Naar de Maya-piramides en andere avonturen (Guatemala)

Geschreven door Jozef.

Inleiding

Streek/stad: Rondrit van bijna het ganse land, enkel de regio van Coban hebben we niet aangedaan.
Traject:     Antigua – Lago Atitlàn(Panajachel, Santiago Atitlan, San Pedro,Solola en San Antonio
Palopo) – Chichicastenango – Santa Cruz del Quiche – Nebaj – Huehuetenango – Chiantla – Todos Santos – Quetzaltenango(Almolonga, San Marcos en San Francisco el Alto) terug naar Antgua om de dag daarop de vlucht naar Flores te halen – Tikal – terug Antigua voor Witte Donderdag en Goede Vrijdag(processies) – Esquipulas – Copan – Quirigua – Rio Dulce – Livingston en terug naar Guatemala City voor de vlucht huiswaarts.  

Periode
Van 22/03 tot 16/04/2004

Reisgezelschap met mijn partner als broodnodige begeleider

Geboekt bij de reisagent: Connections Mechelen (enkel het vliegtuig)

Vervoersmaatschappij (enkel het  vliegtuig) Iberia - Over de vluchten geen slecht woord, maar qua vriendelijkheid van de bemanning: dat laat ronduit te wensen over en de Jumbo die we voorgeschoteld kregen had zijn beste tijd gehad. Één van de bagageruimten in het vliegtuig viel bij het opstijgen regelmatig open.

Transport
- heen en terug naar de bestemming: vliegtuig, kostprijs € 628,71 per persoon.
- ter plaatse: twee maal drie dagen een auto met chauffeur ingehuurd, voor de rest alle
mogelijk transport genomen: shuttles, lijnbussen en boten.

Logies
Wij hebben getracht zoveel mogelijk in kleine hotelletjes te logeren. Enkele hadden we gereserveerd via internet(3) en één per telefoon, voor de overigen volgden we de Footprint.

Reizen kost
De prijs van: een dagmenu in een restaurant: +/-GTQ 120 voor twee personen         
een biertje: +/- GTQ 8
openbaar vervoer: de prijs schommelt volgens de afstand
een kop koffie of thee: GTQ 4
een frisdrank: GTQ 4
sigaretten: een groot pak Marlboro kostte GTQ 470
benzine 95 ron: GTQ 18/gallon

Naar mijn weten is er gewoon alles te krijgen wat je in Belgïe kan vinden, de prijs is iets anders.

De totale som die we voor deze reis per persoon uitgegeven hebben is: € 1.806,15. In dit bedrag is alles inbegrepen: alle transporten(vliegtuig, bussen, boten en taxi’s), de inkomgelden, alle overnachtingen, de maaltijden en de souvenirs die we mee hadden. De hotels vielen in prijs best mee, maar de maaltijden vielen, naar onze normen, soms vrij duur uit.      
We betaalden met de lokale munt, ter plaatse gewisseld voor $ en Travellers Cheques van American Express (andere worden gewoon niet aanvaard en het wordt steeds gevraagd bij het wisselen).
We hebben op verschillende plaatsen met $ en Travellers Cheques de overnachtingen betaald.
Wisselkoers 1 $ = +/- GTQ 8 (1 $ = € 0.828)

Gidsen – kaarten
Elmar Guatemala handboek(2002), Footprint(2002), Guide NEOS : Guatemala – Belize(1999)
Qua informatie zijn ze alle drie goed. De Footprint is het best voor slaapgelegenheden en de twee anderen als het over achtergronden van het land gaat.
We hebben veel informatie kunnen puren uit reisverslagen van Wegwijzer.

Kaarten
Wegenkaart Guatemala/Belize van World Mapping Project was ruim voldoende voor zover we een kaart nodig hadden.

Over mezelf: ik ben een man in rolwagen samen met partner
Adres: Somers Jozef – Meesemaecker Marie-Claire
Kardinaal Cardijnstraat 52
2840 Rumst
03/888.04.56
E-mail: somers.jozef@skynet.be
somersjozef@hotmail.com

Andere reizigers mogen met ons contact opnemen.
We zijn meestal thuis, liefst na 18u op tel. 03/888.04.56 of via e-mail ben ik altijd te bereiken.

Naar mijn mening is het land mooi genoeg om te bezoeken, maar niet met een rolwagen. Het is een land dat in zijn totaliteit gebergd is. De straten in steden en dorpen zijn bezaaid met slechtliggende kasseien en op de voetpaden kom je op regelmatige tijdstippen putten en bulten tegen.
 
Volgens mij is de reis naar Guatemala met een rolwagen niet echt een aanrader door de zeer slechte staat van de straten en de voetpaden. Het is een heel, heel mooi land met een prachtige natuur en steden om van te snoepen, maar bijna niet te doen als je zit vast gekluisterd in een rolstoel.  Je zou nog kunnen denken, zij hebben het wel gedaan, maar ten koste van enorme inspanningen van mijn echtgenote als begeleider, die water en bloed heeft gezweet.

Enkele websites voor Guatemala

Algemeen:    

www.mayaparadise.com

www.guatemala.starttips.com

www.guatemala.pagina.nl

www.larutamaya.nl/hotels.htm

 

Beschrijving van het logies

Bij de hotels waar ik een emailadres of een website heb, vermeld ik het bij de gegevens van het hotel. Ik tracht steeds zoveel mogelijk gegevens door te geven. Wanneer ik ze zelf niet in bezit heb, kan ik ze ook niet melden.

1. Hotel El Descanso  5e Avenida Norte 9 Antigua    Tel.: (00) (502)832-0142

Wij hadden hier, van thuis uit, telefonisch gereserveerd voor 7 nachten, waarvan twee tijdens  de Goede Week. Het is een moeilijk bereikbare locatie. De vier kamers zijn op de eerste verdieping, te bereiken via een zeer hoge, moeilijke trap. We hebben er één nacht vertoefd in veel tumult. Er is één gemeenschappelijke kamer en het toilet was dichtbij onze kamer en we hielden het er bijgevolg voor bekeken. De kamer zelf was niet te groot en ik kon met de rolstoel maar tot aan de deur van de badkamer komen (de deur was te smal) en er was één trapje. Het was een uiterst moeilijke badkamer. Wij betaalden er $ 26 voor een dubbele kamer met douche en toilet. De douche heeft een hoge overstap(+/- 30cm), voor mij veel te hoog. Om naar het toilet te gaan, kon ik mij aan de rand van de douche vasthouden. Handdoeken en zeep waren aanwezig. Er is geen fan of airco op de kamer. Het lekkere ontbijt met alles erop en eraan kwam op $ 3 per persoon.

2.   Posada de Doña Luisa   7a Avenida Norte 4    Tel./Fax :( 00) (502)832-3414
E-mail : posadadoluisa@hotmail.com
Na de woelige eerste nacht wilden we een rustiger oord opzoeken. Na het ontbijt is mijn echtgenote, Marie-Claire, met iemand van het reisbureautje aan het hotelletje, vooreerst gaan kijken wat voor iets Posada de Doña Luisa was. Dit verblijf ligt twee blokken verwijderd van het andere en naar het leek, zag het er veel rustiger uit, wat achteraf niet altijd zo bleek. Hier hebben ze een achttal kamers waarvan vier op het gelijkvloers met zicht op een kleine patio. De vrouw die het hele gedoe in handen heeft is de dochter van Doña Luisa, Silvia. Zij is een heel lieve, vriendelijke en altijd goed gemutste dame. Haar dochter en zoon helpen af en toe met de ontvangst van de gasten. Normaal kost een dubbele kamer met douche(ouderwets) en toilet $ 25, maar gedurende de Goede Week vroeg ze gewoon het dubbele $ 50 voor hetzelfde natuurlijk. Je kan er eventueel een ontbijt krijgen(’s avonds tevoren bestellen) aan $ 5 voor twee personen. Bij de inkom is er één hoge trap en de deur moet je dubbel open doen. Voor derest is alles vlak op de patio na, die een klein trapje heeft. Wij hadden kamer 3 en die was ruim. Ik kon met de rolwagen tot voorbij het toilet en moest mij dan voort helpen tot aan de lavabo met een stoel. De douche had geen opstaande rand (de douche was 10 cm lager dan de rest van de badkamer) en dus gemakkelijk bereikbaar met de rolwagen. Silvia had een plastieken stoel gegeven om te kunnen douchen. Handdoeken en zeep waren voldoende beschikbaar.
Er is geen fan of airco aanwezig.

3.   Posada del Bosque    Op het einde van de Callejon Las Armonias    Tel.: (00) (502)732-0245
E-mail : posadadelbosque@yahoo.com

We hebben verscheidene keren getracht om contact te krijgen via e-mail, maar steeds zonder resultaat. Dat er geen reactie was geweest op de mails, was heel normaal. Deze mensen verstaan geen woord Engels. Zij hebben wel een e-mail adres. We hadden dit adres gekregen van Dhr. & Mevr. Thooft uit St.-Kruis Brugge op de Reismarkt, die ons gezegd hadden dat er goed en rustig was. Het is er inderdaad rustig, de verschillende chalets liggen in een tuin aan het einde van een doodlopende straat. Het is een tiental minuten gaan naar Calle Santander, de grote trekpleister voor iedere toerist die aan het Atitlàn-meer verblijft. Wij betaalden er GTQ 135 voor een grote dubbele kamer met douche en toilet. In de badkamer kon ik met de rolwagen niet geraken, maar wel tot aan de deur. Ik kon mij dan onmiddellijk aan de lavabo vasthouden en het toilet stond daar dan weer juist naast. De douche had hier eveneens een overstap van +/- 20 cm. Handdoeken en zeep waren ruimschoots ter plaatse.
Het pad naar de chalet lag, voor ons althans, niet zo best, het waren kinderkopjes, dus moeilijk om er over te rijden. Voor het terras zijn er twee trapjes, maar die hebben we maar éénmaal moeten overwinnen. Tegen de tijd dat we buiten wilden gaan, had de patron van de posada
reeds een stel planken ineen getimmerd om de treden te overbruggen.
Hier is evenmin een fan of airco aanwezig. Ontbijt kan je er niet krijgen, maar in Calle Santander en omgeving is daar mogelijkheid genoeg voor, dus geen probleem.

4. Hotel Chuquila in Chichicastenango. Gelegen circa 200 m van de Plaza aan dezelfde kant vande St. Thomaskerk.   
Ik heb er geen adres van en ook geen telefoon (die was reeds jaren buiten dienst) of e-mail.  

Het is een wat verouderd hotel met een grote binnenkoer geplaveid met, natuurlijk, de ondertussen gekende kinderkopjes. Voor de kamer waren er twee maal één trap. Het was een ruime
kamer, maar de badkamer was piepklein. Ik kon met de rolstoel tot aan de deur en moest dan te voet verder. De lavabo stond geplaatst naast het toilet, zodat ik mij daaraan kon vasthouden. De douche had hier ook een overstap van ongeveer 15cm. Er was zeep en handdoeken aanwezig. Je kan er geen ontbijt hebben.
Wij betaalden er GTQ 150 (teveel prijs/kwaliteit) voor een dubbele kamer met douche en toilet.
Marie-Claire is naar andere slaapgelegenheden gaan zien en dit leek het beste en het meest nette. Er zaten geen beesten tussen het beddengoed. In dit hotel is er ook geen airco of fan. Het is er in de bergen en dus minder warm.

5. Hotel Zacaleu gelegen in het centrum van Huehuetenango
Van dit logement heb ik ook geen adres of telefoon. Het gebeurt wel meer dat je zelfs geen
bewijs van betaling krijgt. Op die manier heb je automatisch geen informatie over het logies.
Het hotel ligt in volle centrum van Huehuetenango. Het was maar enkele minuten van de Plaza verwijderd. Het was een ruime kamer, die uitgeeft op een grote binnenkoer. Voor zover ik mij nog herinner, is er voor het binnenkomen 1 trapje en voor de rest alles vlak. De badkamer kan ik mij niet meer voorstellen, maar ik heb er mij wel kunnen behelpen. Hier waren de zeep en handdoeken ook aanwezig. Wij betaalden er voor een dubbele kamer met douche en toilet
GTQ 168. Er is hier evenmin airco of een fan   aanwezig. Het is er niet echt nodig.
Het lekkere ontbijt kostte GTQ 25 p/p.

6.   Hotel Modelo(Anexo)   14e Avenida “A” 3 – 31, Zona      Fax: (00) (502)763-1376
Tel.: (00) (502)761-2606, 761-2529 en 765-1266
E-mail : modelo@trafficman.com en tom@xelapages.com
Website : www.xelapages.com en dan hotels aanklikken
Wij hebben hier geboekt via internet. Het leek allemaal heel vlot te gaan, want op twee dagen
hadden wij reeds een bevestiging van de betaling via de Visakaart voor de eerste nacht. Het is,
voor ons althans, één van de betere hotels die we op onze trip gehad hebben. We hadden geopteerd voor de Anexo, maar de man achter de balie achtte het voor ons gemakkelijker om in het hotel zelf te logeren en heeft er een kamer gegeven. De prijs voor een kamer in de Anexo is $ 30 en in het hotel $ 39 voor een dubbele kamer met ligbad en toilet. Wij kregen de kamer aan $ 30. Bij de ingang van het hotel zijn twee maal één trap en een dubbele klapdeur. We moesten er ook op letten om niet over het tapijt voor de deur te struikelen, tenminste mijn echtgenote. Verder was het voor ons helemaal vlak. Wij hadden er kamer 5. Er zijn ook kamers (grotere) met uitzicht op een patio, maar daarvoor moet je enkele trappen doen. De kamer was niet te groot, maar met een beetje meubilair te verzetten, lukte het heel goed. De badkamer was te doen, ik kon met de rolstoel tot aan de deur komen. Dan moest ik er wel uitkomen, maar de lavabo stond recht voor de deur. Het toilet en het ligbad staan in een aparte plaats rechts van de lavabo. Om naar het toilet te kunnen gaan, moest ik mij vastnemen aan de deurlijst. Het ligbad kon voor mij niet dienen, te hoog van instap. Badhanddoeken en zeep ontbraken ook hier niet. In het hotel is er de mogelijkheid om excursies en reizen met de lijnbus te boeken. Het is in Quetzaltenango niet zo heet, dus heb je minder een fan of airco nodig. Het was er trouwens niet voorhanden. Een zeer heerlijk ontbijt(grote omelet met kaas en hesp, Frans brood, boter en jam) met koffie of thee kostte GTQ 38 voor twee.

7.   Hotel Villa del Lago in Flores
Tel.: (00) (502)926-0629
E-mail : reservaciones@hotelvilladelago.com
Website : www.hotelvilladelago.com/index2.htm
Wij hadden het hotel door gekregen van een collega van Marie-Claire. Die persoon had ons de
raad gegeven om kamer 110 of 210 te vragen, die hebben zicht op het meer. Aangezien kamer 210 op de eerste verdieping was en er geen lift aanwezig is, hadden de uitbaters in onze plaats de beslissing genomen om ons kamer 110 toe te wijzen. Bij het binnenkomen van het hotel is eréén trap en voor de rest is het gelijkvloers vlak. De kamer op zich was zeker niet te groot. Ik moest bij het binnengaan de beensteunen verwijderen, om op die manier minder plaats in te nemen. De lavabo was ideaal geplaatst, ik kon er met mijn karos onder rijden. De douche en het toilet stonden in een aparte ruimte en met wat moeite kon ik daar geraken. Ik kon mij heel goed vastnemen aan een rail die dienst deed als drager voor de handdoeken. Voor het toilet kon ik mij vastgrijpen aan de rand van het, voor mij te diepe ligbad en mij recht trekken aan de deurlijst. Badhanddoeken en zeep waren ruimschoots voorhanden. Via het internet hebben wij dit hotel gereserveerd en zij hebben de reservatie bevestigd aan $ 30 voor een dubbele kamer met ligbad en toilet. Bij aankomst bleek er een probleem, zij hadden zich waarschijnlijk vergist. Zij vroegen nu aan ons voor kamer 110 met zicht op het meer $ 35. Na het nazien van de e-mail met hun bevestiging, was alles in orde. We konden gebruik maken van zowel een fan als de airco. Met de airco op hadden we het voordeel, dat we het lawaai en geroezemoes buiten de kamer veel minder hoorden. Zonder iets op te zetten van verkoeling kon je het gewoon niet uithouden. Het was er verschrikkelijk warm. Je kan er ontbijt krijgen van 6.30u tot 11u maar je moet er wel heel veel tijd en geduld hebben. Het duurt en blijft duren eer je aan het bestelde geraakt, maar het was heerlijk. Wij betaalden voor een grote sandwich met kaas en hesp en een omelet + een koffie en een thee GTQ 30 p/p.
8. Jaguar Inn aan de site van Tikal (gelegen 100 m van de parking van de shuttle-busjes)
Tel. : (00) (502)926-0002
Ma tot Za  7 tot 12 en 14 tot 17u
Fax : (00) (502)926-2413
E-mail : solis@quetzal.net (dit hebben wij gebruikt)
Er is een ander e-mail adres volgens de website: contact@jaguartikal.com
Website : www.jaguartikal.com
Wij hadden van thuis uit naar Jaguar Inn gemaild voor reservatie van een chalet. Hun antwoord was : je kan best een dag tevoren nog eens bellen en je moet erop toe zien dat je voor de middag aankomt, anders is de kans groot dat je geen plaats hebt. We hebben inderdaad vanuit Antigua gebeld de dag voor onze aankomst en kregen dan te horen : bel morgen vroeg rond 10u nog maar eens terug. Dat hebben we moeten overlaten aan de balie van Hotel Villa del Lago. Het is uiteindelijk toch in orde gekomen, op één zaak na: we hadden een kamer gevraagd zonder trappen en dat waren ze denkelijk uit het oog verloren. We hadden een beetje geluk, er moest een groep komen en daar konden wij een chalet mee ruilen. Zij hebben er zelf niets van gemerkt, maar voor ons was het oké.
Voor het binnen gaan van de chalet was er één trapje, voor de rest was alles vlak. Het zijn heel
ruime kamers met een fan en overal vliegengaas voor de openstaande ramen. De badkamer is redelijk gemakkelijk, ik kon met de rolwagen onder de lavabo rijden en van daar met wat trek- en wringwerk aan het toilet geraken. Wij betaalden hier voor een dubbele kamer met douche en toilet $ 48 (veel te veel prijs/kwaliteit maar er wordt geprofiteerd van de goede ligging).       
De douche heeft een overstap van +/- 25 cm en dat is voor mij wat teveel van het goede. Ik heb mij dan maar gewassen zoals de katten. Handdoeken en zeep waren voorradig.We hebben er geen ontbijt genomen. Het restaurant is pas geopend om 7u en dat was voor ons veel te laat.

