende kaarsen op de wagen nooit voor problemen zorgen. Wij vonden dat de organisatie hier goed werk had geleverd, want de processie verliep vrij geordend. Toen de tweede en tevens laatste praalwagen voorbij was, trachtten wij ons door de menigte een weg te banen naar het Casa de Pilatos. Bij aankomst moesten we tot ons spijt vaststellen, dat deze gesloten was. Waarschijnlijk had dit te maken met het processie gebeuren. We zouden op een andere dag wel terug komen.

         Op de terugweg naar de Barrio Santa Cruz stuitten we op een tweede processie. Aan de Plaza San Augustin kwam de processie van San Benito voorbij. Naast de vele boetelingen met puntmutsen tot over de schouders, er zijn twee openingen voor de ogen en voor de rest sluit de kap alles af, gaan er hier drie praalwagens mee. Het loonde de moeite om te blijven staan. Een andere mogelijkheid was er zelfs niet, want het ganse centrum was geblokkeerd. De Spanjaarden hebben we dikwijls vervloekt. Geduld kennen zij niet en op hun plaats blijven staan ook niet. Daardoor liepen zij dan ook regelmatig voor de lens van de camera, tot ergernis van Marie-Claire. De processie voorbij zetten we koers naar de Barrio Santa Cruz en slenterden er rond tot zonsondergang. Het fotomateriaal deponeerden we op de kamer en we zochten een restaurantje om onze hongerige maag te spijzen. Aan het restaurant El 3 de Oro is aan La Esquina de la Carne een soort frituur. Je kan er terecht voor allerlei gebakken vis en zeevruchten, die per kilo wordt verkocht en met wat geluk vindt je een tafel die vrij is. De drank komt dan van El 3 de Oro. Voor de portie gebakken vis(we namen een mix) betaalden we € 9,13 en voor onze drank € 3,00(mineraal water en een groot glas  bier Cruzcampo, het bier van Sevilla).

De ganse dag konden we opkijken naar een blauwe hemel en de zon liet zich van haar beste kant zien. De temperatuur liep op tot 22°.

Dag 4. Woensdag 31/03

          Na het ontbijt verlieten we om 9u het hotel, om via de Tuinen van Murillo naar het bushokje van stadsbus C3 op Avenida Menéndez Pelayo te gaan Nu moesten we niet de baan oversteken, want het ging de andere kant op. Bus C3 rijdt immers naar de Barrio Triana over de Guadalquivir. Bij vroegere bezoeken aan Sevilla, jaren geleden, werd deze wijk angstvallig gemeden wegens heel onveilig. Deze stelling hield mijn schoonbroer Carlos Vega, afkomstig van Sevilla, ons altijd voor en wij namen het voor waarheid aan. Hij is tenslotte Sevilliaan in hart en nieren, maar woont reeds jaren in België. We hebben nu kunnen vaststellen, dat die stelling zeker niet meer klopt. Het is er niet minder veilig dan eender waar in Sevilla of in Antwerpen of in andere grote steden. Voor zakkenrollers moet je altijd opletten, zeker wanneer een mensenzee de straten vult. De siteseeing van de wijk Triana begon met de kerk La Esperanza. De spierwitte gevel stak schril af tegen de staalblauwe hemel. Het interieur is sober en er stonden twee mooie praalwagens gereed om in één of andere processie van de Barrio Triana mee te gaan. Gewapend met het stadsplan van Sevilla bereikten we de kerk van San Jacinto. Deze kerk is gewoon heel mooi. De kerk van Santa Ana vonden wij niet zo speciaal. Tussendoor bezochten wij in één van de straten een ceramiekwinkel. Er staan mooie exemplaren te koop, maar de prijs is navenant. Op onze tocht in Triana bezochten we ook de kerk van Nuestra Señora de la O. Ze is prachtig zowel buiten als het interieur en hier stonden ook twee mooie praalwagens tentoon, wachtend op hun dragers. We stelden vast dat de kerken in Triana alleen open zijn in de voormiddag tijdens de Semana Santa.