9.   Posada de Santiago in Esquipulas. Ik heb er geen adres, telefoon of e-mail van.
Het hotel is gelegen 100 m van de basiliek aan de rechter zij-ingang. We hadden hier wel enkele hotels in ons gedacht, volgens de Footprint, maar die waren ofwel te duur, ofwel te ver verwijderd van het heiligdom en met een rolstoel telt iedere meter.
Aan de ingang van het hotel is er één trap en voor de kamer eveneens. In de kamer met fan      
(de airco werkte niet), kon je met moeite binnen. Het was dus goed uitzoeken hoe we het zouden beredderen. De badkamer viel best mee. Ik kon met de rolwagen tot onder de lavabo rijden en het toilet was daar juist naast. We betaalden voor de dubbele kamer met douche en toilet GTQ 200. De douche heeft een opstaande rand van zeker 25cm. Handdoeken en zeep waren beschikbaar. In het restaurant van het hotel kan je een ontbijt krijgen (niet veel zaaks),
Wij betaalden er voor ons twee GTQ 54.

10. Hotel Popol-Nak     in Copàn. Hier heb ik ook geen adres, telefoon of e-mail van.
Het hotel ligt op een 100 m van de Plaza in het kleine vlakke gedeelte van Copàn.
Hier hebben we erop gelet een slaapgelegenheid met niet te veel trappen te nemen. Bij de inkom was één hoge trap en iets verderop nog een trapje. Voor de rest was het vlak tot aan en in de kamer. Die was hier eveneens zeer klein, geen airco maar een fan en die was méér dan welkom.
De badkamer was klein, maar het was te doen. Het is beter een kleine badkamer waar je hier en daar nog een steun hebt, dan een balzaal waar je ook niet in kan wegens te smalle deur. De lavabo stond recht tegenover de deur, het toilet er juist naast en de douche (met een kleine overstap van +/- 10 cm) naast het toilet. Badhanddoeken en zeep waren aanwezig.
Een ontbijt is er niet mogelijk. Wij betaalden voor de dubbele kamer met douche en toilet $ 23.     
Het is er kraaknet en de eigenaar is heel vriendelijk.

11. Hotel Yair    in Rio Dulce.
Tel. : (00) (502)930-5132
Adres : Calle que conduce al Castillo(de straat die naar het kasteel loopt)
Het is de eerste straat links wanneer je van de brug, over de Rio Dulce, komt. Het is er een goede 100m in.

Uit verslagen van Wegwijzer hadden wij gezien, dat dit hotel er wel door kon qua prijs en netheid. Het viel best mee en het voornaamste was, er waren kamers op het gelijkvloers. We hadden er airco en een fan, pure luxe. De kamer was niet te groot, maar met hier en daar wat meubelen te verzetten, lukte het. Hier kon ik met de rolstoel niet in de badkamer, maar ik kon tot tegen de deur rijden, mij aan de deurpost vasthouden en op die manier geraakte ik aan de lavabo en het toilet. De douche, met nochtans maar een kleine overstap, stond voor mij te ver.
Zeep en handdoeken waren ter plaatse aanwezig.       
Er was maar één trapje bij de ingang en verder was het vlak. Wij betaalden er voor de dubbele kamer met douche en toilet GTQ 150 (airco inbegrepen). We dachten dat we er rustige nachten zouden gehad hebben, maar dat was zonder de kippen gerekend. Van drie uur in de morgen begonnen die beesten te kakelen dat het een lieve lust was en van slapen kwam vanaf dat ogenblik niet veel meer in huis. We hadden er naast de airco ook een fan.
Het ontbijt dat hier geserveerd wordt stelt echt niet veel voor en het duurt uren eer je aan iets min of meer eetbaars geraakt.

12. Posada de Doña Alida   in Livingston.
Hier ook weer geen gegevens, geen adres, telefoon of e-mail.
Wij hadden in Livingston niet zo direct een logement op ons verlanglijstje. In de hoofdstraat zijn er enkele, maar te duur en niet echt proper. Marie-Claire is op zoek gegaan en heeft, na bijna alle hotelletjes gekeurd te hebben, Posada de Doña Alida uitgekozen. Het ligt een beetje achterin, maar dat kon alleen maar de rust ten goede komen. Van in het restaurant heb je een mooi uitzicht op zee. We hadden hier het geluk aan onze kant. Er zijn op het gelijkvloers twee reuzegrote kamers en daar konden wij er een van betrekken. Bij het binnengaan van de kamer is er één trap, verder is alles vlak. We hadden er plaats te over. Het was een drie persoonskamer. Met de badkamer had ik hier weer het, ondertussen gekende, probleem van er niet in te kunnen. Ik heb me zo goed en zo kwaad als het kon beholpen. Aan de deurlijst kon ik mij redelijk vasthouden, om op die manier aan de lavabo en het toilet te geraken. De douche stond er voor mij ook te ver. Handdoeken en zeep waren aanwezig. Hier gaven we voor de kamer met douche en toilet GTQ 180. We hadden een fan en gebruikten hem, maar tegen de morgen werd het te fris om die te laten opstaan. Ontbijt is er mogelijk maar dan pas vanaf 8u, wat naar onze normen veel te laat is.

Transport ter plaatse

- Shuttle van de luchthaven in Guatemala City naar Antigua $ 10 per persoon.
Dit transport hebben wij geboekt aan een pre-paid kiosk in de luchthaven zelf.
- Shuttle van Antigua naar Panajachel $ 12 per persoon.
Dit transport boekten wij in het reisbureautje verbonden aan hotel El Descanso. Nadien hebben    
we vastgesteld dat we in andere reisbureaus goedkoper zouden afgeweest zijn. Als je even uitkijkt, kan je voor $ 8 à 10 p/p in Panajachel geraken.                              
- Shuttle Panajachel – Chichicastenango $ 7 p/p (in Antigua geboekt).
- Shuttle van Flores naar Tikal H/T $ 5 p/p.
- Taxi Panajachel – Solola voor de vrijdagmarkt GTQ 35.
- Taxi Chimaltenango – Antigua GTQ 70.
- Taxi van de luchthaven in Flores naar Hotel Villa del Lago GTQ 15. Voor minder kan het niet.
- Taxi van Hotel Villa del Lago in Flores naar de luchthaven GTQ 20.
- Taxi van de terminal van de lijnbus van Litegua naar de luchthaven GTQ 50.
- Pick-up op San Pedro(Atitlanmeer) GTQ 20.
- Pick-up naar Sta. Catarina Palopo(Atitlanmeer) en terug GTQ 8 p/p.

- Huur van een wagen van Chichicastenango tot Quetzaltenango GTQ 2.014
(Toyota Corolla) Drie dagen de chauffeur GTQ 600
Benzine GTQ 320
Totaal voor de wagen met chauffeur voor drie dagen: GTQ 2.934 of +/- $ 366.
We hebben via internet de autoverhuurmaatschappij Tabarini gevonden en we hebben er een wagen met chauffeur vastgelegd voor drie dagen. Wij waren van plan om in totaal een 11-tal dagen een auto met chauffeur te huren, maar door de zeer hoge prijzen die er voor gevraagd worden, hebben we de wagenhuur tot een minimum herleid. We vonden de prijs nu ook verschrikkelijk hoog, maar bij andere firma’s was het al niet veel beter. Bij Tabarini kwam het op GTQ 978 of +/- $ 122 per dag, terwijl het bij alle anderen die wij contacteerden $ 125 per dag was. In die prijzen was dan alles inbegrepen (verzekering, slapen en eten van de chauffeur en de benzine). Het spijtige aan de chauffeurs van Tabarini is, dat ze geen woord Engels begrijpen. Ik geef van Tabarini geen gegevens door. We hadden er te slechte ervaringen mee.

- Huur van een wagen met chauffeur van Antigua tot Rio Dulce $ 250.
Vermits wij geen al te goede ervaring hadden met Tabarini, hebben we afgezien van de huur bij deze compagnie voor de volgende drie dagen. Bij terugkomst in Antigua zijn we op zoek gegaan naar een goedkopere wagen met chauffeur en na enkele uren hebben we in een klein reisbureautje een minibusje op de kop kunnen tikken. De chauffeur kon ook alleen maar Spaans, maar zag er tenminste toch al wat vinniger uit. De prijs viel redelijk mee. Alles was inbegrepen: de wagen met de nodige verzekering, de papieren om Honduras binnen te rijden, de chauffeur (eten en slapen) en de benzine voor het hele traject. Het was in ieder geval een heel stuk goedkoper dan bij Tabarini.
De volledige gegevens van dit reisbureau:
Mayan Traditions
6e Avenida Norte # 11 frente a la Cooperacion Española
Antigua
Tel.: (00) (502)832-3766
Fax: (00) (502)842-2771
GSM: 6203405 en 8340136
E-mail: optourmaytrad@yahoo.com  
- Vlucht naar Flores en terug $ 98 p/p.
De vlucht en het transport naar Guatemala City en terug naar Antigua boekten we bij Sin Fronteras. Zij hebben hun bureel op hetzelfde adres als Tabarini. Bij het opmaken van het verhuurcontract voor de wagen, zagen wij op het tafeltje ernaast folders van Sin Fronteras liggen. Bij navraag naar deze firma werd ons door de patron zelf (een uitgeweken Fransman) gezegd dat we bij hem vluchten en transport konden regelen. Vermits wij de vlucht naar Flores nog te boeken hadden, kwam dat vrij goed uit. Er zijn 3 verschillende vluchten en prijzen variërend van $ 60 tot $ 98. Wij hebben voor de laatste gekozen. De minst dure is met een toestel voor 17 personen, de middelste vertrekt met een 50 tal en in de onze konden 200 passagiers plaats nemen. Met het kleine vliegtuigje doe je er een goed uur over, terwijl wij reeds konden landen na een vlucht van 35 minuten. Er worden geen genummerde plaatsen gegeven bij het inchecken, maar als mindervalide ga je, zoals op vele vluchten, als eerste aan boord. Het was een omslachtige bedoening, want je moet een hele resem trappen op om in het vliegtuig te geraken. Bij het inchecken werd mij gevraagd of ik trappen kon doen. Wanneer het er maar enkele zijn, ben ik akkoord om ze op te gaan, maar geen hele rist. Met man en macht werd er dan maar gehesen om mij, in mijn rolstoel, in het toestel te krijgen. Van een smal model rolwagen hebben ze hier nog niet gehoord.  
Luchthaventaksen: Binnenland GTQ 20
Internationaal: GTQ 20
De shuttle van en naar Antigua werd er samen met de vlucht geboekt voor $ 7 p/p per traject.

Bij Sin Fronteras is het eveneens mogelijk om shuttles te boeken naar verschillende bestemmingen. Hierover weet ik geen prijzen, aangezien al onze verplaatsingen met de shuttles reeds achter de rug waren.
De gegevens van Sin Fronteras: 5a Avenida Norte No. 15-A
Tel.: (00) (502)832-1017
Fax: (00) (502)832-8453
E-mail: sinfront@sinfront.com
Website: www.sinfront.com        
   
- De bus van Quetzaltenango naar Chimaltenango met Alamo GTQ 34 p/p.
De buslijn met Alamo kwam voor ons het beste uit qua uren. Er is een bus om 10u, 12.45u en 14.30u. De laatste hebben wij twee dagen tevoren via het hotel Modelo vastgelegd. Als je het niet op die manier doet, kan je het wel vergeten. De bus zat overvol. Het best is om een half uur voor vertrek je te melden op het bureel van Alamo, tevens de plaats waar de bus vertrekt, voor de betaling van je ticket. De bagage gaat veilig en wel onder in de bagageruimte. Ieder heeft een genummerde plaats volgens inschrijving. De bus doet er ongeveer 4 uur over.
De gegevens van Alamo zijn:
21 Calle 0 – 14, Zona 1
4a Calle 14 –04, Zona 3, Local No. 1
Comercial Exito Local No. 3
Edificio La Cabaña
Tel.: 251.48.38 en 220.66.18
Tel.: 767.71.17 en 763.50.44
Guatemala Ciudad Quetzaltenango
Bij de telefoonnummers eventueel 00 en 502 bijvoegen.

- De bus van Rio Dulce naar Guatemala City GTQ 40 p/p.
Er zijn in Rio Dulce verschillende maatschappijen, die op regelmatige tijdstippen naar Guatemala City vertrekken. Wij kozen voor Litegua om 7.45u. We hadden van Nederlanders vernomen dat die bussen heel comfortabel waren, met hostessen aan boord. Die hebben we niet gezien.We hebben de bus twee dagen tevoren besproken om zeker te zijn van een plaats vooraan. De bus doet er ongeveer 5 uur over met een stop halfweg om iets te eten en eventueel toiletbezoek.
De bagage gaat ook hier veilig onderin. De bushalte en het bureel van Litegua vind je als je van de brug, over de rio dulce, komt op de linkerzijde juist voorbij deze brug. De gegevens van Litegua zijn:
Burelen:
Central Sto. Tomas de Castilla                Valle Dorado
Tel.: 251.70.92 en 253.81.69
Tel.: 948.34.91
Tel.: 933.11.11 en 941.25.42

Puerto Barrios
Rio Dulce
Los Amates
Tel.: 948.10.02 en 948.11.72
Tel.: 930.52.51
Tel.: 800.06.13
Morales
Bij alle telefoonnummers moet je eventueel 00 en 502 toevoegen.
Tel.: 947.84.81
E-mail: atencion@litegua.com
Website: www.litegua.com
Op de website vind je de uren van vertrek van de verschillende steden en dorpen waar er wordt vertrokken of gepasseerd.
                                             
- Lancha (collectieve overzet) naar Santiago Atitlan en San Pedro GTQ 10 p/p.
- Lancha van San Pedro naar Panajachel GTQ 15 per persoon.

Praktische informatie

-     Formaliteiten: Met een paspoort, geldig tot zes maanden na terugkomst, heb je voldoende.
Het is best een paspoort van de Europese Unie met ingescande foto, dan hoef je, wanneer je via Miami zou vliegen, voor Amerika geen visum te hebben.

-    Als rolstoelgebruiker:
Niet vergeten mee te nemen: reserve band, plakgerief, pomp en eventueel sleutels om vijzen bij te regelen. Ik neem op mijn volgende reizen zeker 1 klein wieltje mee als reserve. Ik heb er op deze reis een gebroken, wat een massa problemen met zich meebracht. Wat je zeker niet mag doen, is sleutels of schroevendraaiers voor regeling of bijstellen van vijzen van je rolstoel in de handbagage meenemen. Het wordt aanzien als een wapen en het wordt je afgenomen.

-     Travellers Cheques:
Wanneer je zinnens bent om naar Guatemala te reizen, dan neem je best naast cash dollars, voor de veiligheid, travellers cheques mee van het merk American Express. Andere worden gewoon niet aanvaard. In eender welke bank kan je nooit meer dan voor $ 200 omwisselen, cash $ is geen probleem, al worden die meer dan eens gekeurd. In Guatemala kan je met Euro’s niet terecht.

-    Zeker noodzakelijk: Zonnecrème met een hoge beschermingsfactor. Wij hadden factor 20 mee.
Een pet of hoedje voor bescherming van je hoofd, de zon kan er verschrikkelijk branden.

-    Hygïene en gezondheid:
Steeds handen wassen voor het eten, omdat de hoepels van je rolwagen niet altijd netjes kunnen blijven. Altijd flessen water drinken en erop letten dat de fles gesloten (verzegeld) is wanneer je ze koopt. Speciale vaccinaties zijn niet echt nodig en wij namen ook niets tegen malaria. In het regenseizoen is dit wel ten stelligste aan te raden.

-    Internet:
Op veel plaatsen vind je internetcafés, zoals in Antigua, Panajachel, Chichicastenango, Quetzaltenango, Flores, Tikal (zeer duur – 1 uur voor $ 10), Rio Dulce en Livingston. De plaatsen die we aandeden en waar we geen internet gezien hebben, heb ik niet vernoemd. Misschien is het er wel te vinden maar dan in mindere mate (minder toeristisch).

-    Talen: Spaans spreken is bijna een must, of tenminste er enige begrippen van hebben. Wat wil je dat de Guatemalteken buiten Spaans ook allemaal de Engelse taal machtig zijn. Dat is voor velen onder hen bijna onmogelijk. Er zijn een 24 indianentalen en het Spaans is reeds hun tweede taal.

    
Onze vluchten: vluchtnummers, tijdschema

Om 5.15u was het de hoogste tijd om naar Zaventem te vertrekken voor de vlucht Brussel – Madrid met vertrek voorzien om 7.45u met een Boeing 737 van Iberia, vluchtnr. IB 3207.
In Madrid hadden we een overstap naar een ander toestel, een Boeing 747, met vluchtnr. IB 6111.
Wij hadden een goede twee uur om van gate te veranderen en dat was meer dan voldoende.
Op de luchthaven van Madrid was de controle niet van de poes. Alle tassen moesten open, mijn echtgenote moest haar schoenen uitdoen en de rolstoel werd van boven tot onder nagezien. Het was maar een tiental dagen na de terreuraanslag op het Atocha treinstation vandaar de voorzichtigheid.
Het vertrek was voorzien om 11.25u naar Miami. Het vliegtuig heeft Madrid pas een uur later verlaten.
In Miami zijn we dan ook een uur later dan voorzien toegekomen. Het is er wel een hele rompslomp van papieren, maar we hadden het erger verwacht. De controle was hier tot het strikt minimum herleid. Je blijft volledig in de transitzone en daardoor niet echt op Amerikaanse bodem. Iberia heeft hier een hele vleugel ter beschikking. Mijn eigen rolwagen mocht ik er niet gebruiken, die had de bemanning reeds naar het volgende toestel gezonden. Op Amerikaanse bodem blijkt dit heel normaal.
De Boeing 737 kon nu koers zetten naar Guatemala Ciudad.
De terugvlucht liep in tegengestelde richting.
De vlucht was oorspronkelijk voorzien om 19.30u en bij de confirmatie vernamen we dat het uur drastisch was gewijzigd. Het werd nu 17.35u en is stipt vertrokken. We hadden eerst een
Boeing 737 tot Miami, daar een overstap op de Jumbo, alles met vluchtnr. 6112. In Miami hadden we problemen (zie verslag).
De vlucht Madrid – Brussel met Boeing 737 en vluchtnr. 3214 kon stipt op tijd (15.50u) aanzetten.
Wij betaalden voor deze vlucht € 628,71.

In Guatemala hadden we één binnenlandse vlucht: naar Flores heen en terug met Tikal Jets.
De vlucht heen vertrok om 7.45u en na een goed half uur waren wij reeds op de luchthaven van Flores. De terugvlucht was gepland om 16.30u en het vliegtuig heeft de startbaan verlaten om 16.45u. Van beide vluchten heb ik geen vluchtnummers, maar er is slechts één vlucht per dag heen en één terug met Tikal Jets.

 

Bezienswaardigheden : inkomgelden en toegankelijkheid

Een goede raad voor mindervaliden en rolstoelgebruikers:
Vraag waar mogelijk minstens een vermindering op de inkomprijs. In vele gevallen ga je gratis mee met je begeleider of zoals in ons geval mijn echtgenote.

Antigua: Convento Santa Clara GTQ 30
Dit complex is volledig toegankelijk, enkel aan de inkom zijn er drie trappen.

Convento Las Capuchinas GTQ 30
Ik heb het zo goed als helemaal kunnen bezoeken, in de cellen kon ik niet komen (trappen).

Convento La Recoleta GTQ 30
Er zijn drie trappen bij de inkom, verder is alles vlak, op de ruïnes na.

Convento La Merced GTQ   3
Hier zijn er twee kleine trapjes en een uiterst moeilijke portierster, verder is het vlak maar het is niet echt de moeite. Wij zijn vijf minuten binnen geweest.

La Casa Popenoe
Open alle dagen van 14 tot 16u GTQ 10
Aan de inkom is er zware deur, die men, als het wat mee zit, wil opendoen. In het andere geval moet je over het buitendeel van de poort stappen. In de gang naar het complex stond een wagen geparkeerd, die niet mocht verzet worden en de doorgang was te smal.
Dus was het rechtstaan en te voet trachten er voorbij te geraken. Om in de vertrekken te komen, moet je drie trappen zonder leuning overwinnen. Hier hebben we er hulpvaardige mensen bij gehaald. Het grootste gedeelte heb ik mee kunnen bezoeken. Naar de bovenverdieping gaan, lukte natuurlijk niet.

Universidad de San Carlos de Borromeo GTQ 10
Aan de inkom zijn drie moeilijk te nemen trappen. Als het wat mee zit heb je in geen tijd iemand om een handje toe te steken. Verder is het hele complex vlak.

Het bezoek aan de kerken is gratis. De kathedraal San José heeft veel trappen, La Merced twee maal 1 trap en een overstap, bij San Francisco el Grande liggen er hellende vlakken en in de kerk van San Pedro is er alleen de overstap aan de poort.
              
Lago Atitlan:
Panajachel: Calle Santander lange vlakke straat met kraampjes en eettenten.
Santiago Atitlan: aan de overkant van Pana, redelijk moeilijk te bezoeken(hellingen).
Solola: vrijdagmarkt(heel druk)- het is heel goed te doen als je wat uitkijkt.
Sta. Catarina Palopo: bergdorp aan de oevers van het meer (hellingen).
San Antonio Palopo: idem

Chichicastenango:
De kerk Santo Tomas staat aan de oostkant van de Plaza. Bij de ingang zijn er een massa trappen. Aan de toeristen wordt gevraagd de rechtse ingang naast deze trappen te nemen. Dit pad ligt zeer slecht (kinderkopjes) en steil omhoog, maar met wat hulp lukt het. Het interieur van de kerk stelt niet veel voor. Het is hier ook armoe troef. De kerk aan de overkant is de Capilla del Calvario. Hier ben ik niet in geweest wegens te veel trappen en geen hellend vlak.
De donderdag en de zondagmarkt trekken allebei een zee van mensen aan. Het is een bonte mengeling van kleuren. Je ziet er massa’s indianen in hun traditionele klederdrachten. Zondag is de beste, maar ook de drukste dag om de markt te bezoeken.
Het Campo Santo(kerkhof) in Chichi mag je zeker niet overslaan. Wij zijn er met de wagen naartoe gereden. Het zou anders niet te doen zijn met een rolstoel. Aan het kerkhof kom je langs de straat links van de Capilla del Calvario, die op een gegeven moment steil naar beneden gaat, voor een rolwagen niet haalbaar. Het kerkhof zelf is redelijk te doen. Je moet alleen een beetje uitkijken waar je rijdt.

Quetzaltenango:
Het Parque Centro Americano
Het hele plein is licht hellend naar beneden maar heel goed te doen.
De Kathedraal
Het is zeker geen enkel probleem om met een rolstoel in de kathedraal te komen. De ingang is zo gemaakt, dat je zou kunnen spreken van een hellend vlak. Je kunt erin zonder de minste oneffenheid.

Omgeving Quetzaltenango:
Salcaja: San Jacinto
Dit is het oudste kerkje van Centraal Amerika. Het is wat vervallen en staat gesloten voor het publiek. Je kan er enkel rondwandelen.
San Andrés Xecul
Een fel geel geschilderde kerk met op de voorgevel verschillende heiligenbeelden en
engelen. Ik ben in de kerk zelf niet geweest enkel tot in het portaal, wat goed te doen is.  
Voor de kerk is één trapje en als je juist binnen bent nog één. Geen inkomgeld.

Fuentes Georginas                                         GTQ 10
We zijn met de taxi tot op de parking gereden. Op het eerste zicht was het haalbaar. Het is bergop met brede trappen(+/- 1m). Na enkele treden hoorde ik mijn wederhelft zuchten en puffen. Het was zwaar en zelf wou ik niet meer verder. Wat kom je hier dan doen, vroeg ze? Gelijk had ze, maar het was zweten om boven te geraken. Bij het laatste stukje van drie gewone treden heb ik toch maar afgehaakt. Ik kon van daar de zwavelbronnen en de baden zien.
Zunil
De Plaza met de kerk (gesloten) en San Simon(Maximon): om er binnen te gaan waren er twee trappen en je moet geen hulp verwachten. Alles draait hier om geld.
               
Tikal: De algemene inkom voor het Nationaal Park van Tikal is GTQ 50 voor iedereen. Voor de ticketverkoop moet je enkele trappen op, maar je compagnon kan alleen gaan.
De site van Tikal is heel mooi gelegen, maar met een rolstoel feitelijk niet te doen. We hebben er allebei water en bloed gezweet van de vele inspanningen. Er zijn toiletten aan de Gran Plaza, maar die zijn verre van gemakkelijk en zeker niet netjes en dus niet hygïenisch.

In de omgeving van Flores:
Het meer van Petén en de site van Yaxhà: inkom gratis – voor de trip betaalden we $ 25 p/p.
Het was er bijna zo moeilijk als in Tikal. Bij de ingang is er met man en macht getild aan de rolwagen, om mij in het domein te brengen. De doorgang is veel te smal en niet voorzien op rolwagens. Hier zijn eveneens toiletten, maar voor rolstoelgebruikers bijna niet te bereiken en nog viezer dan in Tikal. Je moet zeker 10 m diep afdalen en allemaal zonder pad.
 
De site van Ceibal:
Deze trip heb ik mijn echtgenote alleen laten maken. Zij heeft voor de tour $ 20 betaald. Om aan deze site te komen moest je in de jungle over een geen al te best pad en hier en daar op trappen omhoog klauteren. Dus was het voor mij in de rolwagen niet de aangewezen trip om mee te doen.

De Copan ruinas: $ 10
Zonder iets te vragen mocht ik als rolstoelgebruiker gratis binnen. Ik kon wel iets van de site zien, maar het hoger gelegen gedeelte niet (teveel trappen en geen leuning). Bij de inkom zijn zindelijke toiletten (niet aangepast).

De site van Quirigua:GTQ 25
Met wat aandringen mocht ik zonder te betalen mee door. In de site van Quirigua is er een goed aangelegd pad, dat je tot aan de trappen op het einde van de site brengt. Je kan de verschillende steiles vanaf het pad bewonderen. Hier zijn de toiletten zodanig geplaatst dat je er met een rolwagen haast niet bij kunt. Je moet er alleen niet voor in de diepte en ze zijn blijkbaar netjes(……).

Castillo de San Felipe tegen Rio Dulce: GTQ 10
Ik ben maar wijselijk in de boot gebleven. Vanaf de boot had ik een goed  overzicht op het geheel en dan moest ik de vele trappen niet overwinnen.

Reisschema

Dag 1: Vlucht Brussel – Madrid, Madrid – Miami en Miami Guatemala City. Van de luchthaven met een shuttle verder naar Antigua.
Dag 2: Site-seeing van Antigua en regeling van vervoer.
Dag 3: Voor de middag verder bezoek van Antigua, 12.30u vertrek per shuttle naar Panajachel aan het Atitlanmeer.
Dag 4: Boottrip naar en bezoek van Santiago Atitlan aan de overzijde van Panajachel.
Dag 5: ½ dag Solola en ½ dag Sta. Catarina Palopo.
Dag 6: ½ dag naar San Antonio Palopo en om 12u vertrek per shuttle naar Chichicastenango.
Dag 7: Ganse dag op en rond de markt in Chichicastenango.
Dag 8: Via Santa Cruz del Quiche naar Nebaj en verder tot in Huehuetenango.
Dag 9: Via Chiantla naar Todos Santos en verder naar Quetzaltenango met bezoek aan de oudste kerk van Centraal Amerika in Salcaja en aan de kerk van San Andrés Xecul.
Dag 10: De markt van Almolonga en naar San Marcos, Totonicopan, San Cristobal en Momostenango.
Dag 11: ½ dag naar Fuentes Geoginas en Zunil, ½ dag Quetzaltenango.
Dag 12: ½ dag vrijdagmarkt in San Francisco el Alto en om 14.30u vertrek met de lijnbus naar
Chimaltenango en per taxi verder naar Antigua.
Dag 13: Ganse dag in Antigua voor verdere bezoeken en voor het regelen van transport.
Dag 14: Vlucht naar Flores en met de shuttle-bus verder naar Tikal.
Dag 15: Ganse dag voor bezoek aan de site van Tikal en om 16u met de shuttle naar Flores.
Dag 16: Trip van een ganse dag naar de site van Yaxha.
Dag 17: Trip naar de site van El Ceibal(Marie-Claire alleen) en om 15.40u naar de luchthaven
voor de terugvlucht naar Guatemala City en per shuttle verder naar Antigua.
Dag 18: Witte Donderdag in Antigua.
Dag 19: Goede Vrijdag in Antigua.
Dag 20: Antigua – Esquipulas met bezoek aan het heiligdom en het stadje.
Dag 21: Esquipulas – Copan, in Esquipulas de mis bijgewoond en dan door naar Copan.
Bij aankomst in Copan de ruïnes bezocht en later voor logement gezorgd.
Dag 22: Copan – Rio Dulce via de site van Quirigua.
Dag 23: Rio Dulce – Livingston, 9.15u lancha naar Livingston. ½ dag site seeing.
Dag 24: Livingston – Rio Dulce, 9.45u lancha richting Rio Dulce met stops onderweg,
ongeveer dezelfde trip als in het heengaan.
Dag 25: Rio Dulce – Guatemala City en terugvlucht via Miami.
Dag 26: Vlucht Miami – Madrid en Madrid – Brussel.

 

    Verslag van onze (zeer moeilijke, maar mooie) trip door Guatemala

Wat wij van de Guatemalteken op voorhand niet wisten is, dat zij zeker zo luidruchtig zijn als de Spanjaarden. Velen lopen schoorvoetend door de straten en lijken liever lui dan moe.

Op maandag 22 maart was het eindelijk zover. De bagage stond klaar en we konden vertrekken. Het was deze morgen vroeg uit de veren. Om 5.15u werden we door onze zoon Thierry naar Zaventem gebracht, want de vlucht naar Madrid zou om 7.45u vertrekken. Het inchecken ging vrij vlot en nu was het wachten op de boarding. Stipt 7.15u mochten wij als eersten het vliegtuig betreden en we zijn goed op tijd kunnen opstijgen. Na een vlucht van een goede twee uur stonden we op Spaanse bodem. Met de assistentiewagen werden we van de ene naar de andere gate gereden en konden we beginnen met het serieuze werk. In Amerika word je tegenwoordig heel nauwkeurig gecontroleerd, naar het schijnt, maar in Madrid was het ook niet gewoon. De handbagage werd één voor één opengedaan en nagezien. De rolwagen werd van boven tot onder betast en bekeken en Marie-Claire, mijn echtgenote, moest er zelfs haar schoenen uitdoen. Wat zou dat worden in Miami. Met een vertraging van een uur konden we uiteindelijk Europa verlaten en koers zetten over de grote plas naar Amerika.

Het uur achterstand van Madrid hadden we niet ingelopen en we vreesden dat we in Miami te weinig tijd zouden hebben voor de transfer naar weer een ander toestel. Niets was minder waar. Het is hier geen enkel probleem, het zijn stuk voor stuk toestellen van Iberia. De Spaanse luchtvaartmaatschappij heeft op de luchthaven in Miami zijn eigen afdeling. De Jumbo komt met een lading toeristen van Europa en in Miami worden zij over de verschillende bestemmingen in Centraal Amerika verdeeld. We kregen al onmiddellijk een groene fiche in de handen gestopt, die we moesten invullen voor het passeren van de passencontrole. Heel goed opletten bij het invullen van dit formulier. Het overkomt bijna iedereen, dat er bepaalde gegevens op de verkeerde lijn ingevuld worden. Je wordt dan zonder pardon met een nieuw exemplaar teruggestuurd en je kunt opnieuw beginnen. We zijn de passencontrole heel vlot voorbij kunnen gaan, we hebben een paspoort van de Europese Unie met ingescande foto. Dan heb je, als Belg, geen visum nodig voor Amerika en zeker niet voor de transit in Miami, tenminste momenteel niet. Je weet nooit hoe het verder zal evolueren. De verdere controle was minder dan niets, ik heb zelfs mijn buikzakje niet moeten door de scan steken. De beambten hebben het waarschijnlijk uit het oog verloren en uit mezelf geef ik niets af. Naar mijn mening is het gewoon omdat je niet echt in het land komt. Je ziet met moeite de buitenlucht. Nu was het wachten in een te enge ruimte tot het tijd was voor het laatste gedeelte van onze vlucht naar Guatemala Ciudad.

Na een goede twee uur stonden we eindelijk om 19.30u, plaatselijke tijd (winteruur +7 en met het zomeruur + 8 uur), op Guatemalteekse bodem. Nu kwam het erop aan om zo snel mogelijk in Antigua te geraken. Dat bleek al snel geen enkel probleem, er is een bureel op de luchthaven waar je tegen vastgestelde prijzen shuttles kan boeken naar Antigua voor $ 10 p/p. Voor we de shuttle namen, wilden we eerst en vooral wat dollars in Quetzales wisselen en bij het bureau van Tabarini horen hoe ver het stond met de huur van de wagen voor drie dagen naar het noordwesten van Guatemala. Zij bleken hier van niets te weten, zelfs niet met de mail onder hun neus met de bevestiging van Tabarini. De prijzen die zij opgaven waren ook veel hoger dan dewelke wij doorgekregen hadden. We hebben het er maar bij gelaten. We zouden het in Antigua wel in orde brengen.