          We verlieten Triana via de brug Puento de los Remedios om dan via het Parque Maria Luisa op de Plaza de España te komen. De halvemaanvormige Plaza de España is één van de meest herkenbare pleinen van Sevilla. Ter gelegenheid van de Ibero-Amerikaanse tentoonstelling van 1929 werden er verschillende gebouwen opgetrokken in het Parque Maria Luisa, waaronder dit ontwerp van Anibal Gonzàlez. Het plein vormt een enorme halve cirkel die volledig omringd wordt door gebouwen. Het overgrote deel van die gebouwen wordt nu door de overheid gebruikt. Onderaan de  gebouwen bevinden zich 52 tegelmozaïeken, fresco’s waarop alle Spaanse provincies zijn afgebeeld in azulejos. Midden op het plein staat normaal een fontein en het middenplein wordt door een viertal bruggetjes verbonden met de zijkant. Momenteel en waarschijnlijk nog lange tijd, zijn er grootse restauratiewerken aan de gang. Het plein met de mooie fontein voor de bruggetjes is nu taboe voor bezoekers. Via een hellend vlak kom je bij de galerieën. Je kan tot op het einde wandelen, maar enkel het eerste deel tot aan de middenbouw is reeds gerestaureerd. De vele rumoerige en onbeleefde scholieren stoorden hier werkelijk. Sommigen lagen languit op de banken aan de verschillende provincieschilden en plans. Het leek of deze jeugd geen opvoeding had meegekregen. Zij waren blijkbaar niet geinteresseerd in het mooie dat er te zien valt. Daardoor was het ook vrij moeilijk om goede foto’s te maken. Ten langen laatste dropen de jongeren af en hadden we
we op het voorplein bijna vrij spel. Na het nemen van de nodige kiekjes, zegden wij de Plaza de España vaarwel en stevenden we af op de Plaza de América. De gebouwen rond dit mooie plein dateren ook van 1929 en waren een onderdeel van de Ibero-Amerikaanse tentoonstelling. Marie-Claire geraakte niet uitgekeken op de prachtige gebouwen en op de bloemenpracht op de bomen en in de perken op het plein. De witte duifjes sieren nog steeds het plein en laven hun dorst aan de twee kleine fonteintjes. Een opdringerige verkoopster van duivenvoer ontbreekt op deze plaats natuurlijk niet. Vanaf de Plaza de América wandelden we richting Guadalquivir. Op de Paseo de Cristobàl Colon zochten we een restaurantje op voor de lunch. Op het terras van Glassy Lounge kwam net een tafeltje vrij en we maakten er gretig gebruik van. Voor 2 club sandwich, 1 mineraal water en 1 grote pint Cruzcampo bier betaalden wij € 10,00. Het restaurant is gelegen tegen de Calle Adriano, straat die in de richting van de kathedraal gaat. Dit restaurant heeft op het gelijkvloers een groot en vrij toegankelijk toilet met een gewoon zittoilet en geen wandbeugels.

         Na een voortreffelijke lunch en toiletbezoek(grote ruimte en wandbeugels aan een gewoon zittoilet) wilden we het centrum in via de Calle Adriano. Het was verkeerd gerekend, want in de helft van de straat zaten we weer eens vast. De processie El Baratillo zou hier voorbijkomen. Wij waren er rond 17u, Marie-Claire klapte haar stoeltje open en we waren allebei gezeten. Tot 18.30u hebben we moeten geduld uitoefenen en om 19.30u was de laatste praalwagen ons gepasseerd en konden we eindelijk onze weg naar de Barrio Santa Cruz verder zetten, maar niet voor lang. Een volgende processie gooide nogmaals roet in het eten,
figuurlijk althans, en we zochten in de buurt dan maar weer een eettent op. Bodega Gongora
kreeg ons als klanten aan tafel buiten op het terras. De gegevens van dit huis zijn:  
                          C/Albareda 5,  
                          41001 Sevilla - Tel.:+ 34/ 95-4221.119   Fax: + 34/95-4212.466
                          Website: www.bodegagongora.com     E-mail: info@bodegagongora.com
Het is er goed tafelen en de prijzen vallen best mee. Voor ons twee betaalden we € 31,35 voor 5 tapas, tortilla de gambas en frieten en daarbij de nodige drank. Na de maaltijd konden we stilaan richting Barrio Santa Cruz, waar we het terras van Los 3 de Oro opzochten en een laatste drank voor vandaag bestelden. We dronken er een heel goede sangria en een pint bier zonder alcohol, waarna we onze vaste stek opzochten en onder de lakens doken.