Een uur later zijn we in Antigua aan Hotel El Descanso aangekomen. Alles was er op slot en na enig geklop op de poort, kwam er een ouder mannetje opendoen. Na wat over en weer gepalaver in ons beste Spaans verweven met wat Engels, waar zij blijkbaar geen yota van verstonden, zijn we na een goed kwartier toch naar onze kamer kunnen gaan. Langs een hoge, steile trap geraakte ik moeizaam op de eerste verdieping waar de kamers zich bevinden. We hadden van thuis naar dit hotelletje gebeld en zij zouden voor ons een kamer houden op het gelijkvloers. We hebben die kamer gecheckt en tegen de man moeten zeggen dat ze veel te klein was. Het was een éénpersoonskamer en dan nog geen grote. Aangezien het reeds vrij laat was (+ 21u), hebben we niet onmiddellijk kunnen vaststellen of het er rustig was of niet. Midden in de nacht wisten we ineens hoe laat het was, er was iemand op de gang naar het toilet geweest en iedereen was wakker. Nadien hebben we geen oog meer dichtgedaan en we zijn op den duur (+/- 7u) maar opgestaan, hebben ons ontbijt genomen en Marie-Claire is, samen met iemand van het hotel naar ander logement gaan uitzien. We gaven hier als reden op, dat het voor mij te moeilijk was om iedere keer de vele trappen te doen. We hadden er voor zeven nachten gereserveerd, maar het kon zo niet verder.
In ons nieuw onderkomen “Posada de Doña Luisa” was Silvia, de dochter van de eigenlijke eigenares, een heel vriendelijke en gedienstige dame, kortweg een gemoedelijk mens. Ik heb er
’s avonds maar mee kunnen kennis maken, omdat we de eerste dag in Antigua beter konden benutten dan in een hotelkamer. We hadden ten andere nog ietwat te regelen: de shuttle naar Panajachel, naar Chichicastenango en bij Tabarini het contract laten opmaken voor de twee maal drie dagen wagenhuur met chauffeur. Na onze nieuwe stek te hebben vastgelegd, zijn we in actie geschoten. Bij het buitengaan van El Descanso hebben we, bij het reisbureautje in de inkom van het hotel, de shuttle naar Panajachel geregeld. Voor $ 12 werden we in het hotel opgehaald en in Panajachel ter plaatse gebracht waar we moesten zijn. Achteraf hebben we ontdekt dat we er te veel voor gegeven hadden. We waren te vlug geweest met het boeken van deze shuttle. $ 8 of 10 is een goede prijs, maar ja, al doende leert men. Nu wilden we eerst bij Inguat (de dienst van toerisme aan het Parque Central) binnengaan om wat meer documentatie van wat er zoal te beleven en te zien valt in Antigua en omgeving (we waren wel goed gedocumenteerd, maar je kan nooit genoeg weten zeker met de Goede Week in het vooruitzicht). Je kan er gemakkelijk in zonder trappen, het is er helemaal vlak. Maar veel viel er niet te rapen en voor de man achter de balie telde precies alleen maar zijn “visitorsbook” (bezoekersboek), daar was hij vreselijk mee in de weer.

Van Inguat trokken we naar Tabarini voor het regelen van de huur van de wagen met chauffeur. De inkom van het bureel van Tabarini heeft drie trappen, maar er was onmiddellijk iemand bereid om hulp te bieden. Volgens de bediende (een mooie slanke verschijning) kwam alles in orde: de auto met chauffeur zou in een later te bepalen hotel in Chichicastenango, bij ons komen en de man zou een beetje Engels verstaan en spreken. Bij het opmaken van het contract heb ik gemerkt dat op het bureel, naast Tabarini, folders lagen van Sin Fronteras met documentatie van verschillende vliegmaatschappijen. Vermits wij onze vlucht naar Flores nog te boeken hadden, zou dat goed uit komen. Bij navraag aan een persoon achter de toonbank over eventuele vluchten, antwoordde de patron himself, dat we bij hem aan het goede adres waren.

Na het afhandelen van onze transactie voor de wagen, hebben wij maar meteen de vlucht naar Flores en terug en de shuttle van en naar Antigua geboekt. De vlucht met Tikal Jets kwam op $ 98 en de shuttle op $ 7 per traject voor ons beiden.
Nu was het de beurt aan het uiterst mooie, gezellige, maar oh zo moeilijke stadje Antigua. Hoe je het draait of keert en of je op de straat of op de stoep rijdt, het is allemaal even hobbelig. In de straten zijn het overwegend slecht liggende kinderkopjes en de voetpaden hebben op regelmatige tijdstippen putten en heel schuine inritten. Maar we waren hier niet naartoe gekomen om over de bestrating te kankeren, dus nemen we het er maar bij. Van La Merced, met bezoek aan het Convento de la Merced, ging het naar de Universidad de San Carlos de Borromeo, nu enkel dienst doend als museum, vervolgens de kerk van San Pedro, San Francisco el Grande met de graftombe van Hermano Pedro die hier wordt aanbeden en vereerlijkt, het Convento Santa Clara en het Convento de las Capuchinas.

Na al deze bezoeken werd het stilaan tijd om de bagage op te halen in El Descanso en te transfereren naar de Posada de Doña Luisa, onze nieuwe thuis voor in totaal 6 nachten. We werden op een heel hartelijke en warme manier door Silvia ontvangen. Wanneer we iets nodig hadden, dan moesten we het maar vragen. De eerste dag hebben we afgesloten met een eetmaal in het restaurant Fonda de la Casa Real, waar we naar onze normen te veel betaalden (GTQ 237 voor ons twee, drank incluis). Geen probleem om er in te komen, er is een grote inkom die gelijk ligt met het voetpad. De ensalada mixta was lekker, maar de steaks kon je beter onder je schoenen lappen en volgend jaar terug komen wanneer die doorgesleten zijn.

Woensdag 24 maart
Dag 3: Voor de middag verder bezoek van Antigua, 12.30u per shuttle naar Panajachel.

Na het ontbijt om 8u bij Silvia zijn we op stap gegaan voor verder bezoek van Antigua. Tenminste in zo ver we er de tijd voor hadden, want om 12.30u zouden we worden opgehaald door de shuttle om ons naar Panajachel te voeren. We trokken in de richting van het Convento La Recoleccion. Onderweg hebben we in de gauwte de shuttle van Panajachel naar Chichicastenango geboekt. Na het bezoek aan het Convento wilden we terug naar La Merced, om foto’s te kunnen nemen met zon. Dat was ons gisteren niet gelukt, maar wat doe je eraan. Het weer kan je niet bestellen. We wilden, voor het vertrek met de shuttle, nog een kleinigheid naar binnen werken en stevenden af op de Plaza Mayor. In Café Condesa leek het wel best gezellig. Uit verschillende reisverslagen hadden we opgevangen dat het er goed toeven was en het is niks overdreven. De inkom van het Café Condesa, onder de galerij op de Plaza Mayor, heeft één klein trapje. De damestoiletten zijn het gemakkelijkst om te gebruiken. Daar heb je de meeste ruimte om met de rolwagen te manoeuvreren. Voor de toiletten van de mannen moet je in een smal gangetje uit de rolstoel komen en is het haast onmogelijk om de deur van het kleinste kamertje dicht te doen.
Voor appeltaart met een cappuccino betaalden wij GTQ 43.50 voor twee personen.

Nu werd het stilaan tijd om op te krassen en onze bagage klaar te zetten tegen de tijd dat de chauffeur van de shuttle zou komen. Stipt 12.30u werd er gebeld en het was voor ons. Er zaten reeds enkele personen in het busje en één er van heeft geholpen om mij in de bus en de rolstoel er bovenop te krijgen. De tocht naar Panajachel zou ongeveer drie uur duren, met een stop onderweg van een half uur, om de chauffeur de gelegenheid te geven iets te verorberen en de benen te strekken. Wij hadden in Pana gekozen voor het rustige Posada del Bosque. We hadden thuis naar dit logement gemaild voor reservatie en we hebben er geen reactie op gekregen. Bij aankomst vernamen we de reden: geen enkel lid van de familie verstond een woord Engels, maar ze hadden wel een kamer voor ons. Het leek er werkelijk rustig en we zouden hier heel zeker goed slapen.
Na het afzetten van de bagage zijn we op verkenning gegaan in het dorp. Ons logement lag niet in volle centrum, maar een tiental minuten van Calle Santander. Dit is de toeristische trekpleister van de hele regio. Over de hele lengte tot aan het meer zijn afwisselend kraampjes en eethuizen verspreid. We hebben de hele straat afgedweild en tot aan het waterfront geweest op verkenning voor de dag nadien. Bij het flaneren in Calle Santander stonden we voor een bepaalde winkel met mekaar te praten, wanneer een Nederlandse dame ons aansprak. Zij hoorde ons natuur-lijk in haar taal bezig en dat was waarschijnlijk voldoende om een gesprek te beginnen. Bij het terugkomen, het werd stilaan donker, zijn we aan het restaurant Guajimlo’s Parrillada Uruguayana (Calle Santander – Tel.: (00) (502)762-0063) gestopt om er een overheerlijk maal naar binnen te werken. Er is 1 trap bij het betreden van de zaak, toiletten zijn niet voorhanden. Wij betaalden er voor een heel malse en lekkere steak met frietjes en een koude schotel GTQ 110, bier (Gallo) voor ons beiden inbegrepen. De Guatemalteken eten, zoals hun voormalige bezetters, de Spanjaarden, bij iedere maaltijd brood. Wij hebben meestal voldoende met het opgediende voedsel en gebruiken het brood dus niet. Aan de tafel naast ons had ik gezien dat de mensen die daar zaten, hun niet nodige brood aan voorbijgaande kinderen gaven. Wij hebben hun voorbeeld gevolgd en we hadden er zelf deugd van om die glunderende gezichten te zien. Armoe is in Guatemala nog altijd schering en inslag.

Wij waren nog bezig aan onze maaltijd, toen diezelfde Nederlanders ons terug gedag zegden. We hebben hen gevraagd of zij reeds gegeten hadden, het was niet. Na de degelijke keuken van dit restaurant te hebben gepromoot, hebben zij zich er ook neergevleid. Na een deugddoende babbel hebben wij afscheid genomen, na eerst te hebben gevraagd waar zij nog allemaal naartoe zouden gaan. De kans was groot dat we mekaar nog wel eens tegen het lijf zouden lopen, wat nog enkele keren gebeurd is.
 
Donderdag 25 maart
Dag 4:Boottrip naar en bezoek van Santiago Atitlàn.

Om 7u zijn we in de posada vertrokken om te gaan ontbijten, want we wilden goed op tijd aan het waterfront zijn om de boot te halen, die ons naar Santiago Atitlàn zou voeren. De boot vertrekt normaal om 8.35u, maar is slechts aangezet om 8.50u (ze hebben altijd tijd genoeg – es siempre mañana). De overtocht duurt +/- 1 uur. Bij het instappen is er met man en macht geholpen en heeft de bemanning mij in de rolstoel op een veilig plekje gereden. Het weder was uitstekend en het meer heel kalm en we hadden dus een goede en rustige tocht. Naarmate we Santiago naderden, merkte ik op dat het er waarschijnlijk niet al te gemakkelijk zou worden. Het dorp ligt tegen de flanken van een vulkaan. Het uitstappen was een ander paar mouwen. De aanlegsteiger was degelijk, maar hij lag redelijk hoog, zodanig dat ik een heel eind naar beneden moest. Hier kwam de kat op de koord, over een plank van 25 cm met een rolwagen van een goede 60 cm rijden, lukt met de beste wil van de wereld niet. Dus waren de bootsmannen aangewezen op til en hefwerk, wat na een poosje wel lukte. De klim naar het centrum van Santiago lag bezaaid met uitgesleten betonklinkers en zo is bijna het hele dorp op uitzondering van het volle centrum, waar degelijke asfalt is gegoten en daar is het omzeggens vlak. Het is een steile klim met onderweg vele indianen in plaatselijke klederdracht. De mannen dragen witte bermudabroeken met donkere strepen, de vrouwen hoofdzakelijk in paarse blouse en veelkleurige lange rokken en op hun hoofd tassen ze hun koopwaar. Voor de kleermaker is de klederdracht gemakkelijk, hij kan vele meter stof tegelijk kopen, want iedereen draagt hetzelfde van kleur en snit.

In het centrum hebben we, buiten de aan gang zijnde markt, de kerk en het verblijf van San Simon(Maximon) bezocht. De kerk oogt van buiten mooi, maar binnen druipt de armoede van de bevolking, zeker van de indiaanse, er zo van af. Het interieur heeft een schamele verlichting en pover uitgedoste heiligenbeelden langs de kant. Ik heb ze zelf niet kunnen bewonderen wegens te veel trappen en niet onmiddellijk hulp om mij boven te krijgen. Nu gingen we, onder begeleiding van een bereidwillig knaapje (voor een fooi natuurlijk), naar het verblijf van de verafgode San Simon (Maximon). Hij staat er afgebeeld met zwarte hoed en een sigaar in zijn mond. Het is feitelijk één grote mengelmoes van Maya gebruiken en het katholieke geloof, naast hem staat vb. een Lieve Vrouw beeld. Vooral de indianen komen hier offers brengen en kaarsen branden. We hebben de weg een heel eind samen afgelegd tot plots de betonklinkers ophielden. Het vervolg was een ruwe zandweg met hier en daar keien en steil naar beneden. Neen daar kon ik mijn echtgenote niet mee belasten en mijn karos evenmin. Ze is maar alleen naar de mooi uitgedoste Maximon gaan kijken. Vooral voor de indianen is het een grote eer om de uitleg over het hele gebeuren te mogen geven. Het is hier natuurlijk ook om geld te doen. Bij ons lukt zoiets niet, maar met groepen is het altijd prijs. De ene persoon durft het voor de andere niet laten en op die manier komt er wel wat poen in het laatje.

Na een bezoek van een tweetal uren hielden we het in Santiago Atitlan voor bekeken en zochten de boot naar het iets verder gelegen dorpje San Pedro op. De schipper bracht ons in een kwartiertje ter plaatse en we konden aan wal gaan. Vanaf de aanlegsteiger heb je een heel mooi uitzicht op het meer, maar dat was het dan. Veel verder dan aan wal geraakten we in San Pedro niet. We moesten om te beginnen een eind over heel los zand en vanaf het ogenblik dat de weg iets of wat stabieler werd, meldde zich een klim om U tegen te zeggen. Het was gewoon niet haalbaar met een rolstoel. We hebben aan de bevolking, die ondertussen was komen opdagen, gevraagd wat we konden doen. De ene zei: neem over een uurtje de boot terug naar Panajachel. Een ander iemand had een beter voorstel: ik ga iemand zoeken die jullie met een truck naar de andere kant van het dorp kan brengen en daar vertrekt regelmatig wel een lancha(collectieve veerdienst) naar Pana. Nu was het wachten op een goede ziel die zich over ons wou ontfermen en, tegen betaling uiteraard, naar het ander einde van het dorpje wilde brengen. Voor het ritje met de truck moesten we GTQ 20 ophoesten, maar een andere keuze hadden we niet. We hebben er de innerlijke mens wat versterkt en daarna was het tijd voor de lancha. Voor een sandwich en een gebakken vis met een biertje en een mineraal water betaalden wij GTQ 40. Nu moesten we de hulp van een paar mannen inroepen voor het afdalen van een steile helling, waarna zij met vereende krachten een twintigtal trappen naar beneden moesten, allemaal met mij in de rolwagen. Ik werd in de lancha gedropt en op een veilige plaats achteraan neergezet. Eens de boot vol (10 personen – 1 toerist wilde voor twee betalen, want hij moest in Pana een bus kunnen halen) vertrok de stuurman. Het meer was ondertussen wat onstuimiger geworden en het bootje ging op en neer op de golven. Het was niet zomaar op en neer, maar wel op en dan met een plof neer. Het was precies een wagen zonder veren op een zeer slechte weg. Na een half uur dooreen te zijn geschud, arriveerden we opgelucht in Panajachel. Het was die dag mooi geweest, maar voor ons beiden heel zwaar. We hebben het overleefd.

Het avondmaal hebben we bij het teruggaan genomen in Restaurante Lazzaroni’s Pizza. Als je hier binnen wilt, kan je het beste het pad rechts van het restaurant nemen. Daar ligt een hellend vlak en op die manier kan je het restaurant via de achterdeur binnen. Het is ook aan deze kant dat je kunt internetten. De uitbaters zijn heel vriendelijke, behulpzame en gedienstige mensen. Niets was hun teveel en direct stonden ze klaar om een en ander te verzetten, om toch maar in de eettent te geraken. De pizza’s waren overheerlijk. Ze smaakten naar nog, maar ons buikje was vol. Het zou voor een andere keer zijn. We betaalden hier voor twee pizza’s en twee bieren GTQ 109.

Vrijdag 26 maart
Dag 5: ½ dag vrijdagmarkt in Solola, ½ dag Sta. Catarina Palopo.

We hebben het ontbijt genomen om 7.45u en in het restaurant een taxi besteld tegen 8.30u om op die manier op de markt in Solola te geraken. De taxi naar Solola kostte ons GTQ 35. Het was deze morgen niet te warm ondanks een stralende zon, er blies een ijzig koude wind. De markt in Solola is één en al kleur. Je ziet er een zee van indianen in klederdrachten, een massa volk in veel te smalle gangen tussen de kramen. In ieder geval is het in Solola een kleurrijke bedoening, een lust voor het oog. Het beste dat je kan doen, is je op je gemak ergens neerzetten en kijken. Dan weet je op de duur niet meer wie naar wie kijkt. We zijn in hun ogen, eender hoe, vreemdelingen, indringers in hun wereld. Voor de terugreis hebben we gedaan zoals de plaatselijke bevolking doet, de chickenbus nemen. Wanneer je met deze bussen zou willen meegaan, moet je dubbel op al je spullen letten. Hoe ze het flikken is steeds een raadsel, je moet heel alert zijn en alles goed in de gaten houden. Wij hadden geluk, voor onze neus vertrok juist een afgeladen bus naar Pana, maar geen nood. De volgende kwam al aangereden en die was helemaal leeg. Het was voor mij dan heel gemakkelijk, eens in de bus, om mij op de eerste bank neer te zetten. En nu was het geduld hebben tot er voldoende volk mee was om te kunnen aanzetten. Lang heeft het niet geduurd of er werd reeds met drie personen op een twee persoonsbank gezeten en konden we de terugtocht aanvatten. De rit met de chickenbus kostte GTQ 3 p/p.

Na de middag hadden we een trip met de pick-up naar Sta. Catarina Palopo gepland. Het transport kan je nemen even voorbij het centrum aan de splits rechts richting Sta. Catarina. Daar vertrekt normaal om het half uur een pick-up naar Sta. Catarina. Dit transport doet over het traject ongeveer 30 minuten en je wordt in het centrum van de kleine gemeente gedropt. Het is een klein typisch dorp aan de oevers van het Atitlan-meer. De klederdracht van de vrouwen is met een blauw lint in hun hoofddoek. De mannen zijn maar gewoontjes. Voor het vervoer heen en terug gaven we GTQ 8 p/p. ’s Avonds zijn we voor onze laatste avond in Pana terug naar de Parriada Uruguayana getrokken. Het eten was er te goed om ergens anders naartoe te gaan. Nu betaalden wij er voor de maaltijd GTQ 165.

Zaterdag 27 maart
Dag 6: ½ dag San Antonio Palopo en om 12u per shuttle naar Chichicastenango.

Het ontbijt hebben we om 8.15u genuttigd, waarna we eerst Travellers Cheques wilden wisselen in de dichtstbijzijnde bank. Van de bank trokken we in de richting van de pick-ups, omdat we voor de middag het dorpje San Antonio Palopo wilden bezoeken. Het dorp is heel prachtig gelegen op de flanken van een berg, maar dat brengt natuurlijk een resem ongemakken mee. De straten liggen er ook nog bij zoals over zovele jaren, met putten en bulten en steile klimpartijen. Enkel het dorpspleintje lag iets of wat beter en redelijk vlak. Lang zijn we hier niet gebleven, want het vervoer van hier terug naar Pana is niet zo frequent als in andere dorpen. We moesten tegen de middag zeker terug zijn, omdat we de shuttle naar Chichicastenango moesten kunnen halen. Die hadden we in Antigua besteld en zou ons komen ophalen rond 12.30u en ze waren stipt.

         De rit naar Chichi gaat slingerend door de bergen over steile hellingen. Ik zou er niet direct zelf durven rijden. De chauffeur, het was waarschijnlijk een goede, gaf gas alsof zijn leven er van afhing. In Chichi aangekomen wisten we niet zo onmiddellijk een goed, proper en niet te duur hotel te vinden. We zijn met de shuttle aan enkele hotelletjes gestopt en Marie-Claire is steeds gaan kijken of het voor ons kon dienen. Het werd uiteindelijk het Hotel Chuquila, waar we twee nachten zouden verblijven. Dit verblijf leek ons qua prijs/kwaliteit het beste dat voorhanden was in het centrum van de stad. In het hotel geven de verschillende kamers uit op een binnenkoer die bij donker afgesloten wordt.

         We hebben de bagage op de kamer achter gelaten en zijn op verkenning getrokken in het centrum van de stad. Het echte centrum is niet zo groot en vrij vlak op enkele uitzonderingen na. De straten zijn voornamelijk geplaveid met uitgesleten betonklinkers. De Plaza daarentegen heeft de ondertussen gekende kinderkopjes. Van de markt van morgen was nog niets te zien, daarom hebben we nu de omliggende straten en de Santo Tomaskerk bezocht. Een goede rustplaats dichtbij de Plaza is het Tu Café. Wij werden er bediend door een elf jarig jongetje, dat enkel op zaterdag komt opdienen om zijn studies te kunnen betalen. Dit zijn toestanden die je in onze westerse maat-schappij niet meer vindt en zelfs onmogelijk geacht worden en zijn. Het is pure kinderarbeid. Van in het Tu Café konden we het opstellen van de markt goed volgen. Bij de rondgang op het plein zijn we de overdekte groentemarkt binnengestapt. Je vindt hier wel dezelfde groenten als bij ons, maar zij ogen veel mooier. We hebben er radijzen gezien als rapen zo groot.

         Van een plaatselijke gids hadden we vernomen, dat er om 18.30u in de Sto. Tomaskerk een eucharistieviering zou beginnen. Daar wilden we wel eens bij zijn. Er werd door de menigte gezongen, begeleid door een soort xylofoon maar met onder aan verschillende grootten van kalebassen. De grootste geeft de laagste toon, de kleinste de hoogste.  Na de eucharistieviering bedankte de priester de gelovigen voor hun aanwezigheid en de vreemdelingen in het bijzonder. Dat waren wij, ik heb geen enkele andere toerist in de kerk opgemerkt.

         Na het verlaten van de kerk wilden we een degelijk restaurant opzoeken, want ons buikje begon  te grollen. Het werd het restaurant La Parrilla.
De volledige gegevens van restaurante La Parrilla zijn:
                                                          Interior Comercial Turkaj                             
                                                          6a. Calle 5 – 37, Chichicastenango
                                                          Tel.: (00) (502)756-1321 en (00) (502)756-1497
                                                          Hun devies is: La mejor opcion en carnes al carbon.

Er zijn geen trappen en de ingang is zeker breed genoeg. Het is een poort die toegang geeft tot een klein overdekt winkelcentrum. De steak met frieten was er eetbaar, maar we hadden al beter gehad. Voor twee steaks met frieten(heel dikke) en twee bieren betaalden wij GTQ 77.

Zondag 28 maart
Dag 7:Ganse dag op en rond de markt in Chichi.

         We konden vandaag iets langer in bed blijven, want we zaten met onze neus aan de markt. Tegen 8.30u hadden we met ons ontbijt gedaan en konden we op stap naar de zondagmarkt. In het begin was het er nog rustig, weinig of geen toeristen en de plaatselijke bevolking was ook nog niet massaal aanwezig. Dit gaf ons de gelegenheid om de tentoongestelde koopwaar, van maskers in alle mogelijke kleuren en maten tot heiligen beelden en allerhande stoffen, aan de vele kramen heel goed te kunnen bewonderen en de nodige foto’s te nemen. Wanneer je van de indiaanse vrouwen een foto wilt nemen, is de kans groot dat ze hun hoofd omdraaien of bedekken en dat is niet enkel in Chichi het geval maar overal waar je indianen ontmoet. Zij hebben nu helemaal niet graag dat hun gelaat in een klein kastje komt te zitten. Ze denken waarschijnlijk dat je hun ziel daardoor meeneemt. Het beste is een deftige telelens te gebruiken( bv. 300mm), dan merken ze niet onmiddellijk dat je hen op de gevoelige plaat wil vastleggen. Het is natuurlijk niet altijd mogelijk zo te gaan staan dat je niet opgemerkt wordt. Op de trappen van de Sto. Tomaskerk is het al een en al bloemen (voor verkoop) en wierook van de ingehuurde bidders. De geur van de bloemen vergaat in het niet bij de walm van de wierook, die in blikken bussen(meer is het niet), aan koorden vastgemaakt, over en weer worden geslingerd. Rond de middag zijn we een kijkje gaan nemen in het riante hotel Mayan Inn. Het hotel past zeker niet in ons budget. Het zou er, voor mij althans, niet lukken omdat de kamers zich boven bevinden. Achteraf was het nog de markt afdweilen om eventueel nog mooie kiekjes te kunnen mee pikken tot we het voor bekeken hielden en ons neerzetten in het Tu Café. Met de patron hebben we nog over de verschillende problemen, die zich momenteel in heel Guatemala voordoen, gesproken. Tegen de avond zochten we een ander restaurant en schuin tegenover ons hotel leek er een redelijk proper te zijn. We hadden onze drank reeds op tafel, toen we merkten dat de prijzen op de menukaart flink de pan uitswingden, het waren echte toeristenprijzen. De drank hebben we betaald en we zijn opgestapt en terug naar dat van gisteren gegaan: restaurante La Parrilla. Het was er goed en waarom dan ook niet. Wij betaalden voor dit eetmaal GTQ 110.

         Na het eten, het zal 20.45u geweest zijn, was het hele centrum zo dood als een pier. Geen levende ziel meer op straat, op enkele uitzonderingen na, te bespeuren. Wanneer we aan de poort van het hotel kwamen, was het compleet. Ze was op slot en bellen hielp niet. We hebben aan voorbijgangers gevraagd wat we konden doen en die mensen waren zo vriendelijk om met ons te wachten tot er op de duur beweging aan de poort kwam. Voor een hotel, die naam waardig, vind ik dat zoiets niet door de beugel kan. Maar eind goed, al goed. We hebben er niet van wakker gelegen.

Maandag 29 maart
Dag 8:Via Santa Cruz del Quiche naar Nebaj en verder door naar Huehuetenango.

         We hadden ervoor gezorgd dat we tegen 8.30u terug waren van het ontbijt, want op dat uur hadden we afgesproken bij Tabarini dat de chauffeur ons zou oppikken in het hotel. Het adres van het hotel hadden we op zaterdag naar een bepaald iemand van de firma Tabarini doorgebeld, omdat we als we in Antigua vertrokken, nog niet wisten waar we zouden logeren. Het begon al goed met die brave man, hij verstond geen yota Engels. De bediende in Antigua had ons ten stelligste beloofd dat hij toch tenminste iets zou begrijpen, maar niets was minder waar. Zo goed en zo kwaad als het kon hebben wij, samen met de chauffeur Miguel, het contract(dat volledig in het Spaans was) doorgenomen en hem verteld wat we op die drie dagen allemaal wilden doen en zien.

         De eerste taak van Miguel was, samen met ons naar het Campo Santo (kerkhof) van Chichi rijden voor een kort bezoek. Hij begon hier goed, wel twee maal heeft hij moeten vragen hoe hij bij het kerkhof kon geraken. We hadden het zien liggen van aan de ingang van hotel Mayan Inn. Daar ligt het recht voor in de diepte. Bij de inkom heb je een goed pad, dat vrij steil naar boven leidt. Eens daar voorbij ligt de weg zo goed als vlak. Het loont zeker de moeite om, al was het maar even, hier een bezoek te brengen. Grote graven van betere lieden en de kleinere van minder bedeelden staan gewoon naast mekaar. Ze tooien de hele knekeltuin in verschillende pasteltinten zoals watergroen, roze, licht blauw en vele andere pasteltinten. Marie-Claire was van plan om naar Pascual Abaj te gaan. We zijn in het museum van Pascual Abaj geweest. Je ziet er maskers door de eeuwen heen. Van verder gaan heeft ze maar wijselijk afgezien. Het is een steile klim van +/- 20 minuten, het hele gebeuren bekijken en dezelfde tijd voor het terugkomen. Dat was wat van het goede teveel.

         Nu gingen we definitief Chichi verlaten en in de richting van Nebaj rijden, met een korte stop in het vrij propere Santa Cruz del Quiche. De Plaza is een mooi aangelegd plein met fonteinen en veel groen. Hier zie je ook veel indianen, maar dan weer iets anders uitgedost. De vrouwen dragen boven op hun blouse een wit kanten versiering. Na een bezoek aan de kerk (er is één ingang waar je maar 1 trap moet doen) en een rondgang op de Plaza, kozen wij om naar Nebaj door te gaan. We hadden geen andere keuze dan over Sacapulas te gaan, over een goed liggende piste tot Nebaj. De bedoeling was om er te overnachten, maar bij nader inzien leek dat geen al te best idee. We zijn er gebleven van 12.30u tot na een stevige stortbui om 14.30u. Het enige dat we er konden doen is de markt. De vrouwen hun hoofdtooien zijn versierd met pomponnes in verschillende kleuren hangend aan veelkleurige brede linten. De mannen zijn maar gewoon gekleed. In het restaurante Cesar vroegen we een pizza, maar de kokkin had blijkbaar een groot probleem. Het zou twee uur duren eer we aan eten konden geraken. Maar zij had wel klaargemaakte pizza staan, waar ze stukken kon afsnijden. We hebben dat dan maar genomen, samen met een biertje en een cola. Hiervoor betaal-den wij GTQ 26. Er zat nu niets anders op dan terug te gaan over Sacapulas om zo in Huehuete-nango te belanden. Bijna de ganse weg liep over een piste, de eigenlijke baan is in aanleg door Japanners. In Huehue hebben we gekozen voor een hotel in volle centrum, het Hotel Zacaleu. Vermits het een lange dag is geweest, hebben we buiten het gaan dineren, feitelijk niets meer gedaan dan een beetje orde op zaken te stellen en ons dagboek aan te vullen. In de Fonda de Don Juan betaalden we GTQ 125 voor onze maaltijd, drank inbegrepen. Er zijn geen noemenswaardige hindernissen om de pizzeria in te komen, slechts één trap bij het binnen komen. We hadden allebei een kom soep en een medium pizza besteld en er restte nog zeker vier stukken wanneer we voldaan waren. We hebben aan de ober gevraagd om de resterende porties in te pakken. We zouden die op straat wel aan iemand kwijtraken. Ondertussen was het gaan regenen en veel beweging was er niet meer op de Plaza, tot we een schamel mannetje zagen zitten. Je kon hem bijna niet verstaan, zo stil sprak hij, maar dat begreep ik er wel van, dat hij liever zou sterven dan nog een dag langer te leven. Hij heeft het restant van onze pizza met beide handen gretig aangenomen. Mijn echtgenote was tot tranen toe bewogen.

Dinsdag 30 maart
Dag 9:Via Chiantla naar Todos Santos en door naar Quetzaltenango met bezoek aan de oudste
            kerk van Centraal Amerika in Salcaja en de kerk van San Andrés Xecul.

         Om 8u zijn we uit het hotel vertrokken naar de Plaza voor een kort bezoek aan de kathedraal. Om 8.45u konden we aanzetten naar Todos Santos. Even buiten Huehue hielden we halt bij Chiantla. Hier is in de kerk een zilveren Lieve Vrouw te bewonderen. Van Chiantla ging het verder langs de Mirador, maar veel uitzicht hadden we er niet, wegens te veel mist. We zouden in het terugkeren wel even stoppen. We zetten onze weg verder door een heel mooi berglandschap tot we, na veel bochtenwerk, in Todos Santos belanden.

         Todos Santos is wel een mooi stadje, maar vrij moeilijk met de rolstoel. Het ligt op de flanken van een heuvel en dan is het stijgen en dalen. Het echte centrum is nog ietwat te doen, maar ver uit de lijn moet je er niet lopen. Marie-Claire is even van het gewone pad afgedwaald en heeft op die manier het echte leven van de inlanders kunnen gadeslaan. Van op de Plaza heb je een mooi overzicht op het dorp. Het pleintje ligt iets hoger dan de rest van het dorp. Je kan er geraken zonder trappen langs een heel steil straatje. Vooral de mannen zijn in klederdracht. Zij dragen een rode bermuda met witte strepen en een strooien hoedje met een blauw lint rond, ofwel een cowboyhoed.

         Nu ging het via dezelfde weg die we gekomen waren tot in Huehuetenango terug. Aan de Mirador hadden we nu wel een heel mooi uitzicht over de omliggende bergen en in de verte de stad Huehue. We hebben er wel enkele uren over gedaan om het einddoel van deze dag te bereiken.
Vooraleer Quetzaltenango in te rijden hebben we een korte stop gehad in Salcaja voor een bezoek aan de San Jacinto kerk (de oudste katholieke kerk van Centraal Amerika) en iets verder gelegen de San Andrés kerk(een fel geel geschilderde en met vele heiligen beelden versierde gevel). De eerste kon je enkel langs buiten bewonderen en de tweede is binnenin héél donker. In Quetzalte-nango hadden we in het Hotel Modelo (Anexo) via internet voor drie nachten geboekt. Van een Latijns-Amerikaan verwachtten wij geen stiptheid, maar bij dit hotel is correctheid troef. De mail was één uur weg en er was reeds een positief antwoord, met de vraag om het Visakaartnummer door te sturen via e-mail. We hebben dit onmiddellijk uitgevoerd en de dag daarop hadden we van hun kant de bevestiging dat alles oké was. Het was een voorschot van één nacht in het hotel.

         Bij het inchecken, wij hadden het een en ander te regelen aan de balie van het hotel, zagen we plots de Hollanders, die we in Panajachel ontmoet hadden, binnenkomen. Het was een blij weer-zien. Het was toeval dat zij in hetzelfde hotel als wij logeerden. We wisten van mekaar wel dat we samen in Quetzal zouden zijn, maar niet samen in hetzelfde hotel. We hebben dan ook maar meteen afgesproken om ’s avonds samen in Royal Paris te gaan eten. Het restaurant Royal Paris is gesitueerd schuin tegenover het hotel Modelo op het pleintje links in de hoek.

De volledige gegevens van het restaurant Royal Paris zijn:
                                                                   Restaurante Royal Paris                                                                                                        
                                                                   14 Avenida “A” 3 – 06, Zona 1
                                                                   Edificio Marzia 2do. Nivel
                                                                   Teléfono: (00) (502)761-1942
                                                                   E-mail: royalparis@yahoo.com

Je moet er wel naar de eerste verdieping, maar met de hulp van onze Nederlandse vrienden was dat kinderspel. In het restaurant werkt ’s avonds een Nederlandse jongen, die over dag in het gekende Adrenaline Tours werkt. Zijn naam is Pieter Bas A. van Duuren.       