Het werd weer een onvergetelijk mooie dag met veel zon en bijna geen wolkje te bespeuren. We wilden nu zoveel mogelijk van ons programma afwerken, omdat we niet wisten welk weer het morgen zou worden. Marie-Claire was bekaf van het duwen aan de rolstoel en ik moe gezeten na de lange uren zonder bewegen in de rolstoel. Met een 24° moesten we het stellen.

Dag 5. Donderdag 01/04

          Vandaag vertrokken we uit het hotel omstreeks 9.30u met als eerste doel het Hospital de los Venerables, gelegen in de buurt van het hotel. Het bevindt zich op het gelijknamige pleintje in de Barrio Santa Cruz. Het is opgericht in 1675 door Justino de Neve als rustplaats voor oudere geestelijken. De kapel in het complex is prachtig en je kan als rolstoelgebruiker ook naar de verdieping met een grote lift. Het is zeker een bezoek waard, tenminste wanneer je  over voldoende  tijd beschikt. Vanaf dit punt zochten we terug de kathedraal op, om Marie-Claire de gelegenheid te geven de Giralda te beklimmen. We waren hier vorige maandag, maar op het ogenblik dat Marie-Claire aan de beklimming wou beginnen, kregen we af te rekenen met een fikse regenbui en vermits we toch gratis binnen konden, speelde het geen rol. We hadden tijd genoeg om de voornaamste zaken te bezoeken in Sevilla. Nu was het zicht op de toren heel helder. De Patio de los Naranjos werd ook terug meegepikt. In deze patio heeft Marie-Claire in juli 1973 haar voeten verfrist in één van de vele fonteintjes. Nu stonden die  echter droog, waarschijnlijk door de restauratiewerken aan de patio. Onderweg naar onze volgende bestemming zagen we meerdere fraai uitgedoste dames met prachtige mantillas. Zij zijn meestal in het zwart gekleed en wanneer er mannen bij zijn, lopen die er in keurig pak bij, zelfs de jeugd draagt dan een das. Zoiets zie je bij ons niet meer. Het volgende was de kerk San Salvador. De gewone inkom met een resem treden was gesloten, maar via een klein overdekt straatje links van de kerk kon je erin. Vandaag was de ingang gratis. Er was een grote menigte aanwezig, die allen de vele prachtige praalwagens kwamen bewonderen. Het was heksenwerk om een mooie foto te maken zonder storende hoofden. Tegen de middag werd eenieder vriendelijk verzocht de kerk te verlaten, ze werd voor de rest van de dag gesloten voor het publiek.