De volledige gegevens van Adrenaline Tours zijn:
                                                     Agencia de Viajes – Operador de Turismo
                                                     Autorizado por INGUAT # 688-2001
                                                     Pieter Bas A. van Duuren
                                                     Pasaje Enriquez, 13 Avenida y 4ta Calle Zona 1, Quetzaltenango
                                                     Tel.: (00) (502) 761-4509 en (00) (502) 535-6831
                                                     E-mail: adrenalinetours@hotmail.com
                                                     Website: www.adrenalinetours.com   
         
          In het restaurant betaalden we naar onze mening genoeg voor wat we gekregen hadden:
GTQ 150 voor ons twee. We hadden ieder een steak met salade en frieten. Het was er in ieder geval gezellig samen met Lucy, Dick, Jenny en Gerrit onze Nederlandse vrienden. En vrienden waren het ondertussen geworden. Lucy en Gerrit zijn zuster en broer en zij hebben de hele reis van 28 dagen laten uitstippelen door het Nederlandse reisbureau Terra Mundo. De dochter van Lucy en Dick heeft een adoptie kind uit de bergen in Guatemala, ergens aan de grens met Mexico. Zij wilden absoluut de route overdoen, die de moeder van het kind, dat toen 1 week oud was, volgde om in Guatemala Ciudad haar kleintje af te staan, voor adoptie, in een weeshuis. Lucy zelf is een heel sociaal iemand, een persoon die altijd voor alles en iedereen klaar staat.
        
Woensdag 31 maart
Dag 10:Markt van Almolonga en naar San Marcos, Totonicopan, San Cristobal en Momostenango

         We waren een dag vroeger in Quetzaltenango dan we gedacht hadden en dus beschikten we vandaag nog over een wagen. Daar zouden we ten volle van genieten, nou ja genieten is een groot woord. De zon was ‘s morgens van de partij, maar in de bergen hing een hardnekkige mist. Daardoor zag je geen enkele vulkaan liggen. Ons eerste doel was de grootgroentemarkt van Almolonga, ten zuiden van Quetzal.  In Chichicastenango hadden we mooi ogende groenten ge-zien, maar dat heeft geen kopie met wat er hier te koop wordt aangeboden. Grote uien, radijzen, wortelen als knuppels, grote bloemkolen, kortom te veel om op te noemen. Alles wordt in grote getale aangevoerd en verhandeld. Je ziet er veel vrouwen met hele vrachten op hun hoofd en mannen die met drie zakken uien of wortelen tegelijk voortsjouwen. Dit alles in een kleurige kleder-dracht.
         
         We moesten, eender hoe, terug over Quetzal omdat San Marcos de gans andere richting uit gelegen is. We hadden hier minder geluk, want de bewolking was toegenomen en de bergen ver- scholen zich meer en meer in de laag hangende wolken. Naarmate we San Marcos naderden, werd het weer alsmaar somberder. We zijn er zelfs niet gestopt en gewoon doorgegaan naar het iets verder gelegen San Cristobal. Hier wordt gestart met de trekking naar de vulkaan Tajumulco.
We hoopten om er toch een glimp van te zien, maar het geluk was niet met ons. Er was wel een beestenmarkt aan de gang en hiervan hebben we menige kiekjes kunnen nemen. We werden er bekeken als kwamen we van een andere planeet. Wat wil je, veel toeristen komen hier niet en dan nog in een rolstoel. Je hoorde ze bijna luidop denken: wat komen die hier doen.

         We zetten terug koers naar Quetzal om zo verder te gaan naar Totonicopan, San Cristobal en Momostenango. We hadden er veel van verwacht, maar het viel lelijk tegen. Het was onder-tussen beginnen motregenen, zodat je met moeite nog uit de auto kon komen. Daarboven op kwam een ander probleem, onze chauffeur, Miguel, kende blijkbaar van heel de streek niets. Hij heeft meermaals de weg moeten vragen en van het hele gebeuren in de streek wist hij zeker niets af. We zijn, na een vermoeiende rit voor niets, vrij laat in Quetzal teruggekeerd, waar we het bureel van Tabarini wilden binnengaan. Het moest wel ook, de rekening aan de firma moest nog vereffend worden. Wij hadden Miguel 3 X GTQ 200 gegeven voor zijn maaltijden en logement. De wagen was nog niet betaald. De gerante van het bureau van Tabarini in Quetzal heeft van ons de volle lading gekregen. Ten eerste dat de chauffeur geen woord Engels begreep, ten tweede dat hij zo weinig wist onderweg en ten derde dat we voor al dat ongemak zoveel hadden moeten neertellen. Zij leek ons te begrijpen, maar kon aan de situatie ook niets veranderen, ze is ook maar een bediende in een groot netwerk. We hebben toch onze gal eens uitgespuugd. We hebben de resterende drie dagen, die we geboekt hadden bij Tabarini, gecanceld. Met zulke firma wilden we geen zaken meer doen. We waren terug in het hotel omstreeks 19.15u. Wegens het late uur en het minder goede weer zijn we maar terug gegaan naar restaurant Royal Paris. Voor we aan de trap waren, hoorde ik de stem van één van onze Hollandse vrienden. Zo waren we binnen de kortste keren boven en konden we ons beider wedervaren vertellen. Het avondmaal kostte ons nu
GTQ 133.

Donderdag 1 april
Dag 11:1/2 dag Fuentes Georginas en Zunil, ½ dag Quetzaltenango.

         We moesten nu starten zonder auto en na het ontbijt vroegen we aan de receptie van het hotel om een taxi te bellen. Die zou ons naar Los Baños, Fuentes Georginas en Zunil brengen. We konden starten om 9.45u en waren terug in het centrum omstreeks 14.30u. Hij wilde de rit maken voor GTQ 250. Deze man verstond ook alleen maar Spaans, maar wanneer we onderweg iets zagen, was hij er als kippen bij om er de nodige uitleg over te geven. Zijn auto viel bijna uiteen en wanneer hij halt hield voor een foto, moest hij een kei voor één van de wielen leggen om niet weg te bollen. Buiten een vettige lach was de man best aardig en voldeed hij aan al onze wensen.

         We zijn begonnen met Los Baños, maar veel konden we hier niet verrichten. Het enige dat je er kan doen, is een bad nemen in het, volgens hen tenminste, heilzame bronwater. We waren er niet op voorzien en daarbij kwam nog dat het pad er naartoe heel slecht was aangelegd. Het begon er feitelijk héél goed. De taximan was zo vriendelijk om met zijn wagen zo dicht mogelijk te rijden, plots hoorden we een klop en we voelden dat er iets mis was met het vehikel. Hij had niet gezien dat er een diepe gracht was en hij was er met één wiel pardoes ingereden. Wij hier in Belgïe zouden al panikeren en permitteren over de schade aan ons voertuig. In Guatemala maken ze er blijkbaar niets van. Hij heeft zijn uitlaat even moeten rechttrekken, maar voor de rest bleek alles intact. Na een vijftal minuten hebben wij het domein van de baden verlaten en zijn aan de klim begonnen naar Fuentes Georginas. Onderweg kom je veel velden tegen met allerlei gewassen en heb je een prachtige natuur met tropische plantengroei. Het is hier in de streek trouwens héél vruchtbaar. Zelfs van de buurlanden komen zakenlui groenten opkopen in Quetzaltenango.

         Aan Fuentes Georginas is een grote parking aangelegd ten behoeve van de vele bezoekers. De kassier wilde kost wat kost twee inkombewijzen verkopen, want het moest zo van zijn baas.          We hebben er 1 betaald en zijn doorgegaan. Het was een redelijk zware opdracht om bij de zwavel-bronnen te komen. Het pad is heel goed aangelegd voor de gewone toerist, maar voor ons was het iets minder. Op hulp moesten we er niet rekenen, omdat we er bijna alleen waren. Er zijn veel trap-pen, maar die zijn dan wel 1m breed. Het is dan bij iedere tree met de voorste wieltjes omhoog en dan de grote wielen erop heffen. Ik heb het zwembad, dat er is aangelegd, van ver kunnen bewon-deren en de damp van het hete water zien opstijgen, vermits de laatste drie treden er maar heel gewone waren. En er is geen enkel steunpunt voorzien. Bij het afdalen moesten we andersom te werk gaan en eens beneden stond onze behulpzame taximan reeds klaar om ons op te vangen. We wilden wel een beetje de natuur opsnuiven en daarom stelden wij hem voor om een kwartiertje te gaan wandelen en hij zou ons dan volgen. Hij was onmiddellijk akkoord.

         Terug beneden werd het tijd om het dorpje Zunil te bezoeken, met het dorpsplein en de hagel- witte kerk. We hoopten er vrouwen in klederdracht te zien, maar het kerkplein was verlaten. Het is er waarschijnlijk enkel druk op de marktdag(maandag) en dan konden we er niet aanwezig zijn. In de Coöperativa de Tejedores Santa Ana R.L. hoopten we vrouwen aan het weefgetouw bezig te zien. In de coöperatief kon ik al niet in, wegens te veel trappen. Marie-Claire is even binnen geweest en heeft er vernomen dat hier enkel de door de dorpsvrouwen thuis geweven producten worden verkocht.

         Dan maar een stukje verder in Zunil naar de plek waar hier Maximon wordt verheerlijkt.        Bij het binnenkomen van het kleine lokaal is het precies op een kermis dat je beland bent. Her en der flikkerende lichtjes en van Maximon zou je kunnen denken dat het een wassen beeld is van Michael Jackson, met zwarte hoed, donkere bril en een sigaret in zijn mond. Een foto mochten we  nemen na het betalen van, jawel GTQ 50, wat we uiteraard niet gedaan hebben. De foto was toen reeds genomen. Het is er één commerce, zeker voor de vreemdelingen.

         Bij de terugrit vroegen wij aan de chauffeur om niet terug naar het hotel, maar aan het Parque Centro America te stoppen. Dat was veel gevraagd. Met de haverklap zou bij de prijs
GTQ 50 bijkomen, terwijl hij feitelijk maar even ver moest bollen. Maar ja, proberen gaat mee hé. We hebben het plein samen met de kathedraal bezocht(enkel de originele gevel staat nog recht, de rest is verwoest door aardbevingen), waarna we wilden gaan internetten. Dit was zonder de weergoden gerekend, op het ogenblik van de laatste foto op de Plaza doken plots donderwolken op  en begon het te regenen. We hadden nog geluk dat we onder een overhangend balkon konden schuilen. Na een poos was het iets minder en hebben we ons naar een internetcafé begeven om naar huis te mailen. We waren nog maar net binnen, toen er een fikse bui, die kennen we hier niet, over Quetzal neerviel. Dit is wel een voordeel: wanneer zo’n onvervalste tropische regenbui passeert, zijn de straten in een mum van tijd overspoeld en volledig schoon geveegd. Alles dat niet te veel weegt, spoelt met het hemelwater mee naar beneden. We waren tevreden om tussen twee buien in het hotel bereikt te hebben en hebben er het restaurant uitgeprobeerd. De maaltijd was lekker en voor weinig Quetzales. Een volledig menu met soep, kip of steak met groenten en papas fritas + dessert betaalden wij GTQ 94. Daar konden we ons niet voor laten nat worden.

Vrijdag 2 april
Dag 12:1/2 dag vrijdagmarkt in San Francisco el Alto en om 14.30u met de lijnbus naar Chimaltenango en per taxi verder naar Antigua.

         Vandaag was het markt in San Francisco el Alto en weer hadden we een taxi besteld in het hotel. Die man zou ons naar de markt brengen. Hij gaf zijn GSM nr. en zou wel terug komen. Voor minder dan GTQ 70 per rit wou hij het niet doen. In San Francisco el Alto heeft hij ons afgezet, we hebben hem niet betaald om zeker te zijn dat hij zou terugkomen, op de hoek van een straat die redelijk steil naar de Plaza leidt. Ook hier zijn weer een massa indianen in klederdracht te zien. Het is er moeilijk om je een weg te banen tussen de vele kramen en mensen. Er zijn twee grote knelpunten: de gangen tussen de kramen zijn te smal en er is te veel volk. Ik heb tot twee maal toe een hand van mijn buikzakje moeten wegdoen. Dit was mij tot hiertoe nog nooit overkomen. Al bij al loont het zeker de moeite om er naartoe te komen. We zijn stilaan afgezakt naar de plaats waar de taxi ons had afgezet en wie zagen we er reeds staan, jawel de taxi. We zijn er vertrokken en dan hebben we vastgesteld dat hij niet was weggeweest. Hij moest her en der de weg, om uit het centrum te geraken, vragen. Op de terugweg hebben we met hem afgesproken om tegen 13.30u naar het hotel terug te komen. We moesten ten laatste om 14u aan het bureel van Alamo zijn voor betaling en afhaling van de, twee dagen tevoren gereserveerde, bustickets naar Chimaltenango. Het vertrek was voorzien om 14.30u en de aankomst in Chimal, met een korte stop onderweg, om 17.30u. De chauffeur van de bus hield er stevige tred in, ondanks stijgen en dalen en stevige bochten. In Chimaltenango waren niet direct taxi’s te vinden om in Antigua te geraken, maar door toedoen van een Fransman, die er een zaak heeft, hebben we na 1 kwartier iemand betrouwbaar op de kop kunnen tikken, die voor GTQ 70 naar Antigua en naar Posada de Doña Luisa wilde rijden.

         We kozen voor het diner het restaurant Piccadilly Pizzeria op de hoek van onze straat. Bij de inkom is er één trap en verder is alles vlak. Het is een soort pizzeria waar je allerlei Italiaanse gerechten kunt krijgen. Wij namen er macaroni met kaas(veel) en hesp, een ensalada en twee bieren en betaalden hiervoor GTQ 104.

Zaterdag 3 april
Dag 13:Ganse dag in Antigua voor verdere bezoeken en het regelen van transport.

         Om 8.15u stapten we op in het hotel, om vervoer voor de overige 3 dagen te regelen. Op de Plaza hadden we vorige keer een persoon ontmoet, die voor ons wou rijden voor $ 125 per dag.
We vonden dat wel vrij veel, maar bij gebrek aan goedkoper zouden we het erbij genomen hebben, al leek hij niet zo betrouwbaar. Hij had ons de vorige keer een naamkaartje gegeven,  nu ook en het waren twee verschillende. Dat hadden we met hem wel, hij sprak vloeiend Engels. We hebben hem gezegd dat we wel zouden aanzien. We hadden bijna de moed opgegeven, toen we op de Plaza een meisje ontmoetten, dat in Antigua aan een project meewerkt. Zij heeft ons op de goede weg gehol-pen. Ze kende een klein reisbureel en is met ons een heel eind mee gegaan. De brave man kon ons echter geen stap verder helpen, maar iets verderop zag ik toevallig nog een bureautje. Hier hadden we meer geluk en om 14.30u hadden we een wagen met chauffeur voor de prijs van $ 250 voor drie dagen, all-in.

         Nadien zijn we naar Casa Popenoe gegaan voor bezoek. Het was er niet simpel. In de inkom-hal stond een wagen van de eigenaar geparkeerd en die mocht blijkbaar niet verzet worden. Met als gevolg: uitstappen en te voet langs het vehikel paddelen. Het loont de moeite om het huis te bezoeken, niettegenstaande ik niet op alle plaatsen kon komen. Het is een oud koloniaal huis dat door een Amerikaan, dr. Wilson Popenoe, opgekocht is. Het huis heette vroeger het Casa del Capuchino en was sterk vervallen. Het gebouw ligt aan de Calle de la Nobleza en is nu volledig gerestaureerd en te bezoeken alle dagen van 14 tot 16u, eventueel met een gids(in de prijs inbegrepen).

         Bij het terugkeren in het hotel hebben we aan Silvia gevraagd of zij toevallig een goed en niet te duur restaurant wist. Ze gaf raadde een eethuis aan niet zo ver uit de buurt van het logement. Het noemde Restaurante Los Encuentros en als dit voor haar geen al te duur etablissement is, dan moet zij een dikke porte-monnaie hebben. De maaltijd was niet slecht maar naar onze normen te duur. Voor een steak met heel weinig groenten en één aardappel in de schil betaalden wij GTQ 230 Bij de afrekening zei de ober er ons goed bij, dat de fooi van 10% niet inbegrepen was. We zijn buiten gegaan zonder maar één cent fooi te geven en zouden er nooit nog een voet binnen zetten. Bij de inkom zijn er drie trappen, maar de garçons snelden ter hulp. Bij het verlaten van het dure restaurant hebben wij het alleen moeten klaren.

Zondag 4 april
Dag 14:Vlucht naar Flores en met de shuttle verder naar Tikal.

         Vandaag was het héél vroeg uit de veren. Het was 4.10u toen we met de shuttle werden opgehaald om naar het La Aurora vliegveld in Guatemala Ciudad gebracht te worden. Het is een klein uur rijden en de vlucht naar Flores zou om 7.45u vertrekken. Bij aankomst daar stond er een massa taximannen en shuttles ons op te wachten. Omdat het zondag was vroegen ze bijna allen
GTQ 20 i.p.v. 15 voor de korte trip naar het dorp. Even geduld oefenen levert gewoonlijk iets op en na enkele minuten konden we met een taxi voor GTQ 15 naar het vooraf geboekte hotel Villa del Lago. De bedoeling was om hier het ontbijt te nemen, de bagage voor enkele uren te droppen, een shuttle te reserveren naar Tikal en een boottrip te maken op het Lago de Petén. Voor we konden aanzetten hebben we aan de balie van het hotel gevraagd om naar Jaguar Inn te mogen bellen, voor de bevestiging van onze komst vandaag met de shuttle van 14.30u. We hadden dat in Antigua reeds gedaan de dag tevoren, maar waarschijnlijk zijn ze of niet al te snugger, ofwel bang om toch maar een kamer niet verhuurt te krijgen.