          We waren nu al zover gevorderd in de stad, dat we gewoon doorstapten naar het Casa de Pilatos. Nu hadden we meer geluk dan verleden dinsdag, het was open. Het is één van de mooiste paleizen van Sevilla en is gelegen aan de Plaza de Pilatos. Het is gebouwd in twee bouwstijlen, de christelijke renaissancestijl en de islamietische mudéjarstijl. Met de mudéjar worden de Moren bedoeld die, na de nederlaag tegen de christenen in 1248, in Sevilla bleven wonen. In het Casa de Pilatos, dat twee verdiepingen telt, vindt je een mengeling van de twee bouwstijlen. Je ziet er een mooie binnenplaats met een  fonteintje en  diverse  Romeinse beelden. De tuinen zijn zeer de moeite. Naar onze mening vercwijnt dit complex in het niets in vergelijking met het Alcazar, maar het is zeker de moeite waard het te bezoeken. Het gelijkvloers is volledig rolstoeltoegankelijk, de eerste verdieping niet omdat er geen lift is. De bovenverdieping kan je enkel op bepaalde tijdstippen en met een verplichte Spaanssprekende gids bezoeken. Marie-Claire heeft haar neus boven even binnengestoken en is teruggekeerd. Ze moest er te lang wachten vooraleer er een volgend groepje binnen kon. Tegen 16u waren wij op de Plaza Alfalfa, waar we terug aan de Bar Manolo onze late lunch namen. Het was er zalig genieten in het zonnetje, dat we hier bij ons toch al zo lang moesten missen. We stapten op, gingen richting hotel en verdwaalden in de smalle straatjes van de Barrio Santa Cruz tot zonsondergang. Dan zochten wij terug het terras op van Los 3 de Oro, om er de gekochte gebakken vis van de Freidura Puerta te verorberen met een frisse sangria en een alcohol vrij bier. Voor beiden samen betaalden we € 9,60 + 4,80 = € 14,40. De dag was goed geweest, maar aan alle mooie liedjes komt een eind en we dropen af naar het hotel en zochten ons bed op.

Het werd de zoveelste mooie dag op rij. Het werd weer +/- 24°.

Dag 6. Vrijdag 02/04

         Om 7.15u vertrokken we reeds uit het hotel om de stadsbus C4 naar de kerk van de Virgen de la Macarena te nemen. In de buurt van de kerk konden we moeilijk komen. Daar was men heel druk doende met de voorbereiding van de terugkomst van de processie. Die was hier verleden nacht om middernacht vertrokken en moet normaal gezien binnen zijn rond 14u deze middag. We hadden vooraf geïnformeerd waar het voor ons de beste en gemakkelijkste plaats was om de processie goed te kunnen zien. Zodoende gingen wij in de richting van de Calle Feria. Ongeveer midden in deze straat, aan de Plaza Montesion en tegen een kerkje, hebben we ons rond 9.30u neergezet. Nu was het wachten op de komst van de processie van de Virgen de la Macarena. Als alles volgens plan verliep, zou zij hier voorbij komen rond 10u. We hebben hier nogmaals kunnen vaststellen dat de Spanjaarden geen geduld en discipline hebben. Als de praalwagens in aantocht waren, gingen ze helemaal uit  de  bol. De mensenzee begon te dringen om bij de wagen te kunnen en ze zouden bergen willen verzetten om die even aan te raken. Ik werd in de rolstoel letterlijk weggedrumd. De politie kon de menigte moeilijk in bedwang houden. Op die manier is het niet meer aangenaam, maar als je de sfeer van de Semana Santa wil opsnuiven, dan moet je er de rest maar bij nemen.

          Wanneer de praalwagen met de Virgen de la Macarena voorbij was, droop de menigte af naar het centrum, in de hoop er een volgende processie te kunnen meepikken. Voor ons was het stilaan genoeg geweest. We hebben vanaf onze aankomst in Sevilla zondag na de middag tot nu vrijdag per dag minstens 1 processie zien passeren. Op de duur is het van het goede teveel. Wij volgden de menigte naar het centrum, in de hoop ergens een laat ontbijt te kunnen nemen. In de Calle Sanchez Bedoya, een straat die uitgeeft op de Patio de los Naranjos, is het ons rond 12u gelukt en het smaakte. Na dit late ontbijt gingen we terug op stap, want stilzitten zit nu helemaal niet in onze aard. Via de Torre del Oro en de Plaza de toros kwamen we bij de Puente Triana of Isabel II genaamd. Hier ging een grote menigte van het centrum van Sevilla naar Triana, om een glimp op te vangen van een of andere processie die in Triana rondging. Wij kwamen nu louter voor de wijk, voor de bevolking en om de sfeer die er heerst in ons op te nemen. De Spanjaarden lappen Goede Vrijdag precies aan hun laars, want de tapabars hadden goed te doen. Op een zonovergoten terras aan de oever van de Guadalquivir zetten we ons neer en genoten van de deugddoende zon en van een koele drink. Rond 15.45u stapten we op en zochten terug het centrum van Sevilla op, tenminste de Barrio Santa Cruz. Het is er altijd een drukte van jewelste in de gezellige en in de zomer koele steegjes van de wijk.

         Rond 19u begonnen we uit te kijken naar een plaats waar we iets eetbaars, dat betaalbaar was, konden krijgen. Het terras van het restaurant El Codobés werd de uitgekozen plek. Dit restaurant bevindt zich tegenover de kerk Santa Maria la Blanca en het Hotel La Casa de Juderia. Je zit er rustig, dachten wij maar het tegendeel werd vlug duidelijk. Je zit er onder lommerrijke bomen, die veel vogels aan trekken. Die beestjes weten niet beter en vliegen rond, onderweg hun ontlasting achterlatend. Wanneer je dan de tegenslag hebt dat de smurrie in je drinken of in je bord valt, ben je er aan voor de moeite. We aten er een koud voorgerecht met ansjovis en 2 lekkere paellas. We betaalden € 37,50 voor ons twee, drank inbegrepen. Het was na de maaltijd veel te vroeg om het hotel op te zoeken, daarom slenterden we nog even rond, om de avond af te sluiten op het terras van Los 3 de Oro. Marie-Claire dronk er nog eens een overheerlijke sangria en ik hield het bij een alcoholvrij biertje.

Het werd weer een zonovergoten dag en minstens 25°.

Dag 7. Zaterdag 03/04

         Het kort verlof zat er weeral bijna op, maar een week duurt nu eenmaal geen 24 dagen. Daarom hielden wij het even rustig deze morgen. Rond 10u stapten we op in de richting van het Alcazar. De toegang is voor ons gratis, dus begonnen we aan ons tweede bezoek en nu in veel betere weersomstandigheden dan vorige maandag. Toen startten we onder een blauwe hemel die, naarmate we in het complex vorderden, grijzer werd. Het enige minpunt om mooie foto’s te kunnen nemen, was de grote massa mensen die het paleis bezochten. Zo zal er altijd wel ergens iets zijn dat minder goed is. Voor het overige mochten we niet klagen. Tegen 13.15u zochten wij een terrasje op voor onze laatste lunch in Sevilla. We vonden een vrij tafeltje op het terras van het restaurant Los Escobos gelegen in een zijstraat die op de kathedraal uitgeeft. Marie-Claire nam er tapas en ik hield het bij een lekkere tortilla de patatas. Voor deze lunch betaalden we € 25,40 drank inbegrepen. Toen de rekening vereffend was, krasten we op en gingen naar het hotel terug voor het ophalen van de bagage en voor een laatste toiletbezoek voor het vertrek naar de luchthaven. Te voet vertrokken we naar de terminus van de airportbus op de Prado de San Sebastian. De bus stond te wachten op passagiers en bij het zien van de rolstoel, deed de chauffeur teken dat we achteraan moesten instappen. Dat hadden we tevoren bij alle andere bussen reeds ervaren. Pas nadat  alle passagiers met hun bagage waren opgestapt, opende de chauffeur de achterdeur en liet het hellend vlak naar buiten glijden. Wanneer dit volledig ten einde was, klikte het even naar beneden op de stoeprand en kon ik in de bus op de voorbehouden plaats gereden worden. Op elke bus is er 1 plaats voorzien voor kinderwagens of rolstoelen. Zijn er toevallig meer zulke gebruikers, dan rest er maar één mogelijkheid de volgende bus te nemen. Wij hebben dit niet voorgehad en gelukkig maar. De bus vertrok volgeladen om 14.40u en met enkele stops onderweg, o.a. aan het nieuwe treinstation Santa Justa, kwamen we bij de luchthaven om 15.10u.