         Nu naar de kade voor een boottocht naar het dorpje San José. Hier zijn we van boord gegaan om enig idee te hebben van de levenswijze van de dorpelingen aan de oevers van het meer. Ver konden we niet uit de lijn lopen, het dorp ligt tegen de flanken van de heuvels langs het water. Terug in de boot zette de kapitein koers naar San Andrés. We hebben gevraagd om maar gewoon voorbij te varen, het dorp zag er nog moeilijker uit dan het vorige en terug naar Flores te varen. Op de boot was het draaglijk, maar eens eraf was het broeierig heet. Rond 13u hebben we ons op een stoel neergevleid en genoten van een frisse pint.

         14.30u vertrek met de shuttle naar Tikal en aankomst op de parking daar(de toegangsbewij-zen voor de site moet je bij het binnenrijden van het Nationaal Park kopen) om 16.30u. We hadden via internet in Jaguar Inn een kamer gevraagd zonder trappen, maar wat raad je: drie stuks om de chalet in te kunnen. De man achter de balie leek van niets te weten. Nu hadden wij het geluk aan onze kant, het mag wel eens. Er moest een groep van Sawadee aankomen en één van hun kamers had één enkele trap en kon dus aan ons toegewezen worden. Na installatie in de kamer is mijn wederhelft op verkenning gegaan naar de site. Zo wisten we voor de dag daarop toch al iets meer. Het leek nogal mee te vallen, zei ze. Het avondmaal hebben we niet in het restaurant van Jaguar Inn genomen, maar een paar honderd meter terug in de comedor: Imperio Maya. Voor een lekkere maaltijd gaven wij er GTQ 104. Hier konden we buiten op het terras plaats nemen en dan heb je maar één trapje te doen.

Maandag 5 april
Dag 15:Ganse dag bezoek aan de site van Tikal en om 16u met de shuttle naar Flores terug.

         Vermits we maar 1 dag in Tikal bleven, moesten we die dan ook heel goed benutten. Om 6.45u zijn we van het hotel naar de site gegaan, het ontbijt konden we pas vanaf 7u krijgen en dat vonden we te laat. De eerste honderden meter was inderdaad te doen. Buiten wat grint op de weg, die stilaan naar boven liep, was het goed haalbaar tot aan de splits waar de controlepost staat.                                    

Vanaf hier begon het zwaardere werk, steile hellingen, hier en daar wortels van de bomen in het midden van de weg en op regelmatige tijdstippen stukken stenen die natuurlijk altijd juist voor de kleine wieltjes liggen, met een blokkering tot gevolg. Na wat inspanningen bereikten we de Gran Plaza, waar we de eerste grote piramides konden bewonderen. We hebben met horten en stoten de hele site afgelopen en zoveel als mogelijk alles gezien, tot we het voor bekeken hielden en naar de Gran Plaza afdropen. We hadden op de site van een gidse vernomen, dat je op de Gran Plaza vervoer kon laten oproepen om terug naar de parking te geraken. We hadden echter het geluk niet aan onze kant. Er is wel vervoer, maar dan enkel wanneer je georganiseerd naar de site komt. Dus zat er niets anders op dan zo goed en zo kwaad als het ging en met de hulp van medebezoekers naar de uitgang te rijden. Eén ding is zeker, de site is prachtig gelegen in de redelijk dicht begroeide jungle. Hier en daar zie je de toppen van de piramides boven de kruinen van de bomen uitsteken. In die bomen nestelen grote en kleine vogelsoorten en de apen zie je in de toppen van die bomen over en weer slingeren. Het was voor ons, met de rolwagen, een heel zware opdracht, die we toch tot een goed einde hebben gebracht .

         Het werd nu stilaan tijd voor het ontbijt. Het was ondertussen 14u geworden en onze magen grolden heftig. In de comedor Imperio Maya was het gisteren goed, dus riskeerden we het terug. Voor twee sandwiches, 2 waters en 1 bier betaalden wij GTQ 50. Het werd nu stilaan tijd om de bagage op te halen, die we achter de balie van Jaguar Inn, gedeponeerd hadden, want de shuttles naar Flores vertrekken om 16u. Als je wat later bent is het geen probleem, er wordt gewacht tot elk busje vol zit. Er zijn zeker vier busjes naar Flores vertrokken. In Flores hebben we voor ons avondmaal gekozen voor het restaurant El Tucan, gelegen juist naast Hotel Villa del Lago. De uitbater is de broer van de eigenares van het hotel. Het was op het terras, aan de oevers van het meer, zalig en niet meer te heet en geen muggen. Er zijn enkele trappen om achter aan het terras te geraken, maar nooit meer dan 1 tegelijk. De maaltijd kostte ons GTQ 140. Nadien hebben we met het thuisfront contact gezocht via internet.

Dinsdag: 6 april
Dag 16:Trip van een ganse dag naar de site van Yaxha.

         We hadden voor vandaag een uitstap naar de site van Yaxha geboekt in ons logement. Om 9.30u werden we in het hotel opgehaald door Antonio, onze chauffeur-gids. We zouden met twee koppels zijn, wij en een Spaans stel van de regio Valencia. De Spanjaarden en Antonio kenden mekaar van een trip die ze samen gemaakt hadden. We stevenden eerst af op de Laguna Yaxha, waar we in een bootje stapten dat ons naar een schiereiland in de lagune bracht. Wegens de te slechte weg, volgens onze Antonio, ben ik op de boot gebleven, terwijl de anderen een kleine site gingen bezoeken. Na deze site was het tijd voor de versterking van de innerlijke mens. Vermits Antonio in de streek woont, kent hij er ook elk plekje en kon hij ons bij een goed restaurantje afzetten. Bij een gezellig onderonsje in het Engels, Frans en Spaans zijn we over van alles en nog wat bezig geweest. Tegen 15u was het tijd om op te krassen en te gaan zien naar de site van Yaxha. Volgens Antonio was deze site véél gemakkelijker dan die van Tikal. We zouden wel zien wat het wordt. Het begon al goed bij de ingang van de site. Er zijn vaste slagbomen gemaakt en tussen die slagbomen en een boom moet je doorgaan. Met de rolstoel was dat natuurlijk veel te smal en moest ik, met de hulp van Antonio en het Spaanse koppel, er te voet doorheen. Maar vanaf nu is er geen knelpunt meer, zei onze hulpvaardige gids. Het lag inderdaad in hoofdzaak iets beter, maar af en toe moest de natuur zich langs zijn beste kant laten zien en wortels en hellingen te voorschijn toveren. Het moeilijkste was op het moment dat ik vroeg om naar het toilet te gaan. Antonio krabde eens in zijn haar en zei: problemas. De toiletten die er waren, lagen een meter of zes dieper dan de ingang en er was geen deftig pad er naartoe. Alle hens werden aan dek geroepen om mij met rol-stoel en al veilig beneden te krijgen. Achteraf is Marie-Claire op één van de piramides naar boven gelopen, om er het koppel te vervoegen, die er stonden te wachten op de zonsondergang.

         Na het ondergaan van de zon keerden we naar Flores terug. Antonio moest langs het bureel gaan en daar hoorde Marie-Claire dat ze de dag daarop mee zou kunnen naar de site van El Ceibal. Er was wel één groot obstakel, ze moest zeker kunnen terug zijn iets na 15u omdat we onze terugvlucht naar Guatemala Ciudad moesten halen. Ten laatste 15.30u zouden wij het hotel moeten verlaten. In het reisbureau werd er ten stelligste beloofd om op tijd terug te zijn. Dan was het voor mij in orde.

Woensdag 7 april
Dag 17:Trip naar de site van El Ceibal(Marie-Claire alleen) en om 15.40u naar de luchthaven voor de terugvlucht naar Guatemala Ciudad en per shuttle naar Antigua.

         Om 8u is Antonio mijn wederhelft komen ophalen voor de trip naar El Ceibal. Voor de prijs van $ 20 kon ze met een klein groepje jeugd mee. Ik ben maar wijselijk in het hotel gebleven en heb mij bezig gehouden met reislectuur en kruiswoordraadsels invullen. Naar het zeggen van de  Nederlanders, die we in Panajachel hadden ontmoet, was het voor mij absoluut niet te doen. Je moet er trappen doen en je tussen de laaghangende takken een weg banen over een oneffen pad. Antonio heeft, voor het aanzetten, nogmaals ten stelligste beloofd om zeker tegen drie uur terug te zijn. We hadden onder mekaar afgesproken, om in geval er toch iets mocht tegen gaan, dat  ik aan de receptie van het hotel tegen 15.20u een taxi zou vragen om ons naar de luchthaven te voeren. Het werd 15.15u en geen Marie-Claire te bespeuren. De taxi was stipt op tijd en zou enkele minuten later wel terugkomen. Volgens hem hadden we zeker tijd genoeg voor de vlucht. Uiteindelijk is mijn echtgenote er door gekomen om 15.35u en ik had mij ondertussen heel nerveus gemaakt. Wij zijn dadelijk kunnen vertrekken.

         De reden van het te laat zijn was het volgende: Antonio had zijn tijd heel goed ingeschat en zou normaliter om 15u in Flores zijn teruggeweest, tot hij iets ongewoons voelde aan de wagen. Het was een lekke band. Een beter moment kon hij er niet voor uitkiezen. Een toevallige passant stopte om  hulp te bieden, maar Antonio vroeg of zij mijn vrouw wilden meenemen naar Flores. Na de hele uitleg over de te halen vlucht zijn die mensen zo vriendelijk geweest om haar aan het hotel af te zetten. Eind goed, al goed. We hebben onze vlucht met Tikal Jets vlot kunnen halen. Op de luchthaven van Guatemala City ging het heel vlug, we hadden maar 1 tas meegedaan voor die enkele dagen en die hadden we snel bij ons. Bij het buitenkomen stond er een heerschap met een plaat waarop onze naam stond vermeld. Het was de chauffeur van de shuttle, die ons naar Antigua zou voeren. Daar werden we met open armen ontvangen door een altijd vriendelijke Silvia. Voor het avondmaal kozen we nu het Chinees Restaurant Beijing. Voor twee maal rijst, groenten, kip met zoetzure saus en twee bieren betaalden wij er GTQ 114. Bij de ingang van dit eethuis is er 1 trap, verder is het vlak.

Donderdag 8 april
Dag 18: Witte Donderdag in Antigua.

         Om 7.30u zijn we vertrokken naar Café Condesa, aan de Plaza, voor ontbijt. Nadien ging het naar de kerk van San Francisco el Grande, waar om 13u de processie start. In de kerk ligt een lang mooi zandtapijt, versiert met allerlei bloemen en fruit. De prachtig uitgedoste beelden, die meegaan in de processie, staan klaar op hun affuit. Om het maken van de bloementapijten in de straten te kunnen gadeslaan, hebben we vanaf de kerk de route gevolgd die de processie zou aan-doen. Rond 13.30u hebben we een lommerrijk plaatsje gezocht voor de voorbijgang. Achteraf trokken we naar de Plaza, waar een tweede processie passeerde. Tegen 18u was het dan weer tijd voor de voetwassing in La Merced. Maar Marie-Claire is een vrouw als zovele andere en ze kan moeilijk aan winkels voorbij lopen zonder binnen te gaan. Dat maakte natuurlijk dat we geen voetwassing meer hebben gezien. We waren net op tijd voor de buitenkomende kaarsjesprocessie. We zijn maar richting huiswaarts gegaan en Piccadilly Pizzeria op de hoek van onze straat binnen gestapt. Voor 1 grote pizza(niet zo heel fameus) met twee waters betaalden we GTQ 89.

Vrijdag 9 april
Dag 19: Goede Vrijdag in Antigua.

         Marie-Claire is om 6u naar La Merced vertrokken om foto’s te kunnen nemen van de vele bloementapijten die de straten rond de kerk sieren. In andere straten zijn die ook te zien, maar minder indrukwekkend en minder grotesk. Dit is tevens het uur dat de processie uit voornoemde kerk vertrekt. Ze was verbaasd op dit vroege uur reeds zoveel volk in de straten aan te treffen. Waarschijnlijk zaten op nu in Antigua alle hotels overvol. Het is niet voor niks dat je voor het slapen dubbele prijzen moet ophoesten. Ik was in het hotel gebleven en zou mij tegen iets voor zeven uur gereed houden om buiten op de stoep voor de deur van de posada, plaats te nemen. Rond 7.30u passeert deze processie ons hotel en dan was ik zo goed als zeker van een goede plek. Na de doortocht was het voor het ontbijt dat we namen in Piccadilly Pizzeria, waarna we een kijkje gingen nemen op de Plaza, gewoon om de sfeer op te snuiven. Vermits we tijd te over hadden, trokken we het Café Condesa nogmaals binnen. Een goede appeltaart gaat er steeds in. Pas toen we wilden weggaan, merkte ik dat één van de banden van de rolstoel plat stond. Geen paniek, in het hotel had ik alles wat ik nodig heb om het lek te dichten, of in het slechtste geval een andere binnenband te steken. Terwijl Marie-Claire onderweg was om het nodige aan te halen in ons verblijf, kwam toevallig Lucy en Dick de tent binnenvallen. Ik vertelde hen van het euvel en onmiddellijk bood Dick zijn hulp en kunde voor het repareren van de band aan. Met het gepaste materiaal was het lek vlug gedicht.

         Nu konden we eindelijk terug naar buiten, want daar werden de voorbereidselen getroffen voor de kruisiging aan de kathedraal San José om 12u. Het is een indrukwekkend schouwspel. Je moet het zelf meegemaakt hebben om het je te kunnen voorstellen. Na de hele ceremonie van de kruisiging zijn we op de Plaza blijven rondhangen, om tegen 14.30u een goed plaatsje te zoeken van waar we de processie, die vertrok vanuit San José om 15u, goed konden volgen en fotograferen. De hele processiegang wordt begeleid door heel zware treurige muziek en dan nog héél traag gespeeld. Dat is in alle processies zo, zowel in de vier van vandaag als in de twee van gisteren. Met het zware opgemaakte stuk, waar wel tachtig mannen aan torsen, komt men statig en van hier naar daar wiegelend door het gewicht van het gevaarte, van de trappen van San José.

        Nu deze ommegang voorbij was, zijn we veiligheidshalve blijven plakken op de Plaza. Regelmatig passeerde hier wel één of andere processie, zodat verlopen weinig nut en zin had. We zijn er blijven staan, samen met Gerrit en Jenny, het andere Nederlandse stel, tot ongeveer 20u.
Daarna hebben we Lucy en Dick opgewacht en zijn met ons zessen naar een Grieks restaurant getrokken. Het noemt Hellas en is gelegen in één van de straten die op de Plaza uitkomen. Bij de inkom is er één enkel trapje. Het restaurant is zeker niet groot, maar het eten was er lekker en niet te duur. Wij betaalden er voor ons twee GTQ 128. Voor onze Nederlandse vrienden was dit echt het laatste avondmaal. Zij vertrokken immers morgenvroeg terug naar het vaderland. Wij hebben mekaar ten stelligste beloofd om contact te blijven houden. Je hebt nog goede Hollanders ook.  
    
Zaterdag 10 april
Dag 20:Antigua – Esquipulas met bezoek aan het heiligdom en het stadje.

         Vandaag was het vertrek gepland om 8u en onze nieuwe chauffeur, Jorge, was stipt op tijd. Van Antigua moesten we terug over Guatemala City, waar we in het centrum een korte stop hielden voor een bezoek aan de kathedraal. De regeringsgebouwen waren gesloten, het was zondag. Veel stoppen zat er, buiten de hoofdstad zelf, deze dag niet echt in. Behalve de prachtige natuur was er niet veel te beleven onderweg naar Esquipulas. We waren reeds ter plaatse rond 13.30u. Een eerste vereiste was nu een deftig betaalbaar hotel te vinden. Het werd het hotel Posada de Santiago, gelegen op een honderd meter van de witte basiliek. Na het achterlaten van al onze bagage zijn we er op uit getrokken. Eerst hebben we het stadje wat verkend en daarna was het tijd voor het vrome werk, het bezoek aan het heiligdom. De basiliek staat op een heuveltje met aan de hoofdingang een hele resem trappen, maar geen nood er is hier aan alles gedacht. Aan de rechter-zijde van de kerk is eveneens een grote inkom. Langs hier kunnen de auto’s binnenrijden om te worden gewijd, wat met massa’s gebeurt. Het is via dezelfde weg dat je over een  breed hellend vlak naar boven en in de kerk kunt komen. Aan de linkerkant is er, eens je boven bent, een ingang voor bezoek aan de zwarte christus, die hier wordt aanroepen om genezingen te bekomen. Dit is waarschijnlijk ook één van de redenen waarom men, om bij de christus te komen, binnen een lang en draaiend hellend vlak heeft aangelegd. In de basiliek zelf is het één grote warboel van branden-de kaarsen gewoon op de vloer. Het is net één vettige bedoening van het kaarsvet en het gebouw is van binnen helemaal zwart gerookt. De mensen lopen er regelmatig binnen en buiten. Wanneer je voor het altaar staat, zie je op een verhoog achter glas, het kruis met daarop de zwarte christus.

         We waren net uit de kerk en in het restaurant van het hotel, toen er plots een hevig tropisch onweer losbarstte. Donder en bliksem en kuipen hemelwater werden ons niet gespaard. Het werd zo donker dat alle lichten werden ontstoken, tot plots alles uitviel. Een serieuze elektriciteitspanne werd er algemeen gezegd en het zou niet al te lang duren. We zijn, na het onweer, naar restaurant La Hacienda gaan avondmalen met kaarslicht. Ze deden er blijkbaar hun best om de stroom terug op gang te krijgen, maar die viel telkens terug uit. Voor twee filet mignon en twee Gallo’s(bier) betaalden we GTQ 184. Na de maaltijd werd het stilaan tijd voor een wasbeurt. Bij het binnenkomen van de badkamer, merkten we dat er evenmin water was. In het hotel is het: geen stroom, geen water. Hun water wordt uit een put opgepompt en dus als de pomp niet kan werken, moet je jezelf maar behelpen met een emmertje water(geschept uit een waterput) en een kaars.

Zondag 11 april
Dag 21:Esquipulas – Copan, in Esquipulas de mis bijgewoond en dan door naar Copan.
             Bij aankomst in Copan de ruinas bezocht en later voor logement gezorgd.

                                                        Feliz Pasquas – Zalig Pasen

         Het was Pasen voor iets en dus wilden we voor het vertrek uit Esquipulas een eucharistie-viering bijwonen. De dag tevoren was de basiliek kaal en vuil, maar nu hingen er witte vaandels en stonden er op het hoogkoor een massa witte bloemen. Het was feestdag en het was er goed aan te zien. Om 9u begon de gezongen mis, die tot na 10u duurde.

         10.30u konden we koers zetten naar Copan in Honduras. De grensovergang ging vrij vlot. Wij waren aan Copan Ruinas omstreeks 12.30u. Gewoonlijk moeten we aandringen om vermin-dering te krijgen voor mindervaliden, maar hier zei de kassierster meteen dat ik niet hoefde te betalen. Ze zei: No puede ver todo y entonces puede pasar sin pagar (je kan toch niet overal komen, dus mag je er gratis in), wat bij het bezoek ook bleek. Dit is zeker een pluspunt en vermeldenswaard. De site is even goed mooi gelegen in de jungle, maar die is hier niet zo dicht begroeid. Voor mij was enkel de Gran Plaza, met de op dezelfde hoogte gelegen delen, te doen. De rest van de site was hoger gelegen en kan je alleen bereiken via trappen. Na het grondig bezoek aan de site werd het tijd om aan logement te denken. Copan is niet zo heel groot en heeft dan nog maar een klein vlak gedeelte. De rest van het stadje zijn heel steile straten en voor een rolwagen dus niet te doen. Wij kozen voor een klein maar net hotelletje Popol Nak op een honderd meter van de Plaza gelegen. Bij een wandeling in het kleine vlakke centrum reed ik, voor de zoveelste keer, met één van de kleine wieltjes in een putje. Ik hoorde iets kraken en zag dat één van de plastieken spaken van het wieltje doorgebroken was. Het was niet onmiddellijk een probleem, er zat een slag in, maar het deed het nog.

         Voor ons avondmaal hadden we niet zo bijster veel keuze. Het werd het, door een Neder-landse uitgebate, restaurant Vamos a ver. Het restaurant ligt 1 blok van ons logement verwijderd in het kleine vlakke gedeelte. We hebben haar kunnen spreken en van haar vernomen, dat ze zes jaar geleden op het idee kwam hier een  restaurant te openen. Ze zou niet meer terug willen naar het koude en vochtige Nederland. We betaalden er voor het maal GTQ 150.

Maandag 12 april
Dag 22:copan – Rio Dulce via de site van Quirigua.

         Na een grondig bezoek aan de Plaza in Copan zijn we om 10u langs een uiterst mooie natuur naar de site van Quirigua vertrokken. Deze site is vrij gemakkelijk te doen met een rolwagen. Er is op de site zelf een goed aangelegd pad, dat je tot op het einde juist voor de trappen brengt. Van op het pad kan je de vele stèles, die hier overdekt staan opgesteld, heel goed bewonderen.

         Hoe we het geflikt hebben weet ik niet, maar ondanks de goede weg hebben we het klaargespeeld om het kleine wieltje helemaal naar de duvel te helpen. Nu zat er voorlopig niets anders op dan op de grote wielen alleen te rijden tot aan de auto. Ik heb tegen Jorge gezegd: muchas proble-mas. De chauffeur besefte het onheil en heeft zijn uiterste best gedaan om ons van dat euvel af te helpen. Nu kwam het er op aan om aan een ander wieltje te geraken en dat bleek niet zo simpel. Op de weg van Quirigua naar Rio Dulce passeerden wij dicht bij het stadje Morales. In de dichte omgeving is dit de grootste stad en Jorge dacht wel dat we hier een vervanging voor het kapotte wieltje zouden vinden. Bij een hulppost van het Rode Kruis hebben we navraag gedaan en zij konden ons niet depanneren, maar verwezen ons door naar een grote apotheek iets verder in de straat. In de apotheek hadden ze wel rolwagens staan, maar daar kon ik geen wieltje van hebben en de apotheker zelf was op dat ogenblik afwezig. Hij zou in enkele uren terug zijn, maar daar hadden we geen boodschap aan en we hebben er niet op gewacht. Iets verderop zag ik een zaak met allerlei onderdelen voor transport. Hier hadden we iets meer geluk. Ze hadden kleine wieltjes, maar de opening voor de as was te groot. Er zouden kogellagers moeten ingestoken worden en de zaak waar dat moest gebeuren, was gesloten. Er zat dan niets anders op dan de wieltjes zo te gebruiken. Vermits het wieltje kleiner was dan het originele, heb ik, kwestie van een beetje in evenwicht te zijn, er ineens twee gekocht. Het is altijd beter zo dan met een kapot wiel.

         Momenteel waren we uit de nood geholpen, maar nu woog de rolstoel zoveel meer. Het was een geluk met een ongeluk. Het laatste was het defecte wiel en het eerste dat het verlof er zo goed als op zat. We hadden maar vier dagen meer te gaan, waarvan we de meeste tijd in lancha’s, bussen en vliegtuigen zouden doorbrengen. Van in Morales ging het nu rechtstreeks naar Rio Dulce, waar we het hotel Yair in gedachten hadden. Bij aankomst in Rio Dulce heb ik gedacht: wat een vuile bedoening is dat hier en Marie-Claire beaamde dit. Het centrum van Rio Dulce is feitelijk maar één straat, waar dan ook alles te vinden is, allerlei winkeltjes, restaurants (nou ja, restaurants) en enkele kleine hotelletjes. Waar het hotel precies moest zijn, wisten we niet, en de manier waarop wij de naam uitspraken, klonk als Chinees in hun oren. We hebben het hotel uiteindelijk gevonden. Komende van de brug over de rio dulce is het in de eerste straat links een goede honderd meter en dan op de linkerkant. Het zag er vrij proper uit en de prijs viel mee. We hebben er geboekt voor twee nachten, de eerste vandaag en de tweede bij het terugkomen van Livingston. We konden kiezen: alleen met fan of met fan en airco. Wij kozen het laatste en dat was al warm genoeg.  Wij hebben ’s avonds in het restaurant van het hotel gegeten voor GTQ 73 en ik denk dat het onze slechtste maaltijd zal geweest zijn in heel Guatemala en dan hebben we er nog heel lang moeten op wachten. Ze hebben er wel heel goede fruitcocktails.

Dinsdag 13 april
Dag 23:Rio Dulce – Livingston, 9.15u met de lancha naar Livingston, ½ dag site seeing.

         We hadden de dag voordien gevraagd of we een gedeelte van onze bagage mochten achter-laten in het hotel en dat leek geen probleem. Dus maakten we een tas met het nodige voor de overnachting in Livingston. Tegen 7.15u zaten we in het restaurant voor het ontbijt en daar hebben we lange tijd moeten op wachten. Er kwam nog bij dat het niet veel zaaks was, maar de meeste honger was gestild. Om 8.15u zijn we richting kade vertrokken voor de overtocht naar Livingston. Volgens het uurrooster was de start voorzien om 8.30u en om 9.15u is de lancha (colectivo) toch vertrokken. Ik werd in en uit de boot geholpen, zij het bij het uitstappen bijna zonder broek, maar voor de rest was alles oké. Ik was tenslotte waar ik wilde zijn. Aankomst in Livingston rond 11.45u na een mooie boottocht met de nodige stops (20’ aan het Castillo de San Felipe, langs het vogeleiland gevaren, de lotussen en de zwavelbronnen).

         In Livingston na het aan wal gaan stonden we voor een zware klim, maar eens in het centrum valt het nogal mee. Het zijn er overal betonbanen. Het was voor ons een verademing om eens iets betere straten te kunnen gebruiken. In het stadje staan veel felgekleurde houten huizen en zie je heel wat zwarten rondlopen. Maar het is en blijft hier ook een vuile bedoening. In het centrum zijn enkele hotels, maar bij inzage waren zij of niet netjes of te duur, ofwel beiden samen.

         Marie-Claire heeft ze allemaal gekeurd, denk ik. De beste keuze leek ons het hotel Posada de Doña Alida. Het lag ietwat uit het echte centrum met uitzicht op zee. Dit hotel heeft geen restaurant, maar in het centrum zijn die er genoeg. Wij aten ’s avonds in het restaurant Tiburongate en waren voor de lekkere maaltijd(Camarones a la marinera en Carne a la plancha + soep en twee waters) GTQ 98 kwijt. Na het restaurantbezoek wilden we nog wat plaatselijke muziek (garifuna) horen en zijn in een tent binnengetrokken waar een optreden zou zijn. Na een goed uur in oorver-dovend lawaai te hebben vertoefd, zonder optreden van muzikanten, zijn we maar opgestapt.

Woensdag 14 april
Dag 24:Livingston – Rio Dulce, 9.45u lancha naar Rio Dulce met stops onderweg ongeveer dezelfde trip als in het heengaan.

         Aan de kade hadden we de dag voordien vernomen dat er enkel om 9u een lancha vertrok naar Rio Dulce. We vonden dit in eerste instantie spijtig, omdat we dan niet te lang in Livingston konden vertoeven. Met er te vertoeven hadden we het besef dat je met een halve dag voldoende hebt, zeker in ons geval. Wij wilden hier nog een uitstap maken, maar het was onmogelijk. Wanneer je wandelingen kunt maken, ligt het waarschijnlijk helemaal anders en heb je automatisch meer tijd te spenderen. Voor het ontbijt gingen we terug naar het restaurant Tiburongate. Het was er giste-ren heel goed, dus zou het nu ook wel een smakelijk ontbijt worden. Dit laatste hadden we  iets verkeerd ingeschat. Het ontbijt trok op niks, maar we hadden iets binnen. Ik wilde er naar het toilet gaan en dat was er gewoon een ramp, het toilet lag helemaal nat en er waren twee trapjes.

         Tegen 9u stonden wij als stipte mensen aan de kade en er werd er geroepen: Espera un poco, vamos enseguida (Wacht een beetje, we vertrekken zo meteen). Om 9.30u maakte de schipper stilaan zijn lancha gereed voor vertrek. Ik werd op de laatste bank neergezet en de rolwagen werd helemaal vooraan gelegd. Om 9.45u was de boot afgeladen vol en zette de bootsman één van de motoren in gang en weg waren wij. Hij nam meer zijn tijd voor alles wat onderweg te zien was dan bij het opkomen en zo tikte de klok voor ons ook verder. De meeste passagiers stapten af bij de eerste halte in Rio Dulce. Wij zijn in de boot gebleven tot na het bezoek aan het Castillo de San Felipe. Wij hadden dit al wel gezien, maar bij aankomst in Rio Dulce hadden we feitelijk niets meer te doen dan onze terugvlucht te confirmeren en de bus naar Guatemala City vast te leggen. We hebben dit alles op ons dooie gemak afgehaspeld. Bij het confirmeren van de vlucht vernamen we dat we niet om 19.30u maar twee uur vroeger zouden opstijgen. Daarom moesten we zeker de bus van 7.45u nemen, anders zouden wij te laat in Guatemala City aankomen.

         De enige straat in Rio Dulce kenden we nu op ons duimpje. Ik heb er mijn baard nog laten bijknippen, want de tondeuse die ik mee had werkte niet op 110 Volt. Marie-Claire zag schoenen die haar pasten en nam die mee en iets verderop stond een standje met allerlei CD’s, waarvan er 1 van eigenaar veranderde. Het internetten is er vrij duur: GTQ 10 voor een half uur. Tegen het donker worden, trokken we het restaurant La Carreta binnen. Het leek een gezellige keet, tot de televisie heel luid werd opengezet en de dienster durfde het geluid niet te dempen, want er zaten twee politiemannen en die hadden de afstandsbediening in hun bezit. Voor een povere maaltijd met veel kabaal betaalden wij GTQ 136, achteraf zijn we maar tussen de lakens gedoken (tussen is een groot woord, erbovenop is al iets beter, het was té warm). Het verlof zat er zo goed als helemaal op.

Donderdag 15 april
Dag 25:Rio Dulce – Guatemala Ciudad en terugvlucht via Miami.

         Nu moesten we vandaag wel op tijd uit de veren. Eerst het simpele ontbijt in het hotel, dan de koffers pakken en tegen 7.15u reed Marie-Claire mij als eerste naar de bushalte van Litegua. Ze had, buiten mijzelf, nog twee valiezen te halen in het hotel Yair en dan nog in twee keer. Wanneer haar taak erop zat, voorlopig althans, was zij ten eerste buiten adem en ten tweede rijp voor een deugddoend bad. Dat laatste zou waarschijnlijk iets voor in een paar dagen zijn. Je hebt dat voordeel, zweet droogt op. Om 7.40u stipt stopte de bus, die van ik weet niet waar kwam, aan het bureel van Litegua in Rio Dulce. De bagage werd geladen en ik werd in de bus geholpen en als iedereen gezeten was konden we de tocht naar Guatemala Ciudad aanvatten. De bus heeft onderweg verschillende stops en rijdt zeker twee stadjes in om volk op en af te laden. Halverwege houden ze halt om iets tussen de kiezen te steken en eventueel toiletbezoek. Rond 13u zijn we aan de terminus van Litegua toegekomen. Daar stonden taxi’s klaar om de passagiers van de bus verder te brengen, in ons geval La Aurora Airport in Guatemala City. Op een goede twintig minuten werden we aan de luchthaven gedropt en begon voor ons het aftellen naar het inchecken.

         Precies om 15u mochten we onze valiezen laten nakijken door de veiligheidsdiensten. We hadden toevallig een heel jong manneke en hij wilde ons de lakens uitdelen. Hij deed teken van: leg de bagage maar op mijn tafel, dan kan ik ze nazien. Wij vinden, wanneer hij in onze valiezen wil kijken, hij ze dan ook maar zelf moet optillen. Eén heeft hij er maar geopend, de andere zal hem te zwaar geweest zijn. Nu konden we met al ons hebben en houden naar de incheckbalie. We vroegen er, zoals altijd, op de lange afstandsvlucht een plaats achter het toilettenblok en de lieve man meldde ons dat het oké was. Van Guatemala City naar Miami was er geen enkel probleem. Ik moest niet te ver in het vliegtuig gaan om bij mijn plaats te komen. De vlucht verliep vlekkeloos.

Vrijdag 16 april
Dag 26:Vlucht Miami – Madrid en Madrid – Brussel en naar huis.

         In Miami waren we rond 22.30u en de hele rompslomp kon weer beginnen met papieren invullen en controleren van de handbagage. Het viel nu ook nogal mee en we konden vlug aan  boord gaan van de Jumbo. Aan het vliegtuig gekomen, vroeg een norse stem mijn instapkaart. Vermits ik met begeleiding tot aan het toestel was gebracht, had ik die niet bij mij. Mijn wederhelft was ondertussen reeds met de boardingpas in het vliegtuig om te zien hoever ik wel moest stappen. De purser, dit was de norse man, liep haar achterna en wees haar onze plaatsen aan. Het was toevallig of niet één rij te ver om goed te zijn. Dus wilde ik mij op de rij ervoor neerzetten, maar de man bleef onverbiddelijk. We zouden op de toegewezen zitjes plaats nemen of het vliegtuig verlaten en de eerste drie dagen niet mogen doorreizen. Ondertussen stond het hele vliegtuig in rep en roer en de purser zag het waarschijnlijk niet meer zitten en riep er de politie bij. Die leken heel onze problemen te begrijpen, maar meldden dat ze in het toestel niets konden ondernemen. Uiteindelijk is de man voor ons rechtgestaan en heeft, samen met zijn vrouw, zijn plaats gewisseld en we konden vertrekken. Later hebben we nog getracht om met de boordcommandant te praten, maar die zei vlakaf dat hij aan ons geen woorden meer te zeggen had.

         De rest van de vlucht en de trip van Madrid naar Brussel verliep vlekkeloos. Voor ons bleef het voorval nog tot thuis nazinderen. Wij zijn geland om 18.50u en hebben op een rolstoel moeten wachten tot 19.30u. De service aan het vliegtuig op Zaventem was allesbehalve goed. Thierry, onze zoon, was al nerveus, maar we hadden eerst nog aangifte moeten doen van een breuk aan de rolstoel. Al bij al zijn we zonder kleerscheuren veilig thuis geraakt.

         Het is een verlof geweest waarin we weeral heel veel mooie dingen gezien hebben, we hebben tevens veel bijgeleerd over de maya-indianen, hun manier van leven en hun gebruiken. We hebben nu ook weer goed kunnen vaststellen hoe node zij op een foto willen, zij denken nog altijd dat je dan hun ziel meeneemt. Dit is een zekerheid: na die bijna vier weken in Guatemala zijn we dringend aan een beetje vakantie toe.

                                                     Home sweet home

Hoe goed vond je dit reisverslag?: 
Gemiddeld: 4 (2 stemmen)