         Heel goed op tijd konden we inchecken en alles verliep vlot. Op eigen houtje zijn we naar de gate gegaan, de assistentie zou daar wel bij ons komen, werd ons aan de incheckbalie bevestigd. Wanneer de boarding ging starten was er nog niemand, dat bracht mee dat ik i.p.v. als eerste nu als laatste aan boord kon gaan. Vermits we een plaats op één van de laatste rijen toegewezen kregen, moesten mijn assistenten de achteringang van het toestel gebruiken en dit duurde meer dan lang genoeg. Mijn helpers moesten van de purser eerst toestemming krijgen om mij via de achterdeur binnen te brengen. Door dit voorval zijn we met een half uur vertraging, 18.05u i.p.v. 17.35u, vertrokken en op die korte afstand Sevilla - Madrid kon de piloot het tijdverlies niet goedmaken.

          Op de luchthaven Barajas in Madrid was de assistentie snel ter plaatse en nu was er geen wachten aan, want de tijd begon reeds te dringen. Er restte nog amper een goed half uur voor het toestel zou aanzetten. Ik kreeg toch nog even de tijd om het toilet binnen te wippen. De assistente kwam toen zelfs op de deur kloppen, om te melden dat het de hoogste tijd was. Nu konden we wel als eerste aan boord en daardoor was het gemakkelijker om eventueel van plaats te wisselen. Het toegewezen zitje was weer eens vrij ver achteraan het vliegtuig. Op mijn boarding pas stond rij 34 vermeld. De purser in het toestel zei tegen Marie-Claire, dat het geen probleem was om ons op rij 14 neer te zetten. Er moesten maar 66 passagiers mee naar Brussel. Er was dus plaats zat. Wij zijn stipt op tijd vertrokken om 19.50u en na een heel goede en vlucht veilig en wel in Brussel geland om 21.35u i.p.v. om 22.05u. Dat was een meevaller en nu maar hopen dat de bagage mee was. Al vlug zagen we ze in de verte verschijnen. Dit was al in orde, maar dikwijls gaat er wel iets mis en het was nu niet anders. Eén van de zijplaten van de rolstoel lag gescheurd en zelfs het metalen kader was verwrongen. We moesten weer maar eens aangifte doen van het defect. Aan de balie werden formulieren ingevuld en we kregen een dossiernummer en het telefoonnummer van Iberia. We moesten in een periode van 8 dagen met Iberia contact opnemen en die zouden ons wel zeggen wat we juist moesten doen. Daarmee was hier de kous af en konden we de luchthaven verlaten. Onze chauffeur stond ons reeds op te wachten. Snel de wagen geladen en weg waren wij terug naar Terhagen, naar onze vaste stek in de Rupelstreek.

Eindconclusie

Sevilla is een hele belevenis, je vindt er een mengeling van Moorse architectuur, prachtige 17e eeuwse paleizen en een wirwar van gezellige straatjes en steegjes vol typische tapabars. De flamenco en de trage Guadalquivir geven het geheel nog wat extra charme. Het is een heel aangename stad, laat je gerust even verdwalen in de smalle straatjes en steegjes van de Barrio Santa Cruz. Je zult je er geen ogenblik vervelen. Sevilla met een rolstoel bezoeken, is een plezier en het is waarlijk ontspannend op verlof gaan. Voor het overgrote deel is de toegang tot de bezienswaardigheden gratis of aan verminderde prijs voor een rolstoelgebruiker en zijn begeleider. Bijna alle stoepen hellen af naar de straat toe en in veel restaurants zijn min of meer toegankelijke toiletten. In veel gevallen is tenminste de toiletruimte zo groot, dat de deur kan gesloten worden als de rolstoel erin staat.

Hoe goed vond je dit reisverslag?: 
Gemiddeld: 4 (2 stemmen